Eis: een jaar cel en PIJ-maatregel voor moord op Dirk Post
5 oktober 2010 - Parket Lelystad
De officier van justitie heeft vandaag in Lelystad in de strafzaak
tegen de 16-jarige hoofdverdachte in de zaak Dirk Post een jaar
jeugddetentie en de maatregel tot opname in een penitentiaire
inrichting voor jeugdigen (PIJ-maatregel) geëist. De officier acht
moord bewezen.
Uit het uitgebreide politieonderzoek is gebleken dat Dirk Post op 17
november 2009 in het Urkerbos om het leven is gebracht door een groot
aantal messteken in het bovenlichaam. Uit de verklaringen van de
medeverdachten en vele getuigen blijkt de betrokkenheid van de
hoofdverdachte bij de levensberoving van het slachtoffer. Zijn
betrokkenheid wordt bevestigd door uitkomsten van het technische
onderzoek, dat is uitgevoerd door de afdeling forensische opsporing van
de politie Flevoland en het Nederlands Forensisch Instituut (NFI).
Bovendien heeft de verdachte onlangs bij de politie bekend dat hij Dirk
Post met een groot aantal messteken om het leven heeft gebracht.
Vandaag heeft hij tijdens de zitting zijn verklaring voor de rechtbank
herhaald.
De officier van justitie meent dat de hoofdverdachte op basis van de
uitkomsten van het onderzoek Dirk Post met voorbedachten rade om het
leven heeft gebracht. Over het motief van verdachte kan echter geen
eensluidende conclusie worden getrokken.
Tijdens de besloten zitting heeft de officier van justitie, gelet op de
leeftijd van verdachte toen hij de moord pleegde (15 jaar), de maximale
straf van 12 maanden jeugddetentie geëist. Een lagere straf zou, gezien
de gruwelijkheid en de enorme impact van het misdrijf, niet passend en
maatschappelijk onverantwoord zijn.
Gelet op de bevindingen over de persoonlijkheid van verdachte en de
aard van het delict, is een PIJ-maatregel (`jeugd-tbs') voor de duur
van maximaal 6 jaar onderdeel van de eis. Deze is langer dan de
gebruikelijke duur van 4 jaar, omdat de officier van justitie de
verdachte verminderd toerekeningsvatbaar acht. Van volledige
ontoerekeningsvatbaarheid is naar zijn mening geen sprake, zodat hij
naast de PIJ-maatregel ook een jeugddetentie kan vorderen.
Openbaar Ministerie