Rijksoverheid
Jaarlijks meer dan 200.000 slachtoffers huiselijk geweld
Nieuwsbericht | 14-01-2011
In Nederland worden jaarlijks meer dan 200.000 mensen slachtoffer van
ernstig huiselijk geweld. Dat blijkt uit het onderzoek Huiselijk geweld
in Nederland, dat op 14 januari naar de Tweede Kamer is gestuurd.
Meer mannelijke slachtoffers dan aangenomen
Volgens het onderzoek van het Wetenschappelijk Onderzoeks- en
Documentatiecentrum en instituut Intervict zijn meer vrouwen (60%) dan
mannen (40%) slachtoffer van ernstig huiselijk geweld. Het aandeel
mannelijke slachtoffers is veel hoger dan werd aangenomen. In eerdere
onderzoeksresultaten was de verdeling tussen vrouwen en mannen 85%-15%.
Als dader van huiselijk geweld zijn mannen in de meerderheid (83%). In
bijna driekwart van de gevallen van ernstig huiselijk geweld gaat het
om lichamelijk geweld (65%) en seksueel geweld (8%).
Daders vaak ook slachtoffer huiselijk geweld
Het onderzoek bevestigt dat daders vaak ook slachtoffer zijn of zijn
geweest van huiselijk geweld. Daarnaast blijkt dat daders van huiselijk
geweld relatief vaak andere misdrijven plegen. Van de daders komt 30%
binnen twee jaar na het plegen van huiselijk geweld opnieuw met
justitie in aanraking, meestal vanwege een gewelds- of verkeersdelict.
15% slachtoffers heeft blijvend lichamelijk letsel
Ongeveer 40% van de slachtoffers van huiselijk geweld heeft te maken
met tijdelijk lichamelijk letsel en circa 15% met blijvend lichamelijk
letsel. Daarnaast zijn de gevolgen ook zeer ernstig op relationeel,
emotioneel, en werkgerelateerd vlak. Een kwart van de bevraagde
slachtoffers zegt een suïcidepoging te hebben ondernomen.
Taboe op melden huiselijk geweld afgenomen
Het taboe op het melden van huiselijk geweld lijkt te zijn afgenomen.
Momenteel wordt ongeveer 20% van het huiselijk geweld bij de politie
gemeld. In 1997 was dat nog 12%. De beleidsinspanningen om het
verborgen karakter van huiselijk geweld te verminderen, lijken vruchten
af te werpen.
'Verdere aanscherping aanpak huiselijk geweld noodzakelijk'
Het onderzoek biedt dertien jaar na het eerste landelijke onderzoek
huiselijk geweld een nieuw en representatief inzicht in de omvang en
aard van het huiselijk geweld in Nederland en het hulpzoekgedrag van
slachtoffers en daders. Minister Opstelten van Veiligheid en Justitie,
staatssecretaris Veldhuijzen van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en
minister Van Bijsterveldt van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
hebben het onderzoeksrapport op 13 januari naar de Tweede Kamer
gestuurd.
In een reactie schrijven de bewindslieden dat er de afgelopen jaren al
veel vooruitgang is geboekt met de aanpak van huiselijk geweld. Op
basis van het onderzoek stellen ze dat een verdere aanscherping
noodzakelijk is.
Positie slachtoffers huiselijk geweld verbeteren
Het kabinet wil de positie van slachtoffers van huiselijk geweld
verbeteren. Het gaat daarbij met name om de opvang en ondersteuning van
de verschillende groepen slachtoffers van huiselijk geweld. Zo moet de
bekendheid van de steunpunten huiselijk geweld worden vergroot.
Daarnaast wil het kabinet daders stevig aanpakken. Met name voor daders
van de ernstigste vorm van huiselijk geweld en daders die recidiveren
zijn aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit sluit aan bij het
voorstel van de Minister van Veiligheid en Justitie om taakstraffen
voor daders van ernstige gewelds- en zedenmisdrijven uit te sluiten.
Ook het voornemen om in het volwassenenstrafrecht minimumstraffen in te
voeren voor personen die binnen tien jaar opnieuw worden veroordeeld
voor een zeer ernstig misdrijf sluit hierbij aan.
In de eerste helft van 2011 komen de ministers en staatssecretaris van
VenJ, VWS en OCW met uitgewerkt voorstellen voor verscherpte aanpak van
huiselijk geweld.