Centrale Raad van Beroep
Vergelijking buitenlandse rechtsfiguur met Nederlandse equivalent
De Raad dient te beoordelen of de vereisten voor en de rechtsgevolgen
van de aan appellante toegekende "rémunération de sa garde"
overeenkomen met die van de Nederlandse partneralimentatie als bedoeld
in Boek 1 van het BW. Voorop moet worden gesteld dat de rémunération
wel enig overeenkomst vertoont met de Nederlandse partneralimentatie,
voor zover de rémunération bedoeld is als een vergoeding voor de vrouw,
omdat zij als gevolg van de verzorging van het kind c.q. de kinderen in
ieder geval deels niet in haar eigen levensonderhoud kan voorzien. De
Raad is echter van oordeel dat deze Marokkaanse rechtsfiguur zodanig
verschilt van de vergelijkbare Nederlandse rechtsfiguur van
partneralimentatie dat onvoldoende grondslag bestaat voor een
gelijkstelling. Daarbij acht de Raad allereerst van belang dat het
Marokkaanse recht geen partneralimentatie kent. Betrokkene zou dan ook
geen enkele vergoeding van haar ex-echtgenoot ontvangen hebben, ook
geen rémunération, als zij geen kind zou hebben gehad dat tijdens het
huwelijk is verwekt. Voorts is de toekenning van de rémunération in het
Marokkaanse recht niet afhankelijk van vergelijkbare voorwaarden zoals
in het Nederlandse recht gelden voor de toekenning van
partneralimentatie, als behoeftigheid en draagkracht. Ten slotte wijst
de Raad erop dat de rémunération niet slechts aan de ex-partner
toegekend kan worden, maar aan een ieder die belast is met de
verzorging van het kind c.q. de kinderen. Dit alles wijst erop dat de
rémunération primair een vergoeding is voor de - al dan niet toevallige
- verzorger van een kind en niet - dan wel slechts indirect - een
bijdrage is in het levensonderhoud van de ex-partner.
LJ Nummer
BO9659
Zie het origineel
Bron: Centrale Raad van Beroep
Datum actualiteit: 7 januari 2011 Naar boven