ChristenUnie
bijdrage Cynthia Ortega Pl Belastingwet BES+Douane- en
Accijnswet BES+invoeringswet fiscaal stelsel
bijdrage Cynthia Ortega Pl Belastingwet BES+Douane- en Accijnswet
BES+invoeringswet fiscaal stelsel
woensdag 06 oktober 2010 13:00
Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): Voorzitter. De ChristenUnie
heeft al vaker haar zorgen uitgesproken over wetgeving die te weinig
rekening houdt met de specifieke eigenschappen van de BES-eilanden.
Vandaag spreek ik mijn waardering uit voor de minister en zijn
ambtenaren, die oog hebben gehad voor deze eigenschappen en die een
creatief pakket aan belastingvoorstellen hebben samengesteld. Het is nu
echter zaak om, zodra de Kamers de wetsvoorstellen hebben aangenomen,
zo spoedig mogelijk een communicatiecampagne op te starten om zowel
bedrijven als burgers op de hoogte te brengen van de veranderingen.
Graag krijg ik een toezegging van de minister. Veranderingen nemen tijd
om te beklijven. Vooral voor burgers kan het wat tijd kosten voordat
zij doordrongen zijn van de veranderingen in de verplichtingen die zij
moeten nakomen. Graag hoor ik van de minister of ik erop kan vertrouwen
dat hij een zekere clementie zal tonen als blijkt dat mensen niet zo
goed doordrongen zijn van de verplichtingen die uit de veranderingen
voortvloeien.
De wetsvoorstellen die wij vandaag behandelen, moeten er
onder andere toe bijdragen dat enerzijds financiële middelen
beschikbaar komen voor investeringen in onder andere gezondheidszorg,
onderwijs en infrastructuur en dat anderzijds een concurrerend
investeringsklimaat ontstaat, waardoor de bedrijvigheid zal toenemen en
de werkgelegenheid zal groeien. In het wetgevingsoverleg heb ik de
minister gevraagd of hij een inschatting kan maken van de te verwachten
investeringen, vestiging van nieuwe bedrijven en groei van de
werkgelegenheid op de BES-eilanden als wij dit nieuwe fiscale stelsel
invoeren. De minister heeft gezegd dat hij in dit debat het
ontwikkelperspectief zal schetsen en een prognose zal stellen van de
toename in bedrijvigheid en werkgelegenheid op de eilanden. Mijn
fractie hecht zeer aan deze informatie, mede in het licht van de forse
uitvoeringskosten die gemoeid zijn met het nieuwe fiscale stelsel.
Graag krijg ik alsnog een reactie.
Het is van belang, zeker als het gaat om wetgeving die ons
in onze portemonnee treft, dat er tijdig wordt geëvalueerd. Ik ben dan
ook tevreden met de toezegging van de minister om in ieder geval de
directe belastingen, de inkomsten- en loonbelasting, te betrekken bij
het evaluatieproces van de BES-wetten, voor zover dat niet in een
eerder stadium is gebeurd. Mijn fractie stelt er prijs op dat de Kamer
één jaar na de invoering van het stelsel een voortgangsrapportage
ontvangt over het invoeringsproces. Wil de minister dit toezeggen?
Als wij wetgeving simpel willen houden, worden wij iedere
keer voor de vraag gesteld wat wij wel of niet betrekken bij het
wetsvoorstel. Dat geldt ook voor de inkomsten- en loonbelasting. Binnen
het belastingstelsel in het Europese deel van Nederland kennen wij
bijvoorbeeld de kinderopvangtoeslag. De ChristenUnie signaleert dat het
ontbreken van deze faciliteit op de eilanden tot gevolg heeft dat
vooral alleenstaande vrouwen niet participeren en zich niet laten bij-
of omscholen. Wat is de achterliggende reden dat deze faciliteit nog
niet is opgenomen in de voorstellen? Overweegt de minister om dit
alsnog te doen?
Een aantal weken geleden heeft de Kamer een inbreng gedaan
voor het verslag over de onderwijswetgeving-BES. In deze wetgeving
worden nut en noodzaak onderkend van erkende leerbedrijven en het
verstrekken van leerplekken. Ik had dan ook verwacht dat in deze
voorstellen voor belastingwetten een fiscale stimuleringsregeling voor
leerbedrijven te vinden zou zijn, zoals wij die kennen in het Europese
deel van Nederland.
Wil de minister in een reactie aangeven waarom dat niet is meegenomen?
Gaat dit alsnog gebeuren?
