CNV Onderwijs
20 september 2010
CNV Onderwijs gaat zwartboek opstellen over misstanden
Categorie: Nieuws CNV Onderwijs, Algemeen nieuws, Basisonderwijs
Onderwijsassistenten misbruikt als goedkope leerkrachten
De meeste onderwijsassistenten doen veel meer dan in hun
functieomschrijving staat en worden dus ernstig onderbetaald. Dat
blijkt uit een onderzoek van CNV Onderwijs onder klassen- en
onderwijsassistenten. De honderden reacties lopen uiteen van: `Ik voel
me ondergewaardeerd' tot `Als ik er over begin, krijg ik te horen "Voor
jou tien anderen".' CNV Onderwijsvoorzitter Michel Rog: `Ik ben
geschokt en boos! Heel veel assistenten worden aantoonbaar te laag
ingeschaald. En als ze het aankaarten, worden ze door hun schoolbestuur
nog eens geïntimideerd ook!'
Voor de zomervakantie won CNV Onderwijs een zaak voor een
onderwijsassistent. Zij kreeg in het kader van de functiemix een
functieomschrijving en zag zo zwart op wit dat ze veel meer deed dan de
taken die daarin stonden. Ze trok aan de bel bij CNV Onderwijs en
belangenbehartiger Frans Slijkhuis ging voor haar de slag. Hij tekende
bezwaar aan bij de Bezwarencommissie Functiewaardering voor het
katholiek onderwijs. De uitspraak is dat mevrouw ingeschaald moet
worden in de functie leraarondersteuner, schaal 7 in plaats van schaal
4 van onderwijsassistent. Na een publicatie hierover in Schooljournaal
eind april, stroomden de reacties binnen.
Volledig genegeerd
Winnaar Anja van Veen* blikt terug. Een overwinnaarsgevoel heeft ze
niet. `Sinds het halen van mijn gelijk word ik volledig genegeerd door
de directeur en het schoolbestuur. Dat vind ik heel jammer. Ik kan met
hen nog prima door één deur, maar zij niet meer met mij.' Even terug in
de tijd. Anja werd jaren geleden aangenomen en ingeschaald als
onderwijsassistent. `Ik vond dat prima, want dat was het werk dat ik
deed. Maar toen ik op een gegeven moment zelfstandig voor de klas kwam
te staan met een duo-partner, dacht ik na vier jaar lesgeven toch wel:
"Gek eigenlijk, ik doe alles wat een leerkracht ook doet en krijg toch
maar schaal 4." Ik heb dat toen aangekaart bij mijn directeur en kreeg
te horen: "Maar dat is steeds maar tijdelijk en je functie is toch echt
onderwijsassistent." Met mijn duo-partner ben ik eens gaan zoeken op
verschillende sites en kwam er zo achter dat ik minimaal
leraarondersteuner was. Maar nee, daar wilde het bestuur ook niet aan.'
Door verschillende omstandigheden, zoals de hierboven beschreven
kwestie, kreeg Anja een burnout en kwam ze thuis te zitten. Toen ze
weer met werken begon, besloot ze haar lesgevende taken af te stoten.
`Ik kon het er gewoon niet bij hebben. Wel werd ik tutor van de
Piramide-methode, waarbij je met groepjes kinderen de klas uit gaat,
verslagen maakt, begeleidt op basis van een handelingsplan etcetera.'
Veel liefde
En toen zag de functiemix het licht. Anja kreeg een brief van het
bestuur met daarin haar huidige functie en inschaling en daarbij
gevoegd de functieomschrijving van onderwijsassistent. `Daarin las ik
dat ik dus met de kinderen naar de wc mag en lijmpotjes mag vullen!
Toen werd ik weer strijdbaar. Ik maakte bezwaar tegen mijn indeling in
functie bij de bezwarencommissie. En heb ook mijn vakbond, CNV
Onderwijs, ingeschakeld. Vanaf dat moment werd ik genegeerd door
directeur en bestuur. De werkverhoudingen waren ernstig verstoord.
Frans Slijkhuis pakte de zaak op, er kwam een hoorzitting, ik deed mijn
verhaal en ik kreeg gelijk. De commissie vond dat ik in schaal 7 van
leraarondersteuner thuis hoorde en dat ik zelfs de vier jaar die ik
voor de klas had gestaan met terugwerkende kracht als leraar uitbetaald
moest worden. Het resultaat is dat ik nu betaald wordt volgens schaal
7, weliswaar in een nog niet zo hoge trede, maar wel met een hoger
maximum.'
Ondanks alle stress en de slechte werkrelatie die het Anja heeft
opgeleverd, zou ze andere onderwijsassistenten toch aanraden om ook die
stap te nemen. `Als je er sterk genoeg voor bent en genoeg
uithoudingsvermogen hebt, zou ik het doen. Er wordt gewoon misbruik
gemaakt van onderwijsassistenten en daar moeten we iets aan doen. We
hebben allemaal veel liefde voor het werk, maar van liefde kun je geen
brood kopen!'
