ChristenUnie
Bijdrage Cynthia Ortega begroting Sociale Zaken en
Werkgelegenheid
Bijdrage Cynthia Ortega begroting Sociale Zaken en Werkgelegenheid
woensdag 08 december 2010 15:00
Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): Voorzitter. De ChristenUnie wil
een samenleving waarin iedereen mee kan doen. Betaald werk geeft mensen
de kans om hun talenten te ontwikkelen en te voorzien in hun
levensonderhoud. Maar gelukkig is dit niet het enige waar het om draait
in een samenleving. Waar zouden wij zijn indien er geen vrijwilliger of
mantelzorger meer te vinden is? Zouden wij als samenleving dan niet
juist duurder uit zijn? Hetzelfde geldt voor gezinnen die ervoor kiezen
om hun kinderen zelf op te voeden. Dit komt niet alleen de gezinnen
zelf ten goede, maar ook de samenleving. Het is daarom tijd om deze
burgers meer te waarderen en ruimte te geven om hun waardevolle
bijdragen voort te zetten. Is de minister met mij van mening dat het
afbouwen van het kindgebonden budget daarom een verkeerd signaal is?
Wordt het niet tijd om de fiscale vrijwilligersvergoeding te indexeren?
Maar niet iedereen die wil participeren, kan het op eigen
kracht. De overheid dient voor deze burgers een schild te zijn; niet
pamperen, maar voorwaarden scheppen zodat zij volwaardig kunnen
participeren. De plannen van het kabinet met de nieuwe regeling voor
mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt, laten een
tegenstrijdigheid zien. Enerzijds meer burgers met een beperking uit de
uitkering krijgen, maar anderzijds geen investeringen of plannen om hen
duurzaam te begeleiden naar de arbeidsmarkt. De fractie van de
ChristenUnie vreest dat hierdoor meer mensen veroordeeld zijn tot
armoede. Op welke manier denkt de minister dit te kunnen bolwerken?
Welk perspectief wordt mensen met een arbeidsbeperking nu echt geboden
op participatie? Welke doelstelling stelt de minister zich voor de
participatie? Kan hij eindelijk uitleggen hoe hij die doelen
daadwerkelijk gaat halen?
` Ik heb net een e-mail ontvangen van een burger die aan het
meekijken is. Die vraagt zich af over wie we het eigenlijk hebben en of
het niet mogelijk is dat UWV jaarlijks een tabel uitgeeft met alle
feitelijke cijfers over de aard van de arbeidsbeperkingen. Het maakt
namelijk wel uit of iemand bijvoorbeeld een motorische beperking heeft
of schizofreen is. Dan weten we met elkaar waar we over spreken.
De nieuwe Wajong-regeling lijkt haar vruchten af te werpen.
De ervaringen die nu worden opgedaan, moeten worden benut. Gaat de
staatssecretaris de nieuwe Wet Wajong uitgebreider evalueren om zo de
conclusies te betrekken bij de opzet van de nieuwe regeling voor de
onderkant van de arbeidsmarkt? Ik krijg graag een toezegging daarover.
Er is veel te zeggen over de Wajong. Het onderwerp gaat me
echt aan het hart, maar ik heb maar tien minuten spreektijd. Om de
bewindspersonen toch een hart onder de riem te steken, heb ik een
aantal voorstellen op papier gezet om hen te helpen en te ondersteunen
op het moment dat ze met een regeling te komen.
De voorzitter: Ik neem aan dat er geen bezwaar tegen bestaat dat dit
stuk ter inzage wordt gelegd bij het Centraal Informatiepunt van de
Kamer.
**
(Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal.)
Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): Voorzitter. Volgens het CPB valt
een groot deel van de WSW'ers straks in de bijstand en dat is nog
voorzichtig uitgedrukt. Ook hier geldt dat er zonder een volwaardige
aanpak een grote groep mensen tussen wal en schip valt. Hoe gaat de
minister dit voorkomen? Ik wil mij met betrekking tot de WSW aansluiten
bij de vraag van mevrouw Sterk -- ik heb precies hetzelfde alternatief
-- of het mogelijk is om een versnelde instroom naar de sociale
werkplaats te beperken tot de groep waarvoor dat echt nodig is. Als wij
toch praten over een bezuiniging van 120 mln., die mijn fractie liever
niet door ziet gaan, maar dat gebeurt wel, vraag ik de minister of het
mogelijk is om de pijn gelijkmatig te verdelen. In dat geval moet ook
de overhead bij de SW-bedrijven worden aangepakt. De pijn komt nu
helemaal bij de WSW'ers zelf te liggen.
Het kabinet bezuinigt op de re-integratie, maar juist
daarop moet worden ingezet om mensen naar werk te begeleiden. Dit staat
dus haaks op elkaar. Een regeling zoals de WWB laat succes zien, omdat
het budget beschikbaar is om in de participatie van mensen te
investeren. Natuurlijk is het ook belangrijk om de efficiency te
verbeteren. Een goede bijdrage komt van de kleine
re-integratiebedrijven. Zij zijn succesvol door het leveren van
een-op-een maatwerk. Bij het gunnen van re-integratietrajecten wordt
hieraan voorbijgegaan. Wil de minister ervoor zorgen dat maatwerk
zwaarder meetelt bij het gunnen van re-integratietrajecten? Graag een
reactie.
De ChristenUnie is een pleitbezorger van het geven van een
grotere verantwoordelijkheid aan mensen voor hun re-integratie. In de
praktijk merk ik dat dit stimulerend werkt en mensen activeert om meer
latente talenten te ontwikkelen. Wat ons betreft, moet er meer ruimte
komen voor individuele re-integratieovereenkomsten, zowel bij het UWV
als bij gemeenten. We kunnen niet enerzijds zeggen dat mensen zelf
verantwoordelijk zijn voor hun arbeidsparticipatie en aan de andere
kant alles voor hen willen regelen. Dit moet een liberaal toch als
muziek in de oren klinken, lijkt mij. Ik roep de minister daarom dan
ook op om te stimuleren dat meer IRO's worden afgesloten in verhouding
tot standaardtrajecten, bijvoorbeeld door prestatieafspraken met
gemeenten en het UWV hierover te maken. Graag een reactie.
Eerder heb ik een idee gelanceerd over een
maatschappelijk-werkboekje. De minister heeft hierop geantwoord dat hij
hiernaar zal kijken, mede in het licht van wat er in het regeerakkoord
staat over de bijdrage naar vermogen. Mijn voorstel gaat echter over
geheel iets anders, namelijk over de groep die een ontheffing krijgt,
omdat zij niet structureel aan de slag kan. Zij kunnen bijvoorbeeld
geen arbeid leveren, maar ook geen vrijwilligerswerk doen. Ik denk aan
mensen die schizofreen zijn of wat dan ook, maar die wel momenten
hebben waarop ze iets kunnen doen. Mijn idee is om na te gaan op welke
manier wij ervoor kunnen zorg dragen dat zij iets terug kunnen doen
voor de samenleving. Ik vraag de minister om heel goed naar mijn idee
te kijken. Ik heb dit uitgeschreven.
Het kabinet komt met een vitaliteitsregeling. Ik daag de
minister graag uit om hier breder naar te kijken. De regeling kan ook
worden gebruikt om te sparen als aanvulling op het inkomen bij ziekte
of arbeidsongeschiktheid. Dit is een mooie handreiking aan de zzp'ers.
Zij zijn nu immers vaak onverzekerd en dit kan hiervoor de uitkomst
bieden. Als iemand nu te maken krijgt met een situatie van
arbeidsongeschiktheid, dan kan het overblijvende gespaarde budget
worden gebruikt als aanvulling op het pensioen. Ziet de minister er wat
in om dit idee op te nemen in de vitaliteitsregeling?
Met betrekking tot de zzp'ers heb ik dezelfde opmerking als
mevrouw Dezentjé. Ik merk daarnaast nog op dat het voorkomt dat veel
zzp'ers niet weten dat de mogelijkheid bestaat om nog een aantal jaren
gebruik te maken van de pensioenregeling op het moment dat zij zzp'er
zijn geworden. Wil de minister er zorg voor dragen dat de bekendheid
daarover bij deze groep wordt vergroot?
