Uitspraak hof Arnhem in zaak tegen verdachte van moord op een 8-jarige
scholier in Hoogerheide op 1 december 2006
Arnhem, 26 augustus 2010 - Vandaag heeft de meervoudige strafkamer van
het gerechtshof Arnhem een tussenarrest gewezen in de zaak tegen de
verdachte van de moord op de achtjarige Jesse Dingemans op een
basisschool in Hoogerheide op 1 december 2006.
Bij de rechtbank
In eerste aanleg heeft de officier van justitie gevorderd verdachte te
veroordelen wegens moord tot een gevangenisstraf voor de duur van
twintig jaar en daarnaast verdachte de maatregel van
terbeschikkingstelling met dwangverpleging op te leggen. De rechtbank
in Breda heeft verdachte bij vonnis van 6 september 2007 wegens
doodslag veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twaalf
jaar plus terbeschikkingstelling met dwangverpleging. Tegen dit vonnis
heeft zowel verdachte als het openbaar ministerie hoger beroep
ingesteld.
Bij het gerechtshof te âs-Hertogenbosch
De advocaat-generaal heeft gevorderd verdachte wegens moord te
veroordelen tot twintig jaar gevangenisstraf en terbeschikkingstelling
met dwangverpleging. Het gerechtshof te âs-Hertogenbosch heeft
verdachte wegens moord veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf.
Verdachte heeft tegen dit arrest cassatie ingesteld.
Het beroep in cassatie
Vervolgens heeft de Hoge Raad der Nederlanden op 17 november 2007 het
Bossche arrest vernietigd, aangezien er sprake was van een
motiveringsgebrek, nu het hof âkort gezegd- onvoldoende gemotiveerd de
keuze van verdachte had aanvaard om zichzelf te verdedigen en af te
zien van rechtsbijstand. De Hoge Raad verwees de zaak naar het
gerechtshof te Arnhem, teneinde de zaak op het bestaande hoger beroep
opnieuw te berechten en af te doen.
Bij het gerechtshof te Arnhem
Op 12 augustus 2010 heeft een nieuwe behandeling in hoger beroep
plaatsgevonden.
Naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting heeft het hof
beslist dat het onderzoek moeten worden heropend. De reden daarvoor is
de volgende: het is het hof niet gebleken dat de psycholoog en
psychiater van het Pieter Baan Centrum, die in juni 2007 een rapportage
over verdachte hebben opgemaakt, de beschikking hebben gehad over het
complete opsporingsproces-verbaal met alle verklaringen van verdachte
en getuigen, inclusief de audio- en audiovisuele opnames van de
verhoren van verdachte.
Daarbij heeft het hof tevens in aanmerking genomen dat er inmiddels
meer dan drie jaar is verstreken sinds het opmaken van het PBC-rapport.
Ook dat tijdsverloop dwingt tot een nieuw rapport. Het hof heeft ervan
afgezien om verdachte voor een tweede keer ter observatie naar het PBC
te laten overbrengen omdat verdachte nog steeds weigert medewerking te
verlenen aan een gedragskundig onderzoek. Het hof heeft verder beslist
dat de rapporteurs van het PBC op een volgende zitting van het hof als
deskundige zullen worden gehoord.
Bron: Gerechtshof Arnhem
Datum actualiteit: 26 augustus 2010 Naar boven
Gerechtelijke organisatie