Rechtbank 's-Gravenhage

Rechtbank Den Haag verzoekt OM onderzoek in te stellen naar de gedraging van een rechter

Den Haag, 13 januari 2011 - Het bestuur van de rechtbank Den Haag heeft de Hoofdofficier van justitie in Den Haag verzocht onderzoek in te doen stellen naar de vraag of mr. H.J. de Graaff, lid van de rechtbank, zich schuldig heeft gemaakt aan enig strafbaar feit door het (doen) opmaken van een beschikking en het (doen) afgeven van dat document.

De beschikking betrof een correctie op een proces-verbaal van een door mr. De Graaff voorgezeten zitting van de meervoudige strafkamer. Mr. De Graaff is in die zaak en op die zitting gewraakt en die wraking is op 10 december 2010 door de wrakingskamer van de rechtbank toegewezen. Bij de vervolgzitting in die strafzaak op 21 december 2010 - voor een andere meervoudige kamer - bleek dat er vragen en twijfels bestonden ten aanzien van de juistheid van die correctiebeschikking. Het bestuur is van oordeel dat er nooit twijfels mogen bestaan over de juistheid van een van de rechtbank afkomstig document en heeft daarom onderzoek laten instellen naar de gang van zaken rond die beschikking. Het onderzoek is opgedragen aan een voormalig rechtbankpresident.

Het rapport van de onderzoeker heeft de gerezen vragen en twijfels niet weggenomen. Daarom heeft het bestuur het Openbaar Ministerie verzocht nader onderzoek in te stellen, ook al heeft de meervoudige kamer, die de desbetreffende zaak op 21 december 2010 heeft behandeld, vastgesteld dat door de omstreden beschikking de belangen van de verdachte niet zijn geschaad. De beschikking bleek niet relevant voor de in de zaak te nemen beslissingen. Er mag echter hoe dan ook geen twijfel bestaan over de juistheid van een van de rechtbank afkomstig document.

In afwachting van de uitkomsten van het onderzoek oefent mr. De Graaff geen rechterlijke taken uit.


Bron: Rechtbank 's-Gravenhage Datum actualiteit: 13 januari 2011