Rijksoverheid
3 november 2010
Uitvoering uitzondering rookvrije horeca
Geachte voorzitter,
In het regeerakkoord is het volgende overeengekomen met betrekking tot het
rookverbod:
"Het huidige rookverbod wordt versoepeld. Het rookverbod werkt in de meeste
horecagelegenheden goed. De horeca is voor het overgrote deel rookvrij
geworden. Maar in veel kleine cafés, waar geen personeel in dienst is, is geen
behoefte aan een rookverbod. Het kabinet is voornemens om horeca met
minder dan 70 m2 bedrijfsruimte naar Duits voorbeeld vrij te stellen van het
rookverbod."
In deze brief geef ik een nadere toelichting op hoe deze uitzondering vorm zal
gaan krijgen en op welke horecagelegenheden deze uitzondering van toepassing
zal zijn. Daarnaast zal ik kort ingaan op de handhaving van de rookvrije horeca
door de nVWA.
De uitzondering op het rookverbod
Het beleid van de afgelopen jaren, waarbij in het kader van het gezondheidsbeleid
ook het roken in de horeca zoveel mogelijk werd ontmoedigd door het instellen
van een rookverbod, wordt voortgezet. Ten aanzien van één specifieke categorie
van bedrijven is het kabinet voornemens om een uitzondering te creëren op deze
norm, namelijk voor de cafébedrijven zonder personeel die een nuttig
vloeroppervlak (horecalokaliteit) hebben van minder dan 70 m². Een grove
schatting laat zien dat het hier gaat om enkele duizenden cafés.
Met deze uitzondering kom ik tegemoet aan de sociale functie van deze
buurtkroegjes (of huiskamerkroegjes) waar een substantieel deel van de
bezoekers net als in zijn eigen huiskamer wil kunnen roken, terwijl tegelijkertijd
het recht op bescherming tegen tabaksrook van werknemers in de horeca in stand
gehouden wordt. Door de uitzondering wordt recht gedaan aan de keuzevrijheid
van de consument, terwijl ook de handhaafbaarheid en de acceptatie van de norm
zal worden vergroot.
De regels voor de andere sectoren in de horeca, zoals restaurants, grotere cafés,
discotheken, fastfoodsector, evenementensector en de sport blijven onverminderd
van kracht. Door deze scherpe afbakening van de uitzondering blijft het aantal
grensgevallen beperkt.
Om de herkenbaarheid van buitenaf voor potentiële klanten en toezichthouders te
bevorderen zullen rookcafé's verplicht worden op of bij de ingang via een bordje
aan te geven dat zij een rookcafé vormen. Deze aanduiding geeft de bezoekers de
vrijheid zelf te kiezen of zij een café waar nog gerookt wordt, willen betreden of
niet.
Handhaving
Ik ben me ervan bewust dat deze criteria nog nadere uitwerking behoeven, zowel
juridisch als qua handhaving.
Juridisch zal een en ander moeten worden vormgegeven in een wijziging van het
Besluit uitvoering rookvrije werkplek, horeca en andere ruimten (hierna: Besluit
uitvoering). Die wijziging wordt op dit moment voorbereid en zal op de kortst
mogelijke termijn bij de Eerste en Tweede Kamer worden voorgehangen. Na de
voorhangprocedure zal de amvb nog ter advisering aan de Raad van State moeten
worden voorgelegd, voordat hij kan worden vastgesteld.
Regelgeving moet worden nageleefd en gehandhaafd, zolang zij niet is vervangen
door nieuwe regelgeving. Het is evenwel niet ongebruikelijk om bij wijze van
anticipatie af te zien van handhaving van regelgeving als er nieuwe regelgeving in
het verschiet ligt en die nieuwe regelgeving gunstiger is voor burger en/of
bedrijfsleven. Handhaving van het rookverbod in de kleine cafés zonder personeel
hoort, gezien dat gebruik, niet tot de prioriteiten. Voor het overige zal de nVWA
met kracht doorgaan met de handhaving van het rookverbod in de horeca.
Handhaving in zaken met personeel, ook als die kleiner zijn dan 70 mE, wordt
onder de huidige regelgeving onverminderd voortgezet.
In het verlengde hiervan zal de afhandeling van opgelegde boetes, alsmede
beroep3 en bezwaarschriften als volgt geschieden. De afhandeling van boetes,
bezwaren en beroepen in zaken met personeel wordt voortgezet.
Boetebeschikkingen tegen 'kleine' ZZP3ers worden ingetrokken. Daarbij wordt er
vanuit gegaan dat ZZP overeenkomt met 'klein' (< 70 mE). Ook lopende bezwaar3
en beroepsprocedures tegen ZZP3ers zullen met inachtneming van dit kader
worden afgehandeld.
Om onnodige controle in de kleinere cafe's te voorkomen zal er een voorselectie
door de nVWA plaatsvinden. De nVWA kan dan aan de hand van ingeleverde en
overige ten dienste staande gegevens bezien welke cafés onder de uitzondering
vallen. Een en ander zal in samenspraak met de nVWA de komende tijd nog
verder moeten worden uitgewerkt in een beleidskader.
Aanpassing regelgeving
Volgend op eerdere uitspraken over de rechtsbasis van de rookvrije horeca van de
rechtbank Breda en de rechtbank Groningen, heeft mijn voorganger u op 11
september 2009 twee wijzigings3amvb's gestuurd1. Die amvb's moesten de toen
ontstane verwarring opheffen over de bedoeling, reikwijdte en de effecten van het
Besluit uitvoering voor horeca3inrichtingen zonder personeel.
Met de uitspraak van de Hoge Raad van 23 februari 2010 en het Hof Arnhem van
17 juni 2010 is een einde gekomen aan de onduidelijkheid over de rechtsbasis van
het rookverbod in de Tabakswet2. Daardoor is de noodzaak tot reparatie komen te
vervallen. Ik zal daarom het kabinet verzoeken te bevorderen dat deze twee
voorgehangen amvb's niet doorgezet zullen worden.
Ventilatie
Naar aanleiding van het RIVM3briefrapport 'Handhaving van een rookvrij
binnenmilieu' heeft mijn voorganger u per brief van 8 juli 2009 geïnformeerd over
zijn voornemen om nogmaals nauwkeurig te laten kijken naar de vraag of
ventilatietechnieken een gelijkwaardig alternatief zouden kunnen zijn voor de
rookvrije horeca3.
Daarop volgend heeft mijn voorganger u op 2 juli jl. twee rapportages gestuurd.
Eén rapportage betrof een second opinion van de Commissie van Toezicht (CvT)
van het RIVM over het RIVM3briefrapport 'Handhaving van een rookvrij
binnenmilieu'. Het tweede rapport betrof een aanvullend onderzoek van het RIVM
en TNO naar ventilatietechnieken en de gehalten aan zwerfrook in de rookvrije
gedeelten van horecagelegenheden met een rookruimte.
Mijn voorganger heeft een besluit over vervolgacties naar aanleiding van dit
onderzoek overgelaten aan een nieuw kabinet.
De voornaamste reden voor dit traject was een alternatief te kunnen bieden aan
kleine cafés, die geen mogelijkheid hadden om een rookruimte te creëren. Voor
deze categorie wordt nu een uitzondering op het rookverbod gemaakt. Bovendien
volgt uit het rapport van de CvT en het rapport van RIVM en TNO dat
ventilatietechnieken voorlopig geen goed alternatief zijn voor de huidige
rookruimtes, zowel qua gezondheidsbescherming, toepassing als handhaving.
Ik ben daarom niet voornemens om de mogelijkheid van ventilatietechnieken als
alternatief voor de rookvrije horeca, op korte termijn verder te verkennen.
Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Hoogachtend,
de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
mw. drs. E.I. Schippers
1 Rb. Groningen 2030232009, LJN: BH3578, Rb. Breda 0330432009, LJN BH9853.
2 HR 2330232010, LJN: BK8211, Hof Arnhem 1730632010, LJN: BM8105 en LJN: BM8103
3 TK, Vergaderjaar 2008 - 2009, 32011, nr. 1.