Rijksoverheid
14 oktober 2010
Aanbieding IGZ rapport 'Het resultaat telt' particuliere klinieken 2009:
Verbeteringen zichtbaar
Geachte voorzitter,
Bijgevoegd treft u het rapport 'Het resultaat telt Particuliere klinieken 2009:
Verbeteringen zichtbaar' van de Inspectie voor de Gezondheidszorg.
In dit rapport worden de resultaten beschreven van het onderzoek naar de
kwaliteit van zorg dat de IGZ heeft uitgevoerd onder de particuliere klinieken
(ZBC's en privéklinieken) met behulp van kwaliteitsindicatoren. Het betreft het
tweede onderzoek van de IGZ in deze sector.
Voor particuliere klinieken gelden dezelfde veldnormen als voor ziekenhuizen. Ik
hecht daarom ook veel waarde aan dit onderzoek waarmee de IGZ inzicht krijgt in
de kwaliteit van de geleverde zorg in de particuliere klinieken. In 2008 was het
nog moeilijk om een overzicht te krijgen van het totale zorgaanbod en aantallen
klinieken. In 2009 is, mede door de start van de registratieplicht in het kader van
de WUBHV, bij het veld het bewustzijn gegroeid dat ze zich kenbaar moeten
maken. Dit heeft geleid tot een toename van het aantal rapportages over de
kwaliteitsindicatoren van 151 klinieken in 2008 tot 229 klinieken in 2009.
Opvallende resultaten
Er zijn dit jaar, zo blijkt uit de kwaliteitsindicatoren, een aantal goede resultaten
zichtbaar geworden. Ten opzichte van 2008 was in 2009 de anesthesioloog vaker
betrokken bij de behandeling en bij sedatie. Ook beschikken de meeste klinieken
over een infectiesurveillance en een klachtensysteem. De zorgzwaarte van
patiënten die in particuliere klinieken behandeld worden is nog steeds hoger en
dus risicovoller dan de IGZ wenselijk acht. Wel is de zorgzwaarte steeds vaker
geregistreerd (82%). Het gaat hier om patiënten onder de 18 jaar, met een ASA+
klasse 3 of hoger en met een BMI groter dan 35. Het aantal klinieken dat
patiënten met een ASA+klasse van 3 of hoger behandeld is gedaald van 17% in
2008 naar 9% in 2009.
In veel klinieken worden kinderen behandeld. Dit is een doelgroep die potentieel
kwetsbaar is en een specifieke benadering vereist. De IGZ zal aandringen op
verdere normering over voorwaarden om kinderen al dan niet te behandelen in
particuliere klinieken en neemt hierover contact op met de Nederlandse
Vereniging voor Anesthesiologie en de Nederlandse Vereniging voor
Kindergeneeskunde.
Er zijn nog wel verbeteringen mogelijk. Teleurstellend was de gerapporteerde
geringe deelname aan de complicatieregistratie van de wetenschappelijke
verenigingen, met uitzondering van de oogheelkunde. De IGZ zal de klinieken en
wetenschappelijk verenigingen indringend op normstelling aanspreken.
De oogartsen zijn de enige specialisten met een specifieke visitatie voor
verrichtingen in een particuliere klinieken. In 67% van alle klinieken zijn alle
oogartsen NOG gecertificeerd als refractiechirurg. Wel zijn er nog drie van de 36
klinieken waar dit niet het geval is.
Dertien van de 55 plastisch chirurgische of cosmetische klinieken hebben of geen
plastisch chirurg in dienst of de wel aanwezige plastisch chirurg is niet (recent)
gevisiteerd door de NVPC. Gezien de grote diversiteit aan behandelaars en
verrichtingen acht de IGZ meer afspraken of afstemming hierover wenselijk om
grote risico's voor de patiënt te voorkomen. Op dit moment wordt er door de
NVPC een algemene richtlijn ontwikkeld voor cosmetische behandelingen en is
hierover een NEN+norm in ontwikkeling. De door IGZ aangeven nadere normering
heeft geresulteerd in het vastellen van een een veiligheidsnorm geaccordeerd door
de NVPC, die een concrete beschrijving van de kwaliteitseisen bevat waaraan een
behandelaar moet voldoen hetgeen de voorwaarden voor het uitvoeren van
toezicht sterk verbetert.
Handhaving en vervolgacties IGZ
Het inspectietoezicht vindt plaats volgens de systematiek van het gefaseerd
toezicht. De gegevens uit de kwaliteitsindicatoren worden door de inspectie
beoordeeld. In 2010 zullen op basis van de risicogerichte selectie de twintig
slechts scorende klinieken nader worden onderzocht. Een score onder de door de
inspectie gestelde norm zoals verwoord in het rapport, gecombineerd met de
reeds bij de inspectie bekende gegevens uit calamiteitenonderzoek of anderszins,
geven al dan niet aanleiding tot het afleggen van een inspectiebezoek. De
bezoekrapportages van de bezochte instellingen zullen op de IGZ+website
gepubliceerd worden. Handhaven zal plaatsvinden door het oplegen van
maatregelen, de controle op deze maatregelen en zo nodig verscherpt toezicht of
een aanwijzingstraject.
Daarnaast zal de IGZ de klinieken en wetenschappelijke verenigingen indringend
op normstelling aanspreken en zonodig vervolgacties ondernemen. Ook zullen ze
extra aandacht besteden aan de aanwezigheid en visitatie van plastisch chirurgen
in de plastische chirurgische of cosmetische klinieken en de realisatie van de NOG
visitatie van de oogartsen toetsen.
Ik vertrouw erop uw Kamer hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Hoogachtend,
de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
dr. A. Klink