De fractie van de ChristenUnie juicht het toe dat de
minister in het wetgevingsoverleg heeft toegezegd dat hij de accijnzen
op alcohol en tabak op Sint-Eustatius en Saba, die dan misschien al
verhoogd zijn, zal meenemen in de evaluatie. Ook de toezegging en de
bereidwilligheid van de minister om te zijner tijd in overleg te treden
met Sint-Maarten over de status van free port, waarderen wij. Juist met
het oog op een gezonde leefstijl en reductie van de zorgkosten hecht de
fractie van de ChristenUnie er zeer aan dat deze accijnzen te zijner
tijd worden ingevoerd. In dat kader heb ik de minister in het
wetgevingsoverleg ook gevraagd naar de voortgang in het onderzoek naar
de wenselijkheid van een free port op de BES-eilanden. Graag wil ik
alsnog een reactie. Is dit nu helemaal van de baan?
De fractie van de ChristenUnie bedankt de minister voor de
update betreffende de koopkracht van de leeftijdgroep van 60-plus.
Gebleken is dat de 60-plussers op Sint-Eustatius er toch iets op
achteruit gaan. Ik vraag de minister of het inderdaad klopt dat dit met
het amendement van de heer Recourt wordt verholpen.
De fractie van de ChristenUnie is geconfronteerd met een
bijverschijnsel in de Belastingwet BES met betrekking tot de algemene
bestedingsbelasting, dat zal leiden tot forse prijsstijgingen. Ongeveer
50% van de producten die bijvoorbeeld Bonaire binnenkomen, komen
momenteel uit Curaçao. Ik zal niet te technisch gaan doen, maar ik heb
dit voorgelegd aan het departement van financiën, waar de minister over
gaat. Het is nu zo dat Bonaire vrijstelling heeft, omdat het valt
binnen het heffingsgebied van de Nederlandse Antillen. Dat is straks
niet meer het geval, omdat Bonaire onderdeel wordt van Nederland. Als
wij gaan doorrekenen, blijkt dat er op een gegeven moment geen sprake
is van 8%, maar van 13%, omdat de 5% ob moet worden meegerekend. Dit
betekent straks een forse verhoging van de prijzen op de eilanden. In
artikel 6.11, lid 2, van de Belastingwet BES staat: "Om dubbele heffing
van de belasting of om concurrentieverstoring te voorkomen kunnen bij
ministeriële regeling, onder daarbij te stellen voorwaarden en
beperkingen, andere dan de in het eerste lid genoemde leveringen van
goederen en diensten van de belasting worden vrijgesteld." Het probleem
is bij de minister bekend. Mijn vraag aan hem is, of hij dit probleem
wil gaan onderzoeken en zo spoedig mogelijk de Kamer wil informeren of
dit valt op te lossen met een ministeriële regeling of dat wij een
andere oplossing tegemoet kunnen zien.
Dan kom ik nu op de twee amendementen, van de heer Recourt
en mevrouw Van Gent. Ik vind die best sympathiek, maar ik wil heel
graag van de minister horen hoe hij hier tegenaan kijkt. Op het moment
dat hij daarover gaat adviseren, wil ik ook weten met welk van deze
twee amendementen het minste inbreuk wordt gedaan op de huidige eenvoud
van de voorstellen.
De heer Van Raak (SP): Mevrouw Ortega zegt terecht dat er veel
onzekerheid is bij de bewoners, met name op Bonaire, over wat het
allemaal gaat betekenen. Zij heeft zelf heel indringende vragen
gesteld; er moeten nog ministeriële regelingen komen. Zij heeft een
hele hoop wetten genoemd die er nog niet zijn. Zondag is het 10-10-'10.
De mensen op Bonaire was een referendum beloofd. Was dat niet veel
beter geweest? moeten wij wachten met de stemming, en met het invoeren
van deze belastingwetten, die toch niet voor 10-10-'10 klaar zullen
zijn, voordat de mensen op Bonaire hun stem hebben kunnen laten horen?
De voorzitter: Mijnheer Van Raak, zullen wij ons beperken tot het
onderwerp van vandaag?
**
De heer Van Raak (SP): Dit is bij uitstek het onderwerp van vandaag.
De voorzitter: De vraag of er een referendum moet komen, wordt vandaag
niet opnieuw ter discussie gesteld.
**
De heer Van Raak (SP): Wel hoor, Ja! Ik heb die vraag namelijk zojuist
gesteld.
Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): Het is sowieso een achterhaalde
vraag. Het KB is geslagen en 10-10-'10 is gewoon een feit.
Cynthia Ortega