Rijksoverheid
Studenten krijgen jaar uitloop na bachelor en master
Persbericht | 10-12-2010
Studenten mogen na de reguliere studieduur van zowel hun bachelor als
hun master nog een jaar extra studeren tegen het normale (lage)
wettelijke collegegeld. Als ze die uitloop hebben benut, gaan ze het
langstudeerderstarief betalen - dat wil zeggen: het normale wettelijk
collegegeld plus EUR 3000 extra.
De ministerraad heeft tot deze maatregel besloten op voorstel van
staatssecretaris Zijlstra van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Een
student die zijn bachelor en zijn master doet krijgt dus de nominale
studieduur en in totaal twee jaar extra de tijd om te studeren tegen
het lage collegegeld. Doet hij er langer over dan betaalt hij bij het
huidige tarief EUR 4713 collegegeld (het wettelijk collegegeld van EUR
1713 plus EUR 3000 opslag). De langstudeerder heeft dan nog wel recht
op het collegegeldkrediet (op dit moment maximaal EUR 8565), dat ruim
voldoende is om de verhoging van het collegegeld op te vangen.
De extra uitloopjaren gelden voor alle studenten maar zijn vooral een
handreiking voor studenten die extra vakken willen volgen of een
opleiding doen die meer dan gemiddeld van de student vraagt, zoals een
bètastudie. Ook biedt het ruimte voor studenten om een bestuursfunctie
te vervullen. Studenten met een functiebeperking die recht hebben op
een extra jaar prestatiebeurs, krijgen daarbovenop een extra
uitloopjaar. Zij hebben dus een uitloop van maximaal drie jaar.
Voor studenten die voor een tweede studie in de gezondheidszorg of het
onderwijs kiezen en daarvoor het wettelijk collegegeld verschuldigd
zijn, geldt dat de teller bij aanvang van deze studie weer op nul
staat. Zij krijgen dus een uitloopjaar voor de bachelor én één voor de
master.
De maatregel, die met ingang van het studiejaar 2011/12 gaat gelden, is
nodig omdat langstudeerders nu een te groot beslag op de publieke
middelen leggen. Dit rechtvaardigt een hogere bijdrage van deze groep.
De ministerraad heeft ermee ingestemd het wetsvoorstel voor advies aan
de Raad van State te zenden. De tekst van het wetsvoorstel en van het
advies van de Raad van State worden openbaar bij indiening bij de
Tweede Kamer.
Verantwoordelijk ministerie
* Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap