Aandacht Tweede Kamer gevraagd voor kinderrechten (26-10-10)
Ter gelegenheid van het debat (26 en 27 oktober) over de
regeringsverklaring van het nieuw-aangetreden VVD/CDA-kabinet hebben
UNICEF Nederland en 27 andere organisaties de Tweede Kamer een brief
gestuurd om te wijzen op de mogelijke gevolgen van het in het Regeer-
en Gedoogakkoord voorgestelde beleid voor de positie van kinderen. De
ondertekenaars, waaronder ook INLIA, doen een beroep op het parlement
om rekening te houden met de belangen van kinderen, zoals vastgelegd in
het Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind.
Een citaat:
"Het Kinderrechtenverdrag gaat uit van een positieve, holistische visie
op kinderen. Het kent vier basisbeginselen die meegenomen moeten worden
in het maken en beoordelen van overheidsbeleid:
* alle rechten gelden voor alle kinderen: non-discriminatie (art. 2)
* het belang van het kind is de eerste overweging bij iedere
beslissing (art. 3)
* het recht op leven en ontwikkeling (art. 6)
* respect voor de mening van het kind (art. 12)
De beginselen en de bepalingen van het Kinderrechtenverdrag die hieruit
voortvloeien, herkennen wij niet in het Regeer- en Gedoogakkoord. Op
enkele punten bestaat het gevaar dat uitvoering van voorgesteld beleid
in strijd zal zijn met de beginselen van het Kinderrechtenverdrag."
In een bijlage bij de brief worden enkele specifieke punten in genoemde
akkoorden genoemd, zoals het strafbaar stellen van illegaliteit, de
hogere eisen aan de wijze van gezinsvorming en -hereniging en de
terugkeer van alleenstaande minderjarige vreemdelingen.
De volledige tekst van de brief vindt u hier (pdf-bestand).
Zie het origineel
Meer informatie over kinderrechten is te vinden bij UNICEF Nederland en
Defence for Children International en op de site van de coalities Geen
Kind in de Cel en Geen Kind Op Straat, waarvan ook INLIA deel uitmaakt.