Het bevreemdt de ChristenUnie dat het kabinet de
AOW-tegemoetkoming voor 65-plussers met een onvolledige AOW-opbouw wil
laten vervallen. Wat is hiervan de achterliggende reden?
Zo ontstaat er een steeds groter gat tussen AOW'ers met een aanvulling
vanuit de bijstand en de andere AOW'ers. Mag de minister dit
onderscheid wel maken? De tegemoetkoming staat toch los van het soort
uitkering? Als er toch bezuinigd moet worden, waarom kiest de minister
dan niet voor het alternatief van een inkomensafhankelijke
tegemoetkoming? Dat levert toch meer op? Graag een reactie hierop.
Afgelopen zaterdag werd weer bekend dat het aantal mensen
met schulden fors aan het toenemen is. Voor alle duidelijkheid: voor
het aangaan van schulden en de gevolgen die daaruit voortvloeien, is de
schuldenaar primair verantwoordelijk. Er kunnen zich echter situaties
voordoen waarin mensen door een plotselinge inkomensval in de problemen
terechtkomen. Die mensen mogen ondersteund worden. De toename van
problematische schulden is een groot maatschappelijk probleem aan het
worden dat structureel moet worden aangepakt. Het kabinet is echter van
plan om 20 mln. te bezuinigen. Waarop gaat precies bezuinigd worden?
Hoe verhoudt zich dit tot de recente berichten over de toename van het
aantal schulden? Wat betekent dit voor de kwaliteit van de
schudhulpverlening? Ik krijg veel signalen vanuit het veld dat veel
schuldsaneringstrajecten falen door de wirwar aan wetgeving en door de
versnippering over verschillende departementen. De fractie van de
ChristenUnie is daarom van mening dat de schuldhulpverlening drastisch
hervormd moet worden. Volgend jaar komen wij daarom met een
initiatiefnota. Ik stel nu alvast voor om één minister verantwoordelijk
te maken voor de schuldhulp. Graag een reactie hierop.
Ook met de voedselbanken is het een en ander aan de hand;
zij hebben te weinig voedsel. Ik heb zelf gehoord dat de kerstpakketten
niet echt groot zijn. Dat hoeft ook niet altijd, maar er komt gewoon te
weinig voedsel binnen. Dat komt omdat men bij veel bedrijven, zoals in
de horeca, onbekend is met de regels over hoelang voedsel toch nog
bruikbaar is. Ik krijg graag een toezegging van de minister dat hij in
samenwerking met zijn collega van het ministerie van EL&I ervoor gaat
zorgen dat de bekendheid van de regels over de bruikbaarheid van
voedsel vergroot wordt.
In de begrotingsbehandeling van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties heb ik een motie ingediend over de sociale
regelingen voor de BES-eilanden. Kan de minister toezeggen dat hij met
een visiedocument komt over de sociale zekerheid op de BES-eilanden?
Hierin moet ten minste tot uiting komen welke in Nederland geldende
sociale regelingen voor de BES-eilanden van kracht worden, wanneer deze
ingevoerd worden en wat de redenen zijn om bepaalde sociale regelingen
niet van toepassing te laten zijn. Wil de minister hierin ook de tweede
pensioenpijler meenemen?
Wij krijgen berichten binnen van ontwikkelingswerkers die
problemen hebben met het verkrijgen van kinderbijslag na terugkomst in
het land. Is de minister bereid om te kijken naar een minder
bureaucratische oplossing, zodat deze specifieke groep
ontwikkelingswerkers na terugkomst in Nederland weer eenvoudig
kinderbijslag kan ontvangen?
Mijn laatste punt heeft ook te maken met ontwikkelingswerkers. Vorig
jaar is een motie aangenomen over het AOW-gat bij ontwikkelingswerkers.
Het vorige kabinet heeft dit onderzocht, maar heeft het oordeel
overgelaten aan het huidige kabinet. Hoe kijk de minister daartegen
aan?
Cynthia Ortega