Ingezonden persbericht
PERSBERICHT
Brussel/Utrecht, 25 augustus 2010 Resultaten eerste halfjaar 2010
Eerste halfjaar gekenmerkt door stevige premie-inkomenniveaus
Stijging premie-inkomen tot EUR 9,6 miljard, +22%
Premie-inkomen Azië gestegen met 59% Stabiele groei in zowel Leven (+23%) als Niet-leven (+18%) Premie-inkomen op geconsolideerde basis 8% hoger tot EUR 6,4 miljard
Nettowinst verzekeringen van EUR 180 miljoen
Sterke bijdrage Leven van EUR 178 miljoen gedreven door België en Azië Niet-leven EUR 6 miljoen negatief voornamelijk door de strenge winteromstandigheden in bepaalde
markten, zwakke prestatie bedrijfsongevallen en verlies in België geboekt op de verkoop van ZuidEuropese staatsobligaties Overige verzekeringen groeien gestaag tot EUR 8 miljoen
Nettowinst van de groep EUR 455 miljoen
Positief nettoresultaat Algemeen, versterkt door erkenning van latente belastingactiva gedeeltelijk
gecompenseerd door een lagere waardering van de calloptie op de aandelen BNP Paribas en een hogere waardering RPN(I) Waardering call optie op BNP Paribas aandelen positief beïnvloed door beslissing tot gespreide uitoefening Positief nettoresultaat met betrekking tot Royal Park Investments (EUR 23 miljoen)
Verder versterking en afbouwing van risico's op de balans
Blootstelling Zuid-Europese staatsobligaties gehalveerd tot EUR 8,9 miljard Vermogenspositie blijft sterk met 226%; EUR 6,0 miljard boven het wettelijk minimum Eigen vermogen omhoog van EUR 8,4 miljard eind 2009 naar EUR 9,2 miljard
CEO Bart De Smet: "Ageas kon de sterke commerciële prestatie handhaven in het tweede kwartaal met een stijging van meer dan 20% in de premie-inkomens in het eerste halfjaar. Op basis van dit resultaat, en rekening gehouden met de onzekere economische vooruitzichten, blijven we vol vertrouwen, en herbevestigen we onze verwachtingen, dat het premieinkomenniveau van de groep voor 2010 hoger zal zijn dan dat van 2009. We hebben ons concentratierisico in Zuid-Europese staatsobligaties aanzienlijk afgebouwd, zowel in Leven als in Niet-leven, waarbij een belangrijk gedeelte van het negatief effect tot op heden reeds werd gecompenseerd. Het aanpassen van onze beleggingsstrategie blijft topprioriteit om toekomstige rendementen te optimaliseren. Bij Niet-leven verbeterden de combined ratio's in het tweede kwartaal, het resultaat van de genomen corrigerende maatregelen, maar bleven desondanks over het algemeen boven het niveau van het vorige jaar. Vergelijkingen met voorgaande perioden zijn altijd moeilijk maar ik zou het netto-verzekeringsresultaat over het eerste halfjaar toch als solide willen omschrijven, ondanks de uitdagende marktomstandigheden. Het positieve netto-belastingeffect gerelateerd aan de geplande vereffening van Fortis Brussel, heeft in het tweede kwartaal geleid tot een positief nettoresultaat bij Algemeen. Samen met de aangekondigde desinvestering van onze Turkse verzekeringsactiviteiten, zijn deze initiatieven een illustratie van onze vastberaden en voortdurende inspanningen om onze groepsstructuur te vereenvoudigen en te stroomlijnen. Terzelfder tijd blijven wij onze activiteiten uitbreiden, zowel organisch als via selectieve overnames, zoals recent werd aangetoond door de overname van de verzekeringsactiviteiten van Kwik-Fit op onze kernmarkt, het Verenigd Koninkrijk. Samengevat tonen deze resultaten aan dat we onze bedrijfsactiviteiten voortdurend waakzaam en proactief voeren maar toch ook openstaan voor opportuniteiten om onze groep en ons toekomstig winstpotentieel te versterken."
