beantwoording vragen van het lid Voordewind over de situatie van
Assyrische Christenen in het Noorden van Irak
Kamerbrief inzake beantwoording vragen van het lid Voordewind over de
situatie van Assyrische Christenen in het Noorden van Irak
Kamerbrief | 12 oktober 2010
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen
gesteld door het lid Voordewind over de situatie van Assyrische
Christenen in het Noorden van Irak. Deze vragen werden ingezonden op 29
september 2010 met kenmerk 2010Z13845.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, Minister van Buitenlandse Zaken op
vragen van het lid Voordewind (ChristenUnie) over de situatie van
Assyrische Christenen in het Noorden van Irak.
Vraag 1
Bent u bekend met de inhoud van diverse rapporten waarin wordt
gesproken van oneerlijke rechtsgang en geweld door Koerdische
autoriteiten tegen Assyrische christenen en andere minderheden in
Noord-Irak? 1)
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Wat is de inzet van de Nederlandse regering en de Europese Unie om het
recht op een eerlijke rechtsgang in de Koerdische regio te bevorderen
en marteling tegen te gaan?
Antwoord
Nederland spant zich, zowel bilateraal als multilateraal, in om de
Irakese rechtsstaat te versterken. In contacten met Irakese
autoriteiten en ook met autoriteiten in de Koerdische regio wordt het
onderwerp mensenrechten regelmatig besproken en daarbij komen ook de
noodzaak van een eerlijke rechtsgang en het tegengaan van marteling aan
de orde. Tevens wordt expliciet aandacht gevraagd voor de situatie van
etnische en religieuze minderheden en andere kwetsbare groepen.
Mensenrechten maken daarnaast integraal deel uit van de activiteiten
van EUJUST LEX, de EU-missie die tot doel heeft de Irakese
veiligheidssector te versterken. In de trainingen besteedt de missie
aandacht aan het respecteren van mensenrechten in het dagelijkse werk
van de Irakese deelnemers. Zo wordt er bijvoorbeeld stilgestaan bij
gebruikte verhoortechnieken, veiligheidshandhaving en behandeling van
gevangenen.
Vraag 3
Bent u bekend met de zaak van Robert Aowyamlik, die is gemarteld en
gedwongen documenten te tekenen waarin hij bevestigt dat hij zijn zus
heeft vermoord? 2)
Antwoord
Ja.
Vraag 4
Bent u bereid om bij de Koerdische autoriteiten aan te dringen op een
eerlijk proces voor Robert Aowyamlik, en zo ja, op welke wijze wilt u
zich hiervoor inspannen?
Vraag 5
Welke mogelijkheden ziet u om via de Nederlandse ambassade of het
consultaat in de Koerdische regio toe te zien op een eerlijke
rechtsgang?
Antwoord
Nederland en de EU volgen voor zover mogelijk de ontwikkelingen op het
gebied van mensenrechten en dus ook op het gebied van religieuze
minderheden in Irak op de voet. Het recht dat alle gevangenen hebben op
een eerlijk proces wordt steeds benadrukt in gesprekken met de Irakese
autoriteiten, zowel in Bagdad als in de Koerdische regio. Indien de
gelegenheid zich voordoet zal de zaak van dhr. Aowyamlik worden
opgebracht.
1) Rapport van Assyria Council of EU 2009- 2010
2) www.aina.org , ` Assyrian Man Tortured Into Confessing to Sister's
Murder', 2010
Ministerie van Buitenlandse Zaken