Wageningen Universiteit en Researchcentrum

'Koeien zonder droogstand gezonder?'


7 sep 2010

Onderzoekers van Wageningen Universiteit en Researchcentrum en Universiteit Utrecht zijn deze zomer gestart met een grootschalig onderzoek naar de droogstandslengte van melkvee. Het doel van het onderzoek 'WHY DRY' is om de droogstandslengte te evalueren vanuit het perspectief van koegezondheid. Daarnaast is er binnen 'WHY DRY' ook aandacht voor kalvergezondheid, melkproductie, duurzaamheid en een economische evaluatie.

Voor WHY DRY ('Waarom droog') zijn op de Waiboerhoeve in Lelystad 150 melkkoeien over drie droogstandslengtes verdeeld (0, 30 of 60 dagen droog). Deze koeien worden gedurende twee lactaties gevolgd. Naast koegezondheid en melkproductie, zijn de onderzoekers ook geĂŻnteresseerd in de effecten van droogstandslengte op de vruchtbaarheid van de koeien, biestkwaliteit, kalvergroei en -gezondheid en uiteindelijk ook het netto bedrijfsresultaat.

In de huidige melkveehouderij is een droogstandsperiode voor afkalven van 6 tot 8 weken gangbaar. Uit internationaal onderzoek is reeds bekend dat voor een maximale melkproductie in het begin van de lactatie een droogstand van 6 tot 8 weken ook optimaal is. Het begin van de lactatie gaat echter ook gepaard met een hoge ziekte-incidentie, met als gevolg uitval van koeien en antibioticagebruik in de periode rond afkalven. Deze hoge ziekte-incidentie wordt vooral toegeschreven aan de negatieve energiebalans en een beperkte voeropname in het begin van de lactatie. De verwachting van de onderzoekers van WHY DRY is dat door het verkorten of weglaten van de droogstand de melkproductie verschuift van deze kritische periode direct na afkalven naar de periode voor afkalven, wanneer de koe juist gemakkelijk in haar energiebehoefte kan voorzien, met als gevolg minder risico op ziekten, zoals slepende melkziekte en leververvetting, en een betere vruchtbaarheid van de koeien.

Het verkorten van de droogstand is echter meer dan enkel het later of niet droogzetten van koeien. De opvatting binnen WHY DRY is dat een integrale benadering, met tevens veranderingen in rantsoen en management, noodzakelijk is om de bedrijfsvoering met een verkorte droogstand te optimaliseren. Dat betekent dat een verkorte droogstand een systeeminnovatie zou zijn voor de melkveehouderij met daarin interessante perspectieven voor actuele onderwerpen zoals welzijn en duurzaamheid van melkvee, werkplezier van de veehouder, vermindering antibioticagebruik en voedselveiligheid.

WHY DRY wordt gefinancierd door het Productschap Zuivel, het Productschap Diervoeder en CRV. Tevens wordt er naar aanleiding van WHY DRY een netwerk van melkveehouders georganiseerd, waarmee intensief informatie uitgewisseld zal worden ten aanzien van praktijkervaringen en de eerste onderzoeksresultaten.