Datum: 23-12-2010
Pensioenfondsen tonen weinig belangstelling voor multi-OPF
Nederlandse ondernemingspensioenfondsen hebben nauwelijks
belangstelling om aansluiting te zoeken bij een
multi-ondernemingspensioenfonds. Uit onderzoek dat KPMG jaarlijks
verricht onder honderd ondernemingspensioenfondsen blijkt dat slechts
12% van de fondsen aansluiting bij een multi-OPF overweegt.
Een dergelijk fonds biedt ondernemingspensioenfondsen sinds dit jaar de
mogelijkheid om samen te gaan met andere fondsen en zo de toekomst van
het fonds veilig te stellen. Bovendien kan samengaan in een multi-OPF
wenselijk zijn vanuit het oogpunt van de complexe wet- en regelgeving,
kostenbesparing en versterking van de bestuurlijke kwaliteit.
Tot voor kort hadden ondernemingspensioenfondsen die het voortbestaan
van het fonds heroverwegen, alleen de mogelijkheid om de regeling onder
te brengen bij een verzekeringsmaatschappij en in sommige gevallen om
aansluiting te zoeken bij een bedrijfstakpensioenfonds. Uit het
onderzoek van KPMG blijkt dat met name de complexere wet- en
regelgeving en de veranderende eisen van De Nederlandsche Bank
aanleiding vormen om tot opheffing van het ondernemingspensioenfonds
over te gaan.
Volgens Edward Snieder, segmentleider Pensioenfondsen bij KPMG, zijn er
tal van goede argumenten denkbaar waarom een multi-OPF een
aantrekkelijke optie is voor een ondernemingspensioenfonds. Snieder:
"Schaalvergroting kan immers leiden tot kostenbesparingen. Actieve
deelnemers, slapers en gepensioneerden kunnen na de fusie bovendien
terecht bij één loket voor vragen en verzoeken om informatie en er kan
voldoende draagvlak blijven om ook in de toekomst aan de
pensioenverplichtingen te kunnen voldoen. Verder creëert het
samenvoegen van pensioenfondsen een grotere pool aan vermogen dat
belegd kan worden. Tot slot kan een multi-OPF op onderdelen van de
governance leiden tot een vereenvoudiging."
Pensioenfondsen die de overstap naar een multi-OPF overwegen moeten
zich volgens Snieder wel bewust zijn van de fiscale vraagstukken die
kunnen ontstaan. Snieder: "Uit het onderzoek blijkt dat de helft van
alle pensioenfondsbestuurders aangeeft dat voorafgaand aan een
eventuele aansluiting bij een multi-OPF niet met de fiscus gesproken
zal worden.
Pensioenfondsen zullen echter uiteindelijk wel degelijk in aanraking
komen met allerlei belastingen, zoals de vennootschapsbelasting,
omzetbelasting, loonbelasting, schenkbelasting, overdrachtsbelasting en
bronbelastingen op rente en dividend. Juist in geval van een fusie of
liquidatie is het dan ook van groot belang om de fiscale gevolgen
vooraf te onderkennen.
Zo kunnen er verschillen van inzicht ontstaan tussen de fiscus en de
belastingplichtige. Door middel van afstemming kunnen vervelende
discussies achteraf worden vermeden. Van belang daarbij is dat alle
relevante informatie beschikbaar is gekomen en dat afspraken
schriftelijk worden vastgelegd. Dit voorkomt onnodige fiscale risico's
en kosten in het overigens lastige integratietraject. Dat is in het
belang van alle betrokken partijen."
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Andy Bellm, +31 20 656
7039.