Your partner in Insurance
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010 1
Kerncijfers Ageas in miljoenen EUR Nettowinst verzekeringen voor minderheidsbelangen - België - Verenigd Koninkrijk - Europa - Azië Nettowinst verzekeringen toewijsbaar aan de aandeelhouders - België - Verenigd Koninkrijk - Europa - Azië Nettowinst Algemeen (incl. eliminaties) Nettowinst Algemeen excl. waarde calloptie Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders - Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders excl. waarde calloptie Beheerd vermogen (in miljarden EUR) Operationele kosten Leven/beheerd vermogen Leven Combined ratio Totale solvabiliteitsratio Verzekeringen Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen (in miljoenen) Winst per aandeel (in EUR) - Winst per aandeel excl. waarde calloptie (in EUR) Eigen vermogen - Eigen vermogen excl. waarde calloptie Netto eigen vermogen per aandeel (in EUR) - Netto eigen vermogen per aandeel excl. waarde calloptie (in EUR) Dividend per aandeel (in EUR) Rendement op eigen vermogen 1) - Rendement op eigen vermogen excl. waarde calloptie H1 10 231,8 118,8 6,9 39,0 67,1 180,5 87,9 8,3 17,2 67,1 274,5 395,5 455,0 576,0 76,0 0,52% 105,8% 226% 2.475 0,18 0,23 9.153 8.394 3,70 3,39 8,8% 9,8% H1 09 295,1 205,7 20,8 39,4 29,2 260,4 195,4 20,8 15,0 29,2 635,4 153,4 895,8 413,8 68,5 0,56% 104,1% 229% 2.475 0,36 0,17 7.760 7.278 3,14 2,94 6,2% 2,9% H2 09 331,0 229,4 - 7,6 47,8 61,4 244,6 171,0 - 7,1 19,3 61,4 69,4 - 29,6 314,0 215,0 73,0 0,59% 104,3% 234% 2.475 0,12 0,08 8.431 7.850 3,41 3,17 9,1% 5,1% FY 09 626,1 435,1 13,2 87,2 90,6 505,0 366,4 13,7 34,3 90,6 704,8 123,8 1.209,8 628,8 73,0 0,59% 103,8% 234% 2.475 0,49 0,24 8.431 7.850 3,41 3,17 0,08 15,3% 8,0%
1) Het rendement op het eigen vermogen over het eerste halfjaar van 2010 is gebaseerd op een resultaat over 12 maanden en een voortschrijdend gemiddeld eigen vermogen over de afgelopen vier kwartalen. Voorgaande halfjaren zijn berekend als een voortschrijdend gemiddelde op basis van een resultaat over 6 maanden.
PERSBERICHT 25 augustus 2010 Halfjaarresultaten 2010 Meer informatie: INVESTOR RELATIONS Frank Vandenborre +32 (0)2 557 57 33 frank.vandenborre@ageas.com PERS Kathleen Steel +32 (0)2 557 57 37 kathleen.steel@ageas.com
Inhoudsopgave
Hoofdpunten .............................................................................................................................................. 3 Verzekeringen ........................................................................................................................................... 5 Algemeen .................................................................................................................................................. 7 Groep......................................................................................................................................................... 8 Beschrijving van de bedrijfssegmenten ..................................................................................................... 9 België ................................................................................................................................................ 10 Verenigd Koninkrijk ........................................................................................................................... 14 Continentaal Europa ......................................................................................................................... 17 Azië ................................................................................................................................................... 20 Algemeen (incl. eliminaties en consolidatie-aanpassingen).............................................................. 23 Beleggingsportefeuille en vermogenspositie..................................................................................... 29 Disclaimer................................................................................................................................................ 34 Bijlagen.................................................................................................................................................... 