Meer waardering
Monique van Dommelen* werkt op een speciale basisschool in de functie
klassenassistent, schaal 4. `Ik werk twintig jaar in het onderwijs en
heb al jaren het idee, zeker nu we steeds meer taken krijgen, dat ik
meer doe dan waar ik voor betaald word', vertelt ze. `Ik ondersteun de
leraar in de breedste zin van het woord: ik werk met groepjes
leerlingen aan rekenen, taal en schrijven, ga met leerlingen het
verkeer in, bij ziekte van de leraar draai ik zelfstandig, weliswaar
onder verantwoordelijkheid van een leerkracht, de lessen, ben aanwezig
bij alle vergaderingen en ouderavonden en noem maar op. Eigenlijk doe
ik niet zo heel veel minder dan wat leraren ook doen, alleen ben ik
officieel niet verantwoordelijk.' Van Dommelen vindt dat haar functie
te laag gewaardeerd wordt en kaart dat keer op keer aan bij haar
schoolleiding. `Ik krijg dan te horen dat ik die taken mág doen, dat ik
geen papieren heb voor een hogere functie en dat er sowieso geen geld
is om mij hoger in te schalen. En ik vraag niet eens om schaal 7 van
leraarondersteuner. Ik ben al blij met schaal 5! Als we maar eens wat
meer waardering krijgen voor al het werk dat we verzetten, werk dat ik
trouwens heel graag doe. Ook mijn collega-assistenten voelen zich
ondergewaardeerd, gefrustreerd soms. Ook een beetje huiverig om het aan
te kaarten, uit angst om ontslagen te worden.' Ze vraagt zich wel eens
af hoe de school het zou doen als zij en haar collega's het bijltje er
bij neer zouden gooien. `Dan zouden ze niet meer de groepen kunnen
indelen zoals ze nu doen, drijvend op de helpende handen van de
assistenten! Zonder ons draait het niet!'
`Schandalig!'
Anja en Monique staan niet bepaald alleen, zo blijkt uit een onderzoek
onder klassen- en onderwijsasssistenten (zie kader). Een overweldigende
meerderheid van de respondenten doet werkzaamheden die bij een hoger
ingeschaalde functie horen. En als ze dat aankaarten bij hun directie
of bestuur, krijgen ze te horen: `Daar is geen geld voor', `Dat past
niet in het functiebouwwerk', `Dan moet je die werkzaamheden maar niet
meer doen' of `Voor jou tien anderen'. CNV Onderwijsvoorzitter Michel
Rog is geschokt. `Ik ben onder de indruk van de enorme respons van
bijna vijftig procent, ik ben geschokt door de overgrote meerderheid
die aantoonbaar onderbetaald wordt en ik ben boos door de intimiderende
reacties van directies en schoolbesturen. Als assistenten zo moedig
zijn aan de bel te trekken, krijgen ze te horen dat er geen geld voor
is. Schoolbesturen accepteren deze misstand dus! En willen daarmee voor
een dubbeltje op de eerste rang zitten. CNV Onderwijs weet dat het geen
vetpot is in het onderwijs, maar het onderwijsondersteunend personeel,
dat al het laagst betaald wordt, mag daar niet de klos van worden!' Rog
haalt het argument van veel schoolbesturen, dat het functiebouwwerk het
niet toe laat, keihard onderuit. `Dat is klinkklare onzin. Een
functiebouwwerk maakt een school namelijk zelf, samen met de MR. En
waar hebben we het eigenlijk over? Een opwaardering van schaal 4 naar
schaal 7, een verschil in maximum van 450 euro bruto! Zelfs aan schaal
7 met maximum 2.560 euro zit geen enkel vetrandje!'
Absoluut melden
CNV Onderwijs raadt elke assistent die in hetzelfde pakket zit dit te
melden bij de bond. Belangenbehartiger Slijkhuis: `Het is belangrijk om
dergelijke misstanden aanhangig te maken bij de werkgever. Elke reis
begint met een eerste stap en als je die niet zet, moet je accepteren
dat je te laag ingeschaald bent. Maar ik begrijp de angst die er leeft
bij onderwijsassistenten. Er zijn nogal wat besturen die negatief
reageren, die dreigen met ontslag of zeggen dat assistenten dan maar
niet voor de klas moeten gaan staan.' Slijkhuis stuurt
onderwijsassistenten die aan de bel trekken de functiebeschrijvingen
van onderwijsassistent en leraarondersteuner toe, de geanonimiseerde
uitspraak van de hierboven genoemde vrouw, de belangrijkste verschillen
tussen de twee functiebeschrijvingen die leiden tot een hogere
functiewaardering en een bezwaarschrift als voorbeeld (deze stukken
zijn te vinden op www.cnvo.nl >dossier/publicaties>schooljournaal). Ook
voorzitter Rog is stellig: `Ik zou alle assistenten die met hetzelfde
zitten, absoluut aanraden zich te melden bij CNV Onderwijs. Wij maken
een zwartboek en gaan daar de boer mee op. We zullen schoolbesturen
hier op aanspreken én individuele leden bijstaan tot aan de rechter!
