Rijksoverheid
1
a
Datum 21 oktober 2010
Betreft Voorhang voornemen goedkeuring accreditatiekader als bedoeld in
artikel 5a.8, vijfde lid, van de Wet op het hoger onderwijs en
wetenschappelijk onderzoek
Ter voldoening aan artikel 5a.8, vijfde lid, van de Wet op het hoger onderwijs en
wetenschappelijk onderzoek (WHW) bied ik u hierbij, mede namens mijn
ambtgenoot van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, de ontwerp#
beoordelingskaders ten behoeve van het accreditatiestelsel aan zoals die aan mij
zijn voorgelegd door de Nederlands#Vlaamse accreditatieorganisatie (NVAO). Ik
ben voornemens de ontwerpkaders goed te keuren. De WHW schrijft voor dat ik
mijn definitieve goedkeuring niet eerder kan verlenen dan nadat er vier weken
zijn verstreken sinds ik mijn voornemen daartoe aan de beide Kamers der Staten#
Generaal heb voorgelegd.
Graag merk ik op dat uitvoering is gegeven aan mijn toezegging in de brief van
22 maart 2010 aan u (TK 2009-10, 32 210, nr. 22). Dit betreft de toezegging dat
de NVAO in het accreditatiekader de criteria en beslisregels voor gedifferentieerde
beoordeling zal aanscherpen en onderbouwen. Dat is gebeurd in paragraaf 8 van
het voorgelegde kader.
Voorts maak ik van de gelegenheid gebruik u mee te delen dat op dit moment
een algemene maatregel van bestuur in voorbereiding is die strekt tot uitvoering
van de artikelen 5a.11, vierde lid, 5a.12a, eerste lid, en 5a.13d, eerste lid, van de
WHW zoals die zullen luiden na inwerkingtreding van de wijziging van de WHW in
verband met aanpassing van het accreditatiestelsel (Stb. 2010, 293). Het betreft
de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder een toets nieuwe opleiding
respectievelijk een instellingstoets kwaliteitszorg onder voorwaarden en een
herstelperiode voor accreditatie kunnen worden toegekend. Ik heb het ontwerp
daarvoor op 13 oktober 2010 naar u verzonden ten behoeve van voorhang bij de
Tweede Kamer der Staten#Generaal.
De Staatssecretaris van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap,
Halbe Zijlstra