`Verslag van de Raad van Commissarissen geeft weinig inzicht'
Onderzoekers Erasmus Universiteit analyseerden RvC-verslagen van beursfondsen
over 2009
Raden van Commissarissen gebruiken hun jaarverslag nog niet om de lezer
inhoudelijk te informeren. Uit onderzoek van Mijntje Lückerath-Rovers
en Margot Scheltema blijkt dat er slechts beperkt inzicht wordt gegeven
in de wijze waarop een RvC zijn toezicht uitoefent, terwijl de
Nederlandse Corporate Governance Code dit wel vraagt. Zij concluderen
dat aan de formele eisen grotendeels wordt voldaan, maar meestal niet
meer dan dat.
Lückerath en Scheltema onderzochten in hoeverre het verslag van de Raad
van Commissarissen (RvC-verslag) nuttige informatie verschaft. Dit
bekeken zij voor zestig vennootschappen van de AEX, AMX en AscX.
Hierbij kijken zij ten eerste of het RvC-verslag voldoet aan de
daarvoor gestelde formele eisen. Voorts geven zij een oordeel over de
mate van inzicht die deze informatie aan de gebruiker van het
jaarverslag verstrekt.
Objectieve beoordeling
De onderzoekers hebben eerst aan de hand van een objectieve beoordeling
gekeken of bepaalde informatie wel of niet in het verslag staat. Veelal
voldoen de RvC-verslagen aan het opnemen van de geeiste informatie uit
de Corporate Governance Code. Enkele voorbeelden hiervan zijn: vrijwel
alle Raden (95%) geven aan hun eigen functioneren te evalueren (60%
geeft ook de wijze waarop); vrijwel de meeste RvC-verslagen vermelden
de samenstelling van de commissies (83%), het aantal
commissie-vergaderingen (83%), en de daar besproken onderwerpen (90%).
In het algemeen voldoen de AEX-ondernemingen hieraan beter dan de AMX
en AscX-ondernemingen.
Subjectieve beoordeling
Voorts is een subjectief (maar op standaard wijze gescoord) oordeel
gegeven over de mate van inzicht die deze informatie aan de gebruiker
van het jaarverslag verstrekt. De Corporate Governance vereist namelijk
óók dat `de RvC verslag doet van haar werkzaamheden'. Bij de gegeven
informatie is gekeken of er een mening, een visie, een waardeoordeel of
een uitkomst wordt vermeld. Dergelijke verdergaande informatie blijft
beperkt. Zo geeft bijvoorbeeld slechts 20% (12 ondernemingen) enig
inzicht in de zelfevaluatie, en een nog kleinere groep ( 8%) geeft
hierover een eigen mening.
In elk RvC-verslag worden twee toezichttaken (van de zeven
toezichtstaken uit de Code) vermeld, namelijk realisatie van de
bedrijfsdoelstellingen, en strategie en risico's. Maar resp. 32% en
43% van de RvC-verslagen geeft ook dieper inzicht in deze thema's. Ook
de opzet en werking van de interne risicobeheersing en financiële
verslaggeving worden in vrijwel alle RvC-verslagen genoemd.. De eigen
mening en/of inzicht daalt hierbij naar resp. 18% en 12%. Voor de
laatste drie toezichtstaken (waaronder MVO en aandeelhoudersdialoog)
uit de Code daalt de frequentie van het noemen van de taak tot onder de
50% van de RvC-verslagen. Bovendien voldoen veel RvC-verslagen hieraan
louter als gevolg van het feit dat ze het lijstje van de Code hebben
overgenomen.
Enkele ondernemingen vallen in positieve zin op. De RvC-verslagen van
KPN, DSM, Aegon en Randstad geven elk op een eigen wijze meer inzicht
dan gemiddeld.
Conclusie
Kortom, aan de formele eisen wordt grotendeels voldaan, maar meestal
niet meer dan dat. Dat is jammer, vinden de onderzoekers. Want
Commissarissen hebben toch al niet veel mogelijkheden om te
communiceren met de belanghebbenden van het bedrijf. Als dan het
jaarverslag louter gebruikt wordt voor een formeel 'aftikken' van de
noodzakelijke informatie die de Corporate Governance Code verlangt, is
een kans gemist om aandeelhouders en anderen ervan te overtuigen dat
het toezicht op een gedegen en serieuze manier gebeurt, en dat de Raad
onderdeel is van een continu leerproces.
Scheltema (zelf commissaris bij meerdere vennootschappen): `Misschien
zou het nog beter zijn als de voorzitter van de RvC, naar Engels model
een eigen brief ("The Chairman's Letter"), schreef in het
jaarverslag'. Lückerath: ` bepaalde informatie kan ook verplaatst
worden naar de website, hierdoor kan de aandacht in het RvC-verslag
verschuiven naar de inhoudelijke bespreking van het toezicht in plaats
van het geven van lijstjes'.
Erasmus Universiteit Rotterdam