Vlaamse Overheid
energienormen nieuwbouw
Vlaamse Regering verstrengt energienormen nieuwbouw
Persmededeling van de Vlaamse Regering
vrijdag 17 december 2010
Op voorstel van Vlaams minister van Energie Freya VAN DEN BOSSCHE heeft
de Vlaamse Regering beslist om de energienormen voor nieuwe woningen,
kantoren en scholen te verstrengen. `Tegen 2021 moeten nieuwe gebouwen
zo goed als energieneutraal zijn', zegt Van den Bossche. `Zuinig wonen
is synoniem met betaalbaar wonen. Door de normen in 2012 en 2014 al een
stuk aan te scherpen, zetten we bouwers en aannemers op een haalbaar
maar ambitieus spoor.'
De Vlaamse nieuwbouwwoningen worden jaar na jaar energiezuiniger. "Dat
is logisch", zegt Van den Bossche, "want wie twee keer nadenkt weet dat
een zuinige woning misschien iets duurder is in aanbouw, maar daarna
levenslang pure winst oplevert op de energiefactuur. Het verbaast dus
niet dat in 2009 al meer dan de helft van de woningen voldeed aan de
E80-norm, het energiepeil dat pas vanaf 1 januari 2010 verplicht werd.
Veel Vlamingen zien de voordelen van zuinig bouwen, en lopen dus voor
op de norm. "Een goede zaak", vindt Van den Bossche, "want om onze
klimaatdoelstellingen te halen moeten we de komende jaren een stuk
energiezuiniger worden. En een aanzienlijk stuk van het
besparingspotentieel zit in onze gebouwen."
Overeenkomstig de Europese regels zullen al onze nieuwe gebouwen in
2021 zo goed als energieneutraal moeten zijn. Dat betekent dat een
gebouw haast geen energie meer verbruikt. De energie die wel nog nodig
is zal ter plaatse worden opgewekt, bijvoorbeeld via zonneboilers of
warmtepompen.
Vandaag heeft de Vlaamse Regering op voorstel van minister Van den
Bossche beslist om dat einddoel nu al in te schrijven in de Vlaamse
regelgeving. "Zo krijgt de bouwsector een duidelijk perspectief", zegt
Van den Bossche. "Want tegelijk leggen we de eerste stappen in die
richting vast." Het energiepeil (E-peil) van een nieuwe school, kantoor
of woning zal vanaf 2012 moeten voldoen aan de E70-norm, en vanaf 2014
aan de E60-norm. Vandaag geldt voor woningen een E-peil van E80, voor
kantoren en scholen is dat E100. De nieuwe normen zijn vastgelegd op
basis van onderzoek, dat uitwijst dat het economisch optimum vandaag
rond E60 ligt, en na overleg met de architectenorganisaties en de
bouwsector.
Tegelijk worden ook de isolatienormen aangescherpt, zowel wat de
globale score van de isolatielaag (K-peil) als de isolatiewaarde van
het materiaal betreft. Die zogenaamde U-waarden en R-waarden worden op
het niveau van onze buurlanden gebracht, en zullen trouwens ook gelden
bij renovatie. Het is niet onbelangrijk om naast het algemene E-peil
ook de isolatienormen aan te scherpen: de isolatielaag in de
gebouwschil is achteraf moeilijker te verbeteren dan bijvoorbeeld een
verwarmingsinstallatie.
Eens we erin slagen onze woningen zo zuinig mogelijk te maken, moeten
we proberen om de nodige energie maximaal zelf op te wekken met
hernieuwbare bronnen. Dat kunnen zonnepanelen zijn, maar bijvoorbeeld
ook zonneboilers of warmtepompen. Daarom bevat de nieuwe regeling een
bepaling die ervoor zorgt dat er voortaan ook een minimaal percentage
hernieuwbare energie zal worden opgelegd aan nieuwbouwwoningen. Op
basis van een studie van onderzoeksbureau 3E en in overleg met alle
betrokkenen, zal de regering volgend jaar beslissen vanaf wanneer welk
percentage verplicht wordt.
Omdat de nieuwe normen ervoor zorgen dat zuiniger bouwtechnieken
ingeburgerd raken, zal de meerkost voor nieuwbouw beperkt blijven.
Bovendien wordt die eenmalige kost ruimschoots gecompenseerd door een
fikse besparing op de maandelijkse energiefactuur. "Aangezien onze
nieuwe gebouwen tientallen jaren zullen meegaan, is het essentieel om
ze zo zuinig mogelijk te maken", besluit Van den Bossche.