Hoge Raad verwerpt cassatieberoep in bouwfraudezaak
Den Haag, 23 november 2010 - De Hoge Raad heeft vandaag het
cassatieberoep in de zaak die bekend staat als de bouwfraudezaak.
zonder nadere motivering verworpen. Het cassatiemiddel dwingt niet om
beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de
rechtsontwikkeling.
Achtergrond
Het hof Den Haag heeft de verdachte op 11 oktober 2006 vrijgesproken
(LJN AY9821).
De Hoge Raad heeft vervolgens deze vrijspraak op 30 mei 2008 vernietigd
en de zaak terugverwezen naar het hof Den Haag (LJN BC8673).
De verdachte is op 5 december 2008 door het hof Den Haag veroordeeld
tot 120 uren taakstraf omdat hij zich als ambtenaar had laten omkopen
(LJN BG6141.)
Procedure bij de Hoge Raad
Namens de verdachte heeft mr. B.P. de Boer, advocaat in Amsterdam,
cassatieberoep ingesteld.
Advocaat-generaal Machielse heeft op 28 september 2010 in zijn
conclusie geadviseerd tot verwerping van het beroep.
De Hoge Raad heeft het cassatieberoep verworpen.
Gevolg van deze uitspraak
De veroordeling van het hof is daarmee definitief geworden.
Dit is een samenvatting van de uitspraak van de Hoge Raad van 23
november 2010. Bij verschil tussen deze samenvatting en de volledige
uitspraak is laatstgenoemde beslissend.
Den Haag, 23 november 2010
Mireille Beentjes, communicatieadviseur
Tel. 070-3611262
LJ Nummers
BO4698
AY9821
BC8673
BG6141
Zie het origineel
Bron: Hoge Raad der Nederlanden
Datum actualiteit: 23 november 2010 Naar boven
Hoge Raad der Nederlanden