35 Bijlage 1 : Geconsolideerde balans per 30 juni 2010 .............................................................................. 35 Bijlage 2 : Geconsolideerde resultatenrekening ...................................................................................... 36 Bijlage 3 : Belangrijkste prestatie-indicatoren.......................................................................................... 37 Bijlage 4 : Halfjaar gegevens per segment.............................................................................................. 41 Bijlage 5 : Vergelijkbare premiegegevens ............................................................................................... 46 Bijlage 6 : Premie-inkomen per regio ...................................................................................................... 48
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
2
Hoofdpunten
Op de Algemene Vergaderingen van Aandeelhouders van Fortis SA/NV en Fortis N.V. van 28 respectievelijk 29 april 2010 werd het voorstel van de Raad van Bestuur om de naam van de onderneming te wijzigen van "Fortis" in "Ageas" goedgekeurd. Vanaf 30 april 2010 werd de nieuwe naam aangenomen waardoor onze notering en alle formele communicatie voortaan gebeurt onder de naam "Ageas". Vanaf het eerste kwartaal rapporteert Ageas haar resultaten in overeenstemming met de nieuwe rapporterings- en beheerstructuur die voortaan bestaat uit vier afzonderlijke verzekeringsbedrijfslijnen: België, het Verenigd Koninkrijk, Continentaal Europa en Azië. Dit zou de transparantie ten goede moeten komen en zou tot een beter begrip van de bedrijfsdynamiek van de verschillende activiteiten moet leiden. Ageas heeft reeds op 22 juni 2010 de gewijzigde cijfers voor 2009 gepubliceerd die in overeenstemming zijn met de nieuwe rapporteringstructuur. De resultaten van het eerste halfjaar worden gekenmerkt door een stevig premie-inkomen, vooral in Azië, en een solide nettowinst voor onze verzekeringsactiviteiten. Het algemene premie-inkomen steeg met 22% in vergelijking met het vorige jaar. Bij constante wisselkoersen zou het premieinkomen tegenover vorig jaar toegenomen zijn met 20%. Inkomen Leven kwam uit op EUR 7,7 miljard wat een stijging is van 23%, de brutopremies Niet-leven stegen met 18% tot EUR 1,9 miljard. Bij Niet-leven wordt de stijging van het niveau van de brutopremies gedeeltelijk verklaard door tariefverhogingen in België en het Verenigd Koninkrijk. Het totale premie-inkomen voor het tweede kwartaal daalde met 7% in vergelijking met het eerste kwartaal maar steeg met 25% in vergelijking met vorig jaar. Alle segmenten rapporteren een hoger premie-inkomen, behalve België, dat vrij stabiel bleef. Het premie-inkomen van de Aziatische activiteiten steeg in de eerste helft in alle landen, in totaal met bijna 60% tot meer dan EUR 3 miljard. AG Insurance, de Belgische verzekeringsactiviteiten van Ageas, handhaafde het hoge premie-inkomensniveau van het vorige jaar, waarbij het makelaarskanaal het iets lagere premie-inkomen van het bankkanaal compenseerde. In Continentaal Europa werd het herstel van de Luxemburgse en Franse activiteiten, dat eind 2009 begon, voortgezet, terwijl de Italiaanse Niet-leven-activiteiten werden geconsolideerd vanaf het eerste kwartaal van dit jaar. De activiteiten van het Verenigd Koninkrijk groeiden gestaag met positieve ontwikkelingen zowel in de bedrijfsverzekeringen als de particuliere verzekeringen. Verwacht wordt dat de opstart van Tesco tegen het einde van het jaar en de overname van KwikFit Insurance Services, die eind juni aangekondigd werd, de ontwikkeling van de activiteiten in het Verenigd Koninkrijk verder zullen versterken. Dit moet leiden tot een sterkere vertegenwoordiging in de retaildistributie en consolideert onze marktpositie als vierde grootste distributeur voor de particuliere verzekeringen via het makelaarskanaal. Het nettoresultaat na minderheidsbelangen voor de eerste helft van het jaar voor de totale verzekeringsactiviteiten kwam uit op EUR 180 miljoen in vergelijking met EUR 260 miljoen vorig jaar. Het lagere nettoresultaat heeft onder andere te maken met de grotere