beantwoording vragen van de leden Gesthuizen, Ortega-Martijn,
Braakhuis, Dikkers en Veldhoven-Van der Meer over de problemen rond
oliewinning in Nigeria waar Shell bij betrokken is
Kamerbrief inzake beantwoording vragen van de leden Gesthuizen,
Ortega-Martijn, Braakhuis, Dikkers en Veldhoven-Van der Meer over de
problemen rond oliewinning in Nigeria waar Shell bij betrokken is
Kamerbrief | 20 september 2010
Graag bieden wij u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen
gesteld door de leden Gesthuizen, Ortega-Martijn, Braakhuis, Dikkers en
Veldhoven-
Van der Meer over de problemen rond oliewinning in Nigeria waar Shell
bij betrokken is. Deze vragen werden ingezonden op 25 augustus 2010 met
kenmerk 2010Z11870.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
De Minister van Economische Zaken
Maria J.A. van der Hoeven
Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken, en
mevrouw Van der Hoeven, minister van Economische Zaken, op vragen van
de leden Gesthuizen, Ortega-Martijn, Braakhuis, Dikkers en
Veldhoven-Van der Meer over de problemen rond oliewinning in Nigeria
waar Shell bij betrokken is.
Vraag 1
Wat is uw reactie op het tv-programma Zembla over Shell in Nigeria? 1)
De uitzending van Zembla illustreert nog eens de ernst en de
complexiteit van de problematiek in de Nigerdelta in Nigeria, waar
milieuverontreiniging, armoede, onveiligheid, gebrekkig bestuur en
corruptie nauw verweven zijn. De Nederlandse regering is bezorgd over
de effecten hiervan op de mensenrechtensituatie van de bevolking in de
Nigerdelta. Daarnaast toont het programma aan dat een duurzame
oplossing van de problemen in het gebied een inspanning zal eisen van
alle betrokkenen, waaronder de Nigeriaanse overheid, oliemaatschappijen
alsmede de in het gebied actieve lokale groeperingen.
2
Acht u het, mede gezien het eerdere rapport van Amnesty International
over Shell in de Niger Delta 2) en uw reactie daarop 3), zaak om als
Nederlandse overheid uw inspanningen om deze situatie te helpen
verbeteren, te intensiveren? Zo ja, wat moet er dan gebeuren en hoe
gaat u dat bereiken? Zo nee, waarom niet?
Nederland draagt op verschillende manieren bij aan een oplossing voor
de problemen in het gebied. Zo ondersteunt Nederland het "Extractive
Industries Transparency Initiative" (EITI), dat zich richt op
transparantie in geldstromen die voortkomen uit grondstoffenwinning.
Het EITI is inmiddels in Nigeria wettelijk verankerd en zorgt voor
jaarlijkse audits van de afdrachten en inkomsten die uit olie- en
gasproductie voortkomen. Tevens draagt Nederland middels zijn
mensenrechtenfonds (MRF) met een bijdrage van 1,5 miljoen euro bij aan
de verbetering van mensenrechten en leefomgeving, en aan de versterking
van de rechtspositie van lokale gemeenschappen ten opzichte van de
overheid en de internationale oliemaatschappijen in de Nigerdelta.
Voorts neemt Nederland in Abuja deel aan het donoroverleg onder leiding
van UNDP inzake het opstarten van een post-amnestie programma voor
ex-Nigerdelta-militanten die hun wapens hebben ingeleverd.
Daarnaast stelt Nederland regelmatig de problematiek in de regio,
waaronder met name de milieu- en mensenrechtenaspecten, aan de orde in
contacten met de Nigeriaanse overheid. Ook voert de regering een
dialoog met oliemaatschappij Shell, waarbij de milieuvervuiling in de
Nigerdelta nadrukkelijk op de agenda staat. Tot slot vraagt Nederland
ook in EU-verband regelmatig aandacht voor de situatie in de
Nigerdelta. Waar nodig zullen deze inspanningen verder worden
geĂŻntensiveerd.
3
Bent u bereid contact op te nemen met de heer Cowing, hoofd
Milieuprogramma van de Verenigde Naties (UNEP) in Ogoniland, om met hem
de kwestie te bespreken en de Kamer te laten weten waartoe dit heeft
geleid?
Ja. Zie ook antwoord op vraag 4.
4
In welke mate schat u in dat de betrokkenheid van een Nederlands
bedrijf dat op deze wijze door de VN wordt veroordeeld, schade oplevert
aan de internationale positie van Nederland?
Van enige veroordeling van een Nederlands bedrijf door de VN is
momenteel geen sprake. De uitkomsten van het lopende UNEP-onderzoek
naar de milieu-effecten van oliewinning in de regio zullen naar
verwachting begin 2011 aan de Nigeriaanse regering, als opdrachtgever
van het onderzoek, worden aangeboden. De Nederlandse regering wacht
eerst de uitkomsten van het lopende UNEP-onderzoek af, alvorens hieraan
verdere conclusies te verbinden.
1) Zembla 13 juni 2010, Vuile olie van Shell
2) 2009, Nigeria: petroleum, pollution and poverty in the Niger Delta
3) Brief d.d. 28 januari 2010 aan de Tweede Kamer ( 26 485, nr. 87)
Ministerie van Buitenlandse Zaken