ChristenUnie
Bijdrage Joël Voordewind inbreng verbetering positie pleegouders
Bijdrage Joël Voordewind inbreng verbetering positie pleegouders
dinsdag 14 december 2010 15:00
De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben kennisgenomen van de
wijziging van enkele wetten in verband met de verbetering van de
positie van pleegouders (verbetering positie pleegouders). Zij zien in
voorliggende wijzigingen een noodzakelijke verbetering van de positie
van pleegouders, maar hebben nog wel vragen bij dit voorstel over het
fundamentele recht op eerbiediging van het familie- en gezinsleven.
De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben een aantal vragen
naar aanleiding van het recht op familie- en gezinsleven. In het
wetsvoorstel wordt het recht op kinderbijslag meteen in het
eerstvolgende kwartaal ontzegd. In hoeverre wordt hierdoor rekening
gehouden met de emotionele gevolgen van deze maatregel? Is er geen
ruimte voor gewenning mogelijk, aangezien ouders binnen korte tijd de
zeggenschap over dagelijkse levensbehoeften moeten overdragen?
De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen, gezien het recht op
familie- en gezinsleven, in hoeverre biologische ouders nog invloed
kunnen hebben op het voorzien in de kosten van de opvoeding van de
kinderen. Genoemde leden menen dat de maatregel invloed heeft op de
emotionele band tussen kind en biologische ouder(s). In hoeverre houden
biologische ouders nog wel zeggenschap? Is dit afhankelijk van de
welwillendheid van de pleegouders?
De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen in het kader van het
recht op familie- en gezinsleven naar het karakter van reguliere
pleegzorg. De leden menen dat ook reguliere pleegzorg bedoeld kan zijn
als tijdelijke oplossing en dat het doel van terugkeer naar huis niet
uit het oog verloren mag worden. In hoeverre draagt de maatregel van
ontzegging van kinderbijslag bij aan het op de achtergrond raken van
het tijdelijke karakter van uithuisplaatsing? Vergroot deze maatregel
niet de afstand tot de biologische ouders?
De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen naar de problemen
die nu optreden voor pleeggezinnen die afspraken moeten maken met de
biologische ouders over het bijdragen in de kosten. Dit speelt met name
bij netwerkpleegzorg, waar het systeem van ouderbijdrage niet van
toepassing is en waar vaak broze afspraken tussen biologische ouders en
pleegouders bestaan. Is de regering van mening dat netwerkpleegzorg een
reële en op zijn minst gelijkwaardige mogelijkheid is en blijft? Op
welke manier dragen voorliggende wijzigingen bij aan het behouden van
deze mogelijkheid?
De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen of de optie van
salarisbetaling voor pleegouders die te maken hebben met jongeren met
ernstige gedragsproblemen is overwogen. Hierbij gaat het juist om
begeleiders die de relevante opleiding hebben genoten voor het
begeleiden van jongeren met ernstige gedragsproblemen, in lijn met
gezinshuizen. Heeft de regering deze optie meegewogen?
De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen naar het
terugdringen van administratieve lasten van pleegzorgwerkers. Op welke
manier wil de regering het probleem van administratieve belasting
terugdringen?
De leden van de fractie van de ChristenUnie zien in de Memorie van
Toelichting dat nog onduidelijk is hoe hoog de uitvoeringskosten zullen
zijn. Is de regering bereid om hierover alsnog duidelijkheid te
verschaffen?
Joël Voordewind