minderheidsbelangen in België dit jaar en een eenmalig belastingvoordeel in België in de eerste helft van het vorige jaar ten bedrage van 94 miljoen. De eerste zes maanden van dit jaar werden gekenmerkt door sterke Leven resultaten, die een zwakkere prestatie bij Niet-leven meer dan compenseerde. De resultaten Leven werden negatief beïnvloed door het verlies als gevolg van de verkoop van een belangrijk deel van de blootstelling van Ageas aan ZuidEuropese staatsobligaties en het effect van de lagere aandelenmarkten, grotendeels gecompenseerd door de gerealiseerde meerwaarde op vastgoed in België en Azië (in totaal EUR 64 miljoen). De resultaten Niet-Leven hebben geleden onder de ongewoon strenge winteromstandigheden, wat geleid heeft tot een stijging in het aantal en de hoogte van de claims, vooral bij de auto- en gezinsverzekeringen, dat laatste voornamelijk in België. Bovendien kregen de resultaten van de Belgische activiteiten Niet-leven te maken met een negatief effect van verlies op de verkoop van de Zuid-Europese staatsobligaties. Combined ratio's gingen erop achteruit zowel in België als in het Verenigd Koninkrijk in vergelijking met vorig jaar maar evolueerden positief in het tweede kwartaal dankzij met name de eerste positieve resultaten van de corrigerende maatregelen die werden genomen, zoals de tariefverhogingen. Vooral in België presteerde bedrijfsongevallen minder goed dan verwacht door een mindere evolutie in de claims van voorgaande jaren en dit jaar. De combined ratio, met inbegrip van de bedrijfsongevallen op groepsniveau, is licht gestegen tot 105,8% in vergelijking met 104,1% vorig jaar. Zonder de bedrijfsongevallen was de combined ratio op groepsniveau 103,7% in vergelijking met 103,9% vorig jaar.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
3
Het nettoresultaat van Algemeen was EUR 275 miljoen positief dankzij ontwikkelingen in het tweede kwartaal met inbegrip van het positief effect van de erkenning van de latente belastingactiva die te maken had met de beslissing om Brussels Liquidation Holding (voorheen Fortis Brussel) te vereffenen. Dit heeft de lagere waardering van de reële waarde van de calloptie op de aandelen BNP Paribas en de hogere waardering van RPN(I) gecompenseerd. Zoals reeds meegedeeld heeft Ageas haar concentratierisico in Zuid-Europese overheidsobligaties aanzienlijk afgebouwd in het eerste halfjaar. In vergelijking met de positie op het einde van 2009 daalde de totale blootstelling aan deze obligaties van EUR 17,8 miljard naar EUR 8,9 miljard (tegen historische kostprijs) op een totale beleggingsportefeuille van EUR 56,9 miljard (tegen historische kostprijs). De herstructurering van de portefeuille heeft zowel meer- als minwaarden gegenereerd. Het uiteindelijke effect op het nettoresultaat van de groep in de eerste helft, rekening houdend met de compenserende invloed van meerwaarden op vastgoed en de verlaging van de voorzieningen voor winstdeling, bedraagt EUR 26 miljoen. Op korte termijn kunnen de nettoresultaten, vooral in België, mogelijk beïnvloed worden door het negatief effect van lagere rendementen op herbeleggingen in lager renderende investeringen.
Er werden stappen ondernomen om de beleggingsstrategie aan te passen om het rendement van de beleggingsportefeuille in de toekomst te optimaliseren. Ondanks de vergroting van de kredietspreads op de ZuidEuropese staatsobligaties, daalde de niet-gerealiseerde meerwaarde op de staatsobligatieportefeuille slechts van EUR 871 miljoen tot EUR 707 miljoen, waarbij de nietgerealiseerde winst op Belgische, Duitse en Franse staatsobligaties de lagere winsten of verliezen op de posities in Zuid-Europa obligaties grotendeels compenseerden. Bovendien steeg de niet-gerealiseerde winst op de totale obligatieportefeuille tot EUR 1,7 miljard dankzij de hogere niet-gerealiseerde winst op bedrijfsobligaties.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
4
Verzekeringen
