Rijksoverheid
Datum 25 oktober 2010
InnovatiePrestatieContracten ! evaluatie van de subsidieregeling
Ons kenmerk
OI/I / 10157903
Bijlage(n)
1
Hierbij bied ik u aan het evaluatierapport over de subsidieregeling
InnovatiePrestatieContracten (IPC), aangekondigd in de begroting van het
ministerie van Economische Zaken (EZ) voor 2010 (Tweede Kamer, vergaderjaar
2009!2010, 32 123 hoofdstuk XIII, nr. 2.)
Achtergrond
De subsidieregeling IPC maakt onderdeel uit van het basispakket innoveren
waarmee vooral MKB bedrijven worden aangezet tot meer innoveren. In een IPC
voert een groep ondernemers onder regie van een penvoerder, meestal een
brancheorganisatie, een meerjarig innovatieplan uit.
De regeling is in 2007 van start gegaan, na een tweejarige pilotfase, en kent een
grote belangstelling. In het navolgende treft u de belangrijkste conclusies van de
evaluatie aan.
Effecten van de IPC
Uit de evaluatie blijkt een duidelijk effect van een IPC op het innovatiegedrag van
de deelnemende bedrijven. Van de bedrijven zegt 86% dat door deelname aan het
IPC in de toekomst meer aan research en development zal worden gedaan. Bijna
80% van de ondernemers geeft aan meer aan het management van innovatie te
(gaan) doen.
Een ander belangrijk resultaat is dat de bedrijven een duidelijk positief effect
melden van de deelname aan een IPC op de resultaten van het bedrijf: 69% meldt
een positieve bijdrage aan de ontwikkeling van de winst en 74% rapporteert een
positieve bijdrage aan de omzetontwikkeling.
86% van de ondervraagde ondernemers zegt dat, als zij niet hadden
deelgenomen aan een IPC, zij hun innovatieplannen dan niet zouden hebben
uitgevoerd, later zouden hebben uitgevoerd of er minder geld in hadden
geïnvesteerd. Het wel of niet deelnemen aan een IPC is dus een belangrijke factor
voor de uitvoering van innovatieplannen.
Pagina 2 van 2
Directoraat
generaal
Ondernemen en Innovatie
Directie Innovatie
Ons kenmerk
OI/I / 10157903
Concrete projecten en verbetering van processen
Een IPC kan resulteren in een nieuw product, zoals onbrandbaar karton, een
klimaatregeling in tuinbouwkassen, een systeem voor ondergrondse wateropslag,
een bouwpakket voor de ombouw van auto's voor gehandicapten, of een nieuw
concept voor containervervoer, en tot verbeteringen van processen
(efficiencyverbeteringen, lean manufacturing, verbetering logistiek).
Bereik subsidieregeling IPC
De IPC subsidieregeling heeft een breed bereik; de groep van deelnemers is
divers. Een groot aantal sectoren is vertegenwoordigd. Het gaat daarnaast zowel
om startende bedrijven als om bedrijven met een lange historie. Ook de spreiding
in omvang van de bedrijven is groot. Een IPC dat gericht is op branches komt het
vaakst voor (50%), gevolgd door een thematisch georganiseerd en een regionaal
georganiseerd IPC (elk 25%). Ongeveer 2.350 bedrijven namen tot dusverre deel
aan een IPC.
Rol van de penvoerder
Een belangrijke rol is weggelegd voor de penvoerder. De kwaliteit, de inzet en de
rolopvatting van de penvoerder is in belangrijke mate bepalend voor het succes
van een IPC. De beoordeling van de rol van de penvoerders door de deelnemers is
overwegend positief.
Samenwerking tussen bedrijven
Samenwerking is een essentieel uitgangspunt van de IPC!subsidieregeling als
middel om tot innovatie te komen. Daarom is bepaald dat minimaal 20% van de
subsidie gaat naar collectieve activiteiten. Deelname aan het IPC heeft effect op
de bereidheid van bedrijven om in de toekomst samen te werken met andere
bedrijven en/of kennisinstellingen: 87% geeft aan in de toekomst meer samen te
willen werken.
De administratieve lasten van een IPC worden zowel door penvoerders als door
deelnemende bedrijven als zeer acceptabel beoordeeld.
Afsluitend, Dialogic signaleert ook enkele aandachtspunten en formuleert daartoe
aanbevelingen, op bijvoorbeeld het terrein van de penvoerder en een eventuele
selectie op kwaliteit. De uitkomsten van de evaluatie worden betrokken bij het
verder vormgeven van dit instrument voor 2011.
De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,
(w.g.) drs. M.J.M. Verhagen
---- --