UMC St Radboud


Kwaliteitsverbetering vaak nog versnipperd in gezondheidszorg 07-09-2010

De afdeling Cardiothoracale chirurgie van het UMC St Roudboud presteert vandaag de dag zeer goed. Dat was enkele jaren geleden wel anders. Toen waren de sterfte- en complicatiecijfers ongewoon hoog. De afdeling heeft de spectaculaire progressie te danken aan een combinatie van coherente verbeteracties, aldus prof.dr. Richard Grol, directeur van de afdeling IQ healthcare van het UMC St Radboud. Hij zegt dit aanstaande vrijdag in zijn afscheidsrede als hoogleraar kwaliteit van zorg. `Kwaliteitszorg is doorgaans versnipperd. Voor echte verbeteringen zijn samenhangende maatregelen nodig.'

Dat de afdeling Cardiothoracale chirurgie van het UMC St Radboud zich zo sterk heeft verbeterd, is niet te danken aan één enkele actie om de kwaliteit te verhogen, zegt Richard Grol in z'n afscheidsrede. Het was de juiste mix van maatregelen op meerdere niveaus, die het gewenste resultaat had.

Feedback en controle

Om te beginnen is er om hoge kwaliteit te kunnen leveren betrouwbare en betekenisvolle informatie nodig over de feitelijk geleverde zorg. Daarmee krijgen de artsen en andere zorgverleners feedback over hun handelen. Dat werkt goed, op voorwaarde dat betrokken collega's deze informatie met elkaar bespreken en onderling vergelijken en toetsen. Bij het Nijmeegse hartcentrum droeg het intercollegiaal overleg over verbetermogelijkheden op basis van betrouwbare informatie veel bij aan de verbeteringen.

Wat ook vaak werkt, is controle en toezicht op kwaliteit. Uit onderzoek blijkt dat het inbouwen van controles op dagelijkse handelingen tot betere zorg leidt.
Aan de doortastende aanpak van de problemen bij de Nijmeegse hartchirurgie heeft het externe toezicht van de Inspectie voor de Gezondheidszorg zeker bijgedragen. `Toezicht is echter niet zaligmakend', zegt Grol. `Het werkt alleen als er een basaal vertrouwen bestaat, dat zorgverleners zorgvuldig en gemotiveerd aan het werk zijn. Toezicht en vertrouwen moeten in balans zijn.'

Vertrouwen

Als patiënten geen vertrouwen (meer) hebben in de zorg, dan blijven ze weg. Bij de hartchirurgie was dat een belangrijke prikkel tot verandering. Vraag de patiënt naar z'n behoeften, zegt Grol. Raadpleeg hem, informeer hem, betrek hem bij de behandeling. De patiënt moet in het hart van de kwaliteitsdiscussie staan. Voor vertrouwen van patiënten is het een essentiële voorwaarde, dat zij aan het woord komen en serieus genomen worden.

In zijn afscheidsrede wijst Grol verder op het belang van een goede organisatie en standaardisatie van de zorgketen, iets wat ook binnen de Nijmeegse hartchirurgieketen opgepakt is. De geneeskunde is te complex geworden om beslissingen aan individuele experts over te laten. Richtlijnen, protocollen en checklists zijn essentieel. `Binnen protocollen is altijd ruimte voor het eigen klinische oordeel, maar dan wel ondersteund door vaste regels en procedures.'

Nieuw gedrag

Voor het leveren van een hoge kwaliteit in de zorg is bovendien een nieuw type professioneel gedrag nodig: kritisch kijken naar gegevens over het eigen handelen, verantwoording afleggen, teamwerker worden, controle accepteren en de zorg organiseren rond de behoeften van de patiënt. Dit gedrag moeten de zorgprofessionals al in hun opleiding aangeleerd krijgen. Kwaliteitszorg moet dan ook een verplicht onderdeel zijn van de medische opleidingen, zegt Grol.
Tenslotte wijst hij op het belang van goed leiderschap. Studies naar succesvolle en falende kwaliteitsprojecten tonen aan, dat bestuurders die kwaliteit en veiligheid tot een kernitem van hun dagelijkse werk maken en een voorbeeld zijn voor de professionals op de werkvloer, een grote invloed hebben op effectieve verbetering van de zorg.

Al met al is het veranderen van de zorg een ingewikkeld proces. Er moet samenhang zijn, vertrouwen en samenwerking tussen betrokken partijen om tot een hoogwaardige kwaliteit in de patiëntenzorg te komen. `Helaas, dè `magic bullet' voor kwaliteit bestaat niet', concludeert de vertrekkend hoogleraar.