Integriteit is meer dan protocollen alleen
08.12.2010
Denken èn doen voor integer bestuur
Gemeenten maken werk van integriteit: het geschatte aantal onderzoeken
naar mogelijke integriteitschendingen is de afgelopen jaren flink
toegenomen. De stijging van het aantal onderzoeken is vooral een gevolg
van de toegenomen aandacht van het lokaal bestuur voor integriteit. Dat
is één van de conclusies van een onderzoek onder 251
gemeentesecretarissen en 254 griffiers door de vakgroep Integriteit van
Bestuur van de Vrije Universiteit in Amsterdam.
Het laatste decennium zijn talrijke beleidsinstrumenten ontwikkeld om
de integriteit op de werkvloer te bewaken èn te verbeteren. Behalve
gedragscodes, geschenkenregelingen, risicoanalyses, openbaarmaking van
nevenfuncties en auditing instrumenten hebben gemeenten op grote schaal
ook integriteitcoördinatoren en een of meerdere vertrouwenspersonen
aangesteld bij wie klachten over of vermoedens van
integriteitschendingen kunnen worden gemeld.
Volgens onderzoekers heeft de toegenomen aandacht en sensitiviteit voor
integriteitvraagstukken binnen en buiten de organisatie zich vertaald
in een stijging van het aantal onderzoeken naar (mogelijke)
integriteitschendingen variërend van ongewenst gedrag en misbruik van
bedrijfsmiddelen tot aan fraude en corruptie. Onderzoekers spreken dan
ook van een integriteitparadox. De stijging hoeft niet
noodzakelijkerwijs te betekenen dat het aantal integriteitschendingen
ook feitelijk is toegenomen.
Protocollen alleen niet voldoende
Het VU onderzoek laat zien dat gemeenten de afgelopen jaren op grote
schaal het wettelijk verplichte beleidsinstrumentarium hebben
ingevoerd: slechts 4 % van de gemeenten heeft nog geen
integriteitbeleid vastgesteld. Niettemin concluderen de onderzoekers
dat ondanks de aanwezigheid van gedragscodes, protocollen en andere
beleidsinstrumenten gemeenten niet zelden nog worstelen met het onder
de aandacht houden van integriteitvraagstukken.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten is met onderzoekers van mening
dat integriteit om continue bestuurlijke aandacht vraagt: van
burgemeester tot bode dient iedereen binnen de gemeentelijke
organisatie zich rekenschap te geven van wat integer gedrag betekent
voor de dagelijkse uitoefening van de publieke taak. Integriteit vraagt
niet alleen om protocollen en procedures maar ook om een
bedrijfscultuur waarin men elkaar durft aan te spreken op elkaars
gedrag en waar misstanden open en transparant worden geadresseerd.
Actief aan de slag
De VNG wil hier actief met gemeenten mee aan de slag. Onder andere door
het stimuleren van best practices gericht op het beïnvloeden van
houding en gedrag van bestuurders en ambtenaren. Inmiddels zijn er al
talloze gemeenten die op dit terrein initiatieven hebben ontwikkeld.
In 2008 is de Philip Brouwer Integriteitprijs ingesteld met als doel om
het werk van de in 2007 plotseling overleden onderzoeksjournalist naar
de integriteit van met name het openbaar bestuur levend te houden.
De shortlist van genomineerde gemeenten die actief investeren in een
transparante organisatiecultuur laat een gevarieerd aanbod aan
initiatieven zien: van periodieke integriteittrainingen tot de
introductie van een mystery-guest die het gedrag van medewerkers
toetst, van de organisatie van een jaarlijkse integriteitdag tot de
bespreking van integriteit in functioneringsgesprekken, van een
organisatiebrede cultuuromslag met als doel de binnen een relatief
kleine gemeenschap gegroeide verwevenheden te ontmantelen tot aan de
inventarisatie van kwetsbare processen. In 2010 werd de prijs
uiteindelijk toegekend aan de Regionale Werkgroep Integriteit, een
samenwerkingsverband van 19 Limburgse gemeenten die twee
vertrouwenspersonen ter beschikking heeft, instrumenten ontwikkelt,
adviezen geeft, opleidingen verzorgt, werkprocessen analyseert op
potentiële risico's, zorgt voor het uitwisselen van kennis, en een
gezamenlijke aanpak stimuleert.
Integriteit: eén advies- en verwijspunt
De VNG staat positief tegenover plannen tot oprichting van een advies-
en verwijspunt voor zowel de melder van een misstand als de organisatie
van de melder. De Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid en de STAR
(Stichting van de Arbeid) hebben gezamenlijk hun steun gegeven aan dit
advies- en verwijspunt. De VNG wil graag met minister Donner in gesprek
over de vormgeving en positionering van dit instituut. Tevens willen
wij meedenken om op termijn voor de gehele overheid tot één meldpunt te
komen.
Klokkenluidersregeling vernieuwd
De VNG acht een voortdurende organisatiebrede dialoog onder
bestuurders, ambtenaren en raadsleden van groot belang om integriteit
blijvend op de agenda te houden. Evenzo belangrijk is het om melders
van misstanden (`klokkenluiders') waar mogelijk te ondersteunen. Op
basis van een evaluatie van de bestaande regeling heeft de VNG samen
met de vakorganisaties deze regeling vernieuwd. De vernieuwde regeling
Melding Vermoeden Misstanden breidt niet alleen de kring van melders
uit, maar ziet ook toe op de vertrouwelijkheid van de melding.
Het onderzoek van de vakgroep Integriteit van Bestuur van de Vrije
Universiteit van Amsterdam is met ondersteuning van de VNG en BZK tot
stand gekomen. Minister Donner van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelatie is verheugd met de aandacht die gemeenten, de VNG en
de lokale beroepsverenigingen voor het thema integriteit tonen.