D66
vrijdag 29 oktober 2010
Vrijheid van onderwijs niet gebruiken voor discriminatie
Orthodox-religieuze scholen mogen niet onbeperkt eisen stellen aan de
religieuze opvattingen van leraren. Dat stelt D66-Kamerlid Boris van
der Ham samen met Anouchka van Miltenburg (VVD), Jetta Klijnsma (PvdA),
Jasper van Dijk (SP) en Ineke van Gent (GroenLinks) in een
opinieartikel in dagblad Trouw. Om dit te verzekeren heeft hij samen
met deze Kamerleden van VVD, PvdA, SP en GroenLinks een initiatiefwet
ingediend.
Diversiteit aan gelovigen
Orthodox-religieuze scholen mogen eisen stellen aan het lidmaatschap
van een kerkgenootschap. Maar de indieners van het wetsvoorstel
constateren dat scholen aanvullende eisen stellen aan het wel of niet
ongehuwd samenwonen en aan homoseksuelen. Binnen orthodoxe kerken wordt
er echter steeds diverser gedacht over zaken als de positie van de
vrouw, echtscheiding, wetenschap en seksualiteit.
Eigen interpretatie
Van der Ham: "De wetgever moet zich niet bemoeien met de invulling van
een orthodoxe geloofsbeleving. Maar de wetgever moet wel heldere
randvoorwaarden stellen waarbinnen iedereen de vrijheid heeft zijn of
haar leven naar eigen keuze in te richten. Een werknemer die dezelfde
religieuze richting aanhangt maar op enkele punten afwijkt, moet binnen
de school respect hebben voor de visie van de school. Maar moet wel de
vrijheid hebben er zijn of haar eigen interpretatie op na te houden.
Grondrechten dienen immers naast elkaar te staan."