Ministerie van Defensie

Munitieafspraak met Duitsland bespaart geld

7 januari 2011, 16.27 uur

De DMO en haar Duitse evenknie, het Bundesambt für Wehrtechnik und Beschaffung, hebben dinsdag 4 januari een Memorandum of Understanding (MoU) afgesloten over nauwere samenwerking op het gebied van 6 soorten wapensysteemgerelateerde munitie.

Het gaat om soorten die beide landen gebruiken: 40 mm munitie voor de twee wapensystemen AGL/Underslung, 76 mm munitie voor granaatwerpers, 120 mm munitie voor de Leopard tank, 155 mm munitie voor de PzH2000 en munitie voor het Panzerfaust anti-tank systeem.

Door deze overeenkomst kan onder meer munitie in de toekomst samen worden ontwikkeld, beproefd, ingekocht en opgeslagen. Daarnaast kunnen beproevingsgegevens eenvoudiger en zonder kosten worden uitgewisseld en kunnen beide organisaties elkaars beproevingsfaciliteiten gebruiken.

Beproeving

Deze vorm van samenwerken met gesloten beurzen, levert direct voordelen op. De Duitsers kunnen nu begin februari de Nederlandse pantserhouwitser, die toch al in Zuid-Afrika is voor beproevingen, gebruiken voor hun eigen testen. Daarmee bespaart de Bundeswehr de hoge kosten van het verschepen van een eigen pantserhouwitser. De DMO krijgt daarvoor in ruil essentiële Duitse technische en tactische beproevingsresultaten. Die zouden anders door de DMO tegen hoge kosten zelf moeten worden geregeld.

De Nederlandse pantserhouwitser staat in Zuid-Afrika voor het beproeven van nieuwe langedracht-en precisiemunitie. Daarvoor kent Europa geen geschikte schietterreinen. De testen worden uitgevoerd door een team van 8 tot 10 personen van de afdeling Beproevingen Wapens & Munitie van DMO.

Het MoU kwam tot stand op initiatief van de jaarlijkse bilaterale gesprekken tussen Nederland en Duitsland op National Armaments Director niveau en is namens de DMO ondertekend door de souschef Verwerving, Ad van de Geijn.