Voor meer gedetailleerde informatie per segment kunt u terecht op bladzijden 9 tot 22. Bruto premie-inkomen Het totale bruto premie-inkomen voor de eerste helft, inclusief EUR 3,2 miljard uit niet-geconsolideerde partnerships op basis van 100%, bedroeg EUR 9,6 miljard, een stijging van 22% in vergelijking met vorig jaar en een stijging van 8% op geconsolideerde basis. Het inkomenniveau wordt gekenmerkt door een aanzienlijke en solide groei in heel Azië met China als koploper (+72%). Het premieinkomen steeg in alle regio's behalve België, waar het stabiel bleef. Het premie-inkomen van de activiteiten Leven voor het eerste halfjaar, met inbegrip van niet-geconsolideerde activiteiten op basis van 100%, kwam op EUR 7,7 miljard, 23% hoger ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. De belangrijkste drijfveren waren een solide en voortdurende groei in Azië (+63%) en een beter premie-inkomen in Continentaal Europa (+20%) dankzij het herstel van de activiteiten in Luxemburg en Frankrijk. In België daalde het premie-inkomen bij AG Insurance met 3%. Het iets lagere premie-inkomen via het bankkanaal werd niet volledig gecompenseerd door de aanhoudend sterke verkopen via het makelaarskanaal. Bij Niet-leven bereikte de brutopremies EUR 1,9 miljard, een stijging van 18%. Alle segmenten toonden een gestage groei waarbij het Verenigd Koninkrijk, de tweede belangrijkste Nietleven-markt van Ageas, en Azië 20% respectievelijk 26% toenamen. Met name in het Verenigd Koninkrijk bleven de bedrijfsverzekeringen zich goed ontwikkelen naast de particuliere. De opstart en de eerste consolidatie van het nieuwe partnership in Italië heeft EUR 108 miljoen bijgedragen aan premie-inkomen, wat heeft geleid tot een stijging voor Continentaal Europa van 79%. In België bedroeg de groei 5%. Vermogen onder beheer bij Leven in de geconsolideerde activiteiten steeg in alle segmenten en kwam uit op EUR 71 miljard. Vermogen onder beheer Leven van de nietgeconsolideerde partnerships (Azië) steeg met 50% tot EUR 15 miljard, met inbegrip van het effect van de zwakker wordende euro (EUR 2,4 miljard). Het totaal van het vermogen onder beheer van geconsolideerde entiteiten en met inbegrip van Niet-leven bedroeg EUR 76 miljard in vergelijking met EUR 73 miljard eind 2009. Nettowinst De nettowinst van Ageas verzekeringen na minderheidsbelangen bedroeg EUR 180 miljoen waarvan EUR 88 miljoen in België, EUR 8 miljoen in het Verenigd Koninkrijk, EUR 17 miljoen in Continentaal Europa en EUR 67 miljoen in Azië. Dit moet worden vergeleken met een nettowinst van EUR 260 miljoen vorig jaar, inclusief een positief resultaat van EUR 32 miljoen volgende op de herziene halfjaarresultaten over 2009 door het gezamenlijke effect van de nieuwe segmentatie en de implementatie van de nieuwe Chinese Accounting Standards. De minderheidsbelangen stegen van EUR 35 miljoen tot EUR 51 miljoen, voornamelijk door een groter minderheidsbelang in België (25%). België profiteerde in 2009 ook van een eenmalige belastingteruggave van EUR 94 miljoen. De nettowinst Leven bedroeg EUR 178 miljoen terwijl de Nietleven-activiteiten een nettoverlies boekten van EUR 6 miljoen. Het segment Overige Verzekeringen, inclusief de retailactiviteiten van het Verenigd Koninkrijk, groeiden gestaag en droegen EUR 8 miljoen bij tot het totale resultaat Verzekeringen. Voor de toekomst wordt verwacht dat de bijdrage van dit segment verder zal groeien in het Verenigd Koninkrijk gedreven door de overname van Kwik-Fit Insurance Services in juli. Uitdagende financiële markten hadden een invloed zowel op Leven als op Niet-leven in alle segmenten behalve voor het Verenigd Koninkrijk. De herstructurering van de beleggingsportefeuille in de eerste helft van dit jaar, vooral in België, heeft geleid tot gerealiseerde minwaarden met een totale netto-impact op de resultaten van Ageas van om en nabij de EUR 55 miljoen, gedeeltelijk gecompenseerd door een meerwaarde van EUR 29 miljoen op de verkoop van vastgoed in de regio Brussel. In Azië boekte Ageas een meerwaarde op de verkoop van het Fortis Centre in Hong Kong eind mei ten bedrage van EUR 35 miljoen, die gedeeltelijk een bijzondere waardevermindering van EUR 12 miljoen in China door lagere aandelenmarkten compenseert.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
5
