Burgemeester Hoes pleit voor regionale samenwerking in Brainport-agenda
2 januari 2011
Zuid-Limburg moet komend jaar concrete stappen zetten op weg naar
Brainport 2020. Dat zegt burgemeester Onno Hoes van Maastricht in zijn
nieuwjaarstoespraak vandaag. Hij benadrukte dat daarvoor een verdere
samenwerking tussen de gemeenten Sittard-Geleen, Heerlen, Maastricht en
het provinciebestuur een vereiste is.
Brainport 2020 is een van de drie economische kernthema's die het
kabinet voor de toekomst van Nederland uitstippelt. Dat zijn Mainport
(Amsterdam-Schiphol), Seaport, (Rotterdam) en Brainport (Zuid-Oost
Nederland). Brainport koppelt de aanwezigheid van kennisinstituten
zoals o.a. de universiteiten en hogescholen van Maastricht, Eindhoven
en Tilburg, de campussen in Eindhoven, Chemelot Sittard-Geleen, Avantis
Heerlen en de Health Campus in Maastricht aan het innovatieve en
industriële bedrijfsleven. De top technologische regio die met dit
concept ontstaat, zal in 2020 tot de top 3 van innovatieregio's in
Europa behoren en tot de top tien van de wereld. Volgens de prognoses
zal alleen al de Health Campus Maastricht in 2010 voor 2500 directe
banen zorgen en een meervoud aan indirecte banen.
Burgemeester Onno Hoes, die in zijn voormalige functie als gedeputeerde
van Economie in Noord-Brabant mede aan de wieg stond van het
Brainport-concept, wees er in zijn nieuwjaarstoespraak op dat minister
Maxime Verhagen van Economische Zaken en Innovatie in het voorjaar de
uitgewerkte Brainport-agenda op zijn bureau krijgt. Een agenda die
onder leiding van vertrekkend DSM-bestuurder Jan Zuidam op verzoek van
de vorige minister Maria van der Hoeven is opgesteld.
Volgens Hoes is een goede samenwerking binnen de Brainport-agenda
tussen Sittard-Geleen, Heerlen, Maastricht en de provincie een
vereiste. "Rond Amsterdam en Rotterdam zijn de economische
ontwikkelingen locatiegebonden, namelijk aan een internationale
luchthaven en een internationale zeehaven. Brainport is heel anders.
Hier is geen helder grensgebied aan te geven waar kennis en kunde zich
tot kassa vermenigvuldigen. Het industriële bedrijfsleven in Brabant en
Limburg, gecombineerd met de kenniscentra op de universiteiten en
hogescholen van Maastricht, Tilburg en Eindhoven en de cultuur van het
samenwerken zoals dat in Zuid-Nederland gemeengoed is, levert een palet
aan innovatieve samenwerkingen op dat zijn weerga in Europa nauwelijks
kent. Als het om de moderne kenniseconomie gaat, bestaan er bovendien
ook geen landsgrenzen meer. Werknemers en studenten trekken de komende
jaren nog meer door Europa om een plek te zoeken waar ze zich willen
vestigen. Waar ze hun ideeën kwijt kunnen, waar ze vrije denkers
tegenkomen, waar culturele en godsdienstvrijheid heerst, waar een
culturele geest heerst die de basis vormt voor nieuwe economische
dynamiek," aldus de burgemeester.
Hij zei te hopen dat het nieuwe College van Gedeputeerde Staten van
Limburg na de verkiezingen zich hier goed rekenschap van geeft. "Want
alleen als we samenwerken, elkaar af en toe wat gunnen, onze financiële
middelen bij elkaar leggen en in eenheid opereren richting Den Haag,
geven wij onze motor weer energie en zullen duizenden internationale
studenten niet langer na hun studie hun heil elders zoeken maar juist
de uitdaging vinden om in hier te blijven."
Gemeente Maastricht