Het loont om je te melden. We hebben nu één zaak gewonnen en veel
nieuwe zaken zullen we ook winnen. Assistenten die taken doen die bij
een hoger ingeschaalde functie horen en die zich níet melden, zijn een
dief van hun eigen portemonnee.'
*Anja en Monique zijn gefingeerde namen.
Ciska de Graaff
Onderzoek onder klassen- en onderwijsassistenten
Uit een onderzoek onder 450 leden van CNV Onderwijs met de functie
klassen- of onderwijsassistent, blijkt dat het merendeel (88 procent)
taken uitvoert die bij een hogere functie behoren. Maar liefst 211
mensen vulden de enquête in, wat een uitzonderlijke hoge respons is.
Ook leden die geen problemen ervaren, waren nadrukkelijk uitgenodigd te
reageren. Maar liefst 186 respondenten menen dat zij werkzaamheden
uitvoeren die bij een hoger betaalde functie behoren. Dit gaat
bijvoorbeeld om zelfstandig lesgeven bij vervanging van een zieke
leraar (75 procent), leerlingen begeleiden op basis van instructie en
handelingsplannen (85 procent), werk van leerlingen nakijken (77
procent), de voortgang van leerlingen volgen en bespreken met leraar
(74 procent), assisteren en participeren bij oudergesprekken (51
procent).
Een kleine 60 procent heeft wel eens bij directeur of bestuur
aangekaart dat ze taken uitvoeren die hoger beloond zouden moeten
worden. Vaak reageerde directie of bestuur dan als volgt: `Daar is geen
geld voor', `Voer die werkzaamheden dan maar niet meer uit', `Het
functiebouwwerk laat dat niet toe', `Je staat dan wel voor de klas,
maar hebt niet de eindverantwoordelijkheid', `Voor deze inschaling heb
je nu eenmaal getekend', `Voor jou tien anderen', `Niet zeuren, hoort
gewoon bij je werk.' Een tiental respondenten geeft aan wél in een
hogere functie en schaal geplaatst te zijn, nadat ze het aangekaart
hadden, vaak in die van leraarondersteuner (schaal 7, maximaal
2.560,-), en daar heel tevreden mee te zijn.
Van de respondenten is 65 procent onderwijsassistent en 21 procent
klassenassistent. 72 procent zit in schaal 4 (maximaal 2.108 euro per
maand), 8 procent in schaal 5 (maximaal 2.216,-), 6 procent in schaal 6
(maximaal 2.322,-) en 3 procent in schaal 3 (maximaal 2.004,-). 40
procent werkt in het basisonderwijs, 23 procent in speciaal
basisonderwijs, 21 procent in het speciaal onderwijs.
Bloemlezing antwoorden op open vragen enquête
`Ben zeker van mening dat wij veel te weinig betaald krijgen, vooral
als je kijkt naar wat wij allemaal doen!!!'
`Wat een onderwijsassistent allemaal doet en waar ze dan voor betaald
wordt, staat absoluut niet in verhouding.'
`Je wilt geen zeur zijn, dus houdt je dan maar weer je mond.'
`Ik vind dat ik gebruikt word, ik heb nog minder dan iemand met een
uitkering.'
`Dit schooljaar word ik 57 jaar en als ik mij te veel laat horen, ben
ik toch wel bang voor mijn baan.'
`Ben nu 18 jaar klassenassistent en mijn werkzaamheden zijn alleen maar
uitgebreid in de loop der jaren, maar het salaris niet.'
`Ik ben door jullie wakker geschud, heb het aangekaart en laat weten
hoe het afloopt!'
`Heb het heel erg naar mijn zin, maar een hoger salaris zou wel terecht
zijn.'
`Ik voel me ondergewaardeerd, voel me behandeld als een hulpje.'
`Als een leraar aangeeft een klas niet zonder onderwijsassistent te
kunnen draaien, moet dat eigenlijk al genoeg zeggen.'
`Ben al jaren bezig om ingeschaald te worden als leraarondersteuner,
maar vind steeds een gesloten deur.'
`Als de leerkracht ziek is, gaat de directeur er gewoon van uit dat ik
vervang, vaak zonder overleg.'
`Als wij leraren vervangen, krijgen we die uren uitbetaald als leraar,
en zo hoort het ook.'
`Ik voel mij een goedkope leerkracht.'
Verschil onderwijs- of klassenassistent (schaal 4) en
leraarondersteuner (schaal 7)
Het uitvoeren van de volgende werkzaamheden wijst op het uitoefenen van
de functie van leraarondersteuner:
0M Regelmatig zelfstandig voor de klas staan ter vervanging van bapo of
ziekte
0M Activiteiten van leerlingen in groepen plannen, structureren en
organiseren
0M Werk van leerlingen nakijken en corrigeren
0M Leerlingen begeleiden op basis van instructie en aan de hand van
handelingsplannen
0M De voortgang en ontwikkeling van leerlingen bijhouden en bespreken
met de leraar
0M Assisteren en participeren bij oudergesprekken
---