De operationele marge en het technisch resultaat Leven verbeterden aanzienlijk, voornamelijk door betere prestaties in België dankzij grotere volumes en een betere beleggingsmarge, en in Azië waar voordeel werd gehaald uit de meerwaarde die gerealiseerd werd in Hong Kong. In Nietleven werden de operationele marge en het technisch resultaat beïnvloed door de slechte weersomstandigheden en de gerealiseerde minwaarden op de verkoop van de ZuidEuropese staatsobligaties. De negatieve invloed van het weer speelde voornamelijk een rol in het eerste kwartaal van het jaar en kwam bovenop een last door frequentere en grotere schadeclaims voor auto, zowel in België als in het Verenigd Koninkrijk, en in België voor gezinsverzekeringen. In België presteerde de bedrijfsongevallen minder goed dan verwacht wat te wijten is aan een nadelige ontwikkeling in claims over voorgaande jaren en dit jaar. Combined ratio's in de belangrijkste activiteiten Niet-leven van Ageas, België en het Verenigd Koninkrijk, kwamen uit op 107,1% respectievelijk 106,5%. De evolutie in het tweede kwartaal was echter beter, en werd aangewakkerd door een positieve seizoensinvloed en de eerste resultaten van de geïmplementeerde actieplannen die geleid hebben tot combined ratio's van 100,5% en 102,9% in België respectievelijk het Verenigd Koninkrijk. Beleggingsportefeuille De reële waarde van de beleggingsportefeuille van Ageas op 30 juni 2010 steeg van EUR 56,4 miljard eind 2009 tot 58,5 miljard voornamelijk gedreven door de nieuwe premieinkomens en de herwaardering van activa. De algemene samenstelling veranderde niet substantieel in vergelijking met eind 2009 met meer dan 90% beleggingen in vastrentende waarden en ongeveer 3% in aandelen. 99% van de totale portefeuille is `investment grade' en ongeveer 90% van de totale portefeuille heeft een rating van A of hoger. Binnen de obligatieportefeuille heeft Ageas, in lijn met voorgaande communicatie, bijkomende maatregelen genomen in 2010 om het concentratierisico van de ZuidEuropese staatsobligaties te herstructureren en te herbeleggen in andere Europese staats- en bedrijfsobligaties. Per 30 juni 2010 en sinds 1 januari 2010 heeft Ageas haar totale positie in de Zuid-Europese staatsobligaties verminderd met EUR 8,9 miljard (tegen historische/geamortiseerde kostprijs); opgesplitst als volgt: Griekenland met EUR 2,4 miljard tot EUR 1,9 miljard Portugal met EUR 1,4 miljard tot EUR 1,5 miljard Italië met EUR 4,9 miljard tot EUR 3,7 miljard Spanje met EUR 0,2 miljard tot EUR 1,7 miljard
Op 30 juni bedroeg de totale blootstelling van Ageas aan Griekenland, Portugal, Italië en Spanje op geconsolideerde basis EUR 8,9 miljard tegen historische/geamortiseerde kostprijs en EUR 8,2 miljard aan reële waarde. De grote meerderheid van de Portugese staatsobligaties wordt aangehouden door Millenniumbcp Ageas. De resterende blootstelling is voornamelijk toe te schrijven aan de beleggingsportefeuille van AG Insurance in België. De opbrengst van de verkoop werd voornamelijk herbelegd in staatsobligaties van België, Duitsland, Nederland en Frankrijk en in mindere mate in bedrijfsobligaties. De invloed van het rendementsverlies ten gevolge van deze verkopen kan het nettoresultaat beïnvloeden in de tweede helft van het jaar. Initiatieven worden genomen om de beleggingsportefeuille te herbalanceren en het rendement te verbeteren. De totale bruto niet-gerealiseerde meerwaarde op de portefeuille staatsobligaties en op de totale obligatieportefeuille (inclusief bedrijfsobligaties) evolueerde van EUR 0,9 miljard en EUR 1,5 miljard eind december 2009 naar EUR 0,7 miljard en EUR 1,7 miljard respectievelijk op het einde van juni 2010. De wijziging in staatsobligaties is voornamelijk te wijten aan hogere niet-gerealiseerde winst op Belgische, Duitse en Franse staatsobligaties gecompenseerd door niet-gerealiseerde minwaarden op de Zuid-Europese beleggingen. Beleggingen in bedrijfsobligaties namen licht toe ten gevolge van de herbelegging van een gedeelte van de opbrengst van de verkoop van staatsobligaties. Belegging gebeurde voornamelijk in obligaties gerelateerd aan overheids- en supra-nationale instellingen. Beleggingen in bedrijfsobligaties zijn voornamelijk `investment grade', gedeeltelijk in financiële of aan de financiële sector gerelateerde ondernemingen met slechts een kleine belegging in hybride beleggingen of nietTier-1 financiële beleggingen.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
6
Algemeen
Nettowinst Het segment Algemeen boekte een nettowinst van EUR 275 miljoen in de eerste helft van 2010, gedreven door het positieve effect van de erkenning van latente belastingsactiva ten bedrage van EUR 405 miljoen die te maken heeft met de geplande vereffening van Brussels Liquidation Holding (voorheen Fortis Brussel). De periodieke herwaardering van de calloptie op de aandelen BNP Paribas en de reële waarde van het RPN(I)-mechanisme heeft geleid tot een last van EUR 145 miljoen. Ageas heeft het RPN(I)-waarderingsmodel verder verfijnd en heeft besloten om de geschatte netto huidige (contante) waarde van de Belgische staatsgarantie op te nemen in de reële waarde van de RPN(I), wat heeft geleid tot een bijkomende verplichting ten bedrage van EUR 54 miljoen. De waarde van de calloptie op de 121 miljoen BNP Paribas-aandelen en de reële waarde van RPN(I) per 30 juni 2010 vertegenwoordigde een activum ten bedrage van EUR 759 miljoen respectievelijk een verplichting ten bedrage van EUR 340 miljoen. Met betrekking tot de calloptie op de aandelen BNP Paribas heeft Ageas in principe besloten om over te gaan tot een geleidelijke uitoefenstrategie in overeenstemming met een gedisciplineerde methodologie. Dit heeft tot gevolg dat Ageas heeft besloten bij de waardering van de calloptie geen korting op de volatiliteit meer toe te passen. Royal Park Investments (RPI) realiseerde een nettoresultaat in de eerste helft van het jaar van EUR 51 miljoen op IFRSbasis. Per 30 juni voerde RPI een bijzondere waardeverminderingstest uit op haar goodwill. Het resultaat van de test toonde aan dat een bijzondere waardevermindering voor de eerste helft van 2010 niet nodig was. Bijgevolg rekende Ageas een resultaat van EUR 23 miljoen toe in overeenstemming met haar aandeel in RPI. Bovendien heeft RPI een aantal swaps afgesloten begin 2010 waardoor een deel van de variabele interest inkomstenstromen is ingeruild voor vaste interest inkomstenstromen. Onder IFRS zijn deze swaps aangemerkt als kasstroomhedges. De aanpassingen van de reële waarde van de swaps gebeurt via het eigen vermogen. Als gevolg van zowel de gerealiseerde winst als de wijzigingen via het eigen vermogen, steeg de waarde van de belegging van Ageas in RPI van EUR 760 miljoen tot EUR 840 miljoen. De lopende elementen van Algemeen hebben voornamelijk te maken met het netto-rente-inkomen op de nettokaspositie en langetermijnschuld, personeelslasten en overige operationele en administratieve lasten. Het nettoresultaat van deze posten in de eerste helft van het jaar kwam op EUR 27 miljoen negatief. Het netto rente-inkomen werd beïnvloed door de lagere rentevoeten terwijl de lasten in vergelijking met vorig jaar bijna halveerden dankzij een schaalverkleining van het corporate centre en lagere eenmalige lasten. Voorwaardelijke verlichtingen Op 19 augustus 2010 heeft de AFM een additionele boete opgelegd aan ageas SA/NV and ageas N.V. van 144,000 elk voor inbreuken op de Nederlandse Wet op het financieel toezicht. Volgens de AFM heeft Fortis de beleggers niet op tijd geïnformeerd over haar `subprime'-positie en had zij informatie moeten publiceren over haar `subprime'-positie en blootstelling (zowel algemeen als in de Verenigde Staten, alsook een uitsplitsing) in de trading update die op 21 september 2007 werd gepubliceerd in verband met de kapitaalverhoging die plaatsvond op 9 oktober 2007. Dit betekent dat beleggers zouden kunnen beweren in de periode vanaf 21 september 2007 te hebben gehandeld op basis van onvolledige informatie. Ageas betwist de beweerde overtredingen en zal beroep instellen tegen het besluit van de AFM. Op 16 juni 2010 is het onderzoeksverslag, opgedragen door de Nederlandse Ondernemingskamer, voor het publiek ter inzage gelegd. Op 16 augustus 2010 hebben de VEB en bepaalde andere partijen een verzoek ingediend bij de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam om een juridische procedure te starten met als doel te laten vaststellen dat bepaalde feiten die vermeld worden in het onderzoeksverslag als wanbeleid van Fortis moeten worden beschouwd. Ageas zal alