ChristenUnie



Bevrijd de nerts en help de fokker

dinsdag 05 oktober 2010 11:46 Afgelopen vrijdag zei pelsdierhouder Wim Knoppert in een advertentie in deze krant dat hij zich grote zorgen maakt over een mogelijk verbod op de pelsdierhouderij. Hij deed een klemmende oproep aan de ChristenUnie om tegen een verbod te stemmen. De partij schetst in dit artikel het dilemma waarvoor ze staat.

Vandaag wordt in de Eerste Kamer gesproken over een verbod op het fokken van pelsdieren.

Wij staan voor een ingrijpend dilemma. De argumenten die spreken voor een verantwoorde omgang met dieren moeten worden afgewogen tegen de belangen van vele gezinnen die in deze bedrijfstak hun brood verdienen.

Het initiatiefwetsvoorstel dat moet leiden tot een verbod op het fokken van pelsdieren probeert een discussie te beslechten die nu al vele jaren wordt gevoerd. De sector leeft al lange tijd met de wetenschap dat vroeg of laat een einde zal komen aan deze vorm van dierhouderij.

Tegelijkertijd hebben veel ondernemers risicovol geïnvesteerd in hun bedrijven, zelfs nog in de afgelopen jaren. Zij worden bij een verbod geconfronteerd met acute waardevermindering van hun bedrijven en af te lossen schulden.

Wij willen in alle eerlijkheid het dilemma schetsen waar wij voor staan. Enerzijds menen wij dat vanuit Bijbels perspectief grote vraagtekens zijn te zetten bij de industriële manier waarop deze dieren worden gefokt en gehouden.

Anderzijds moet er flankerend beleid komen om zoveel mogelijk bedrijven de gelegenheid te geven af te bouwen in 2024. Voor ondernemers die eerder met pensioen gaan, zou er toch compensatie op maat moeten zijn van geleden schade.

Onmogelijk In de eerste plaats is er dus het

In de eerste plaats is er dus het dier-ethische motief. Vanuit de christelijke ethiek, waarin de eer voor de Schepper en het respect voor de schepping centraal staan, is voor ons helder dat de nertsenhouderij problematisch is. Het is vrijwel onmogelijk de geschapen aard van het dier recht te doen. De nerts is een moeilijk te domesticeren dier, dat normaal gesproken solitair leeft in een groot en waterrijk gebied. De natuurlijke habitat van de nerts is echt heel anders dan de rijen met kooien waarin de nertsen nu gefokt en grootgebracht worden. Natuurlijk gedrag is voor het dier niet mogelijk. De nerts is het enige roofdier dat nog intensief wordt gehouden. Eerdere verboden - bijvoorbeeld op het houden van de chinchilla, vos en wasbeerhond - kwamen er omdat met het houden van roofdieren de eigen aard van het dier ernstig in het gedrang komt. Niet voor niets wordt het houden van nertsen al in een aantal landen verboden en is het momenteel ook in de parlementen van Ierland en Denemarken aan de orde.

Juist omdat nertsen niet of zeer moeilijk hun natuurlijke gedrag ontwennen, zijn verbeteringen van de levensomstandigheden van de nerts op de fokkerij uiteindelijk geen echte verbeteringen.

Zo constateert de Animal Science Group van de Wageningen Universiteit dat er, nadat nertsenfokkers welzijnsinvesteringen hadden gedaan, nog grote problemen zijn met het welzijn van de dieren. De nerts hoort niet thuis in een schuur en in een kooi. In onze samenleving is het economische nut van een dier vaak allesbepalend. Daardoor zijn we eraan gewend geraakt op een technische manier met dieren om te gaan.

Maar ook dieren zijn kostbaar in Gods oog en voor wreedheid jegens dieren in welke vorm dan ook wordt steeds gewaarschuwd.

God sluit in Genesis 9:10 het verbond met de nakomelingen van Noach én met ,,alle levende wezens (...), vogels, vee en wilde dieren''. En in Jona 4:11 zegt God tegen Jona: ,,Zou ik dan geen verdriet hebben om Nineve, die grote stad, waar meer dan hondertwintigduizend mensen wonen (...) en dan nog al die dieren?''

We hebben dit serieus te nemen. Barmhartigheid betreft ook de dierenwereld.

Verbod nodig

Deze principiële uitgangspositie heeft de ChristenUnie in haar visie op nertsenhouderijen steeds proberen uit te dragen. Er moet uiteindelijk een verbod op de nertsenfokkerij komen. Nu moeten we deze opvatting in samenhang brengen met een politieke keuze, die niet alleen de dieren betreft, maar ook de gezinnen die in deze bedrijfstak hun inkomen verdienen. We maken van hen beslist geen zondebokken en willen ook niet dat zij het slachtoffer worden van besluiten die we als samenleving via de politieke weg nemen. De ondernemers in deze sector zijn hardwerkende burgers, die tot nu toe hebben gewerkt binnen de wettelijke mogelijkheden. Het wetsvoorstel probeert hen tegemoet te komen door hen een termijn van veertien jaar te geven voor de afbouw van hun bedrijf.

De verdiensten in deze sector zijn over het algemeen heel behoorlijk en met deze verdiencapaciteit kan een deel van de nertsenhouders geleidelijk overschakelen op alternatieven. Maar niet voor iedereen pakt een verbod goed uit. Wie niet meer de mogelijkheid heeft om deze verdiencapaciteit te benutten, wordt geconfronteerd met waardevermindering van het bedrijf, dat bovendien moeilijk verkoopbaar zal zijn. Dat is de harde economische realiteit waar nertsenhouders tegenaan gaan lopen en waar deze wet onvoldoende oplossingen voor aandraagt. We zullen die ondernemers niet in de kou laten staan. De afbouw moet ook sociaal verantwoord zijn. Onze fractie zoekt een weg om ondernemers die dat nodig hebben tegemoet te komen. Of dat gaat lukken moet in het debat duidelijk worden.

Egbert Schuurman is fractievoorzitter van de ChristenUnie in de Eerste Kamer.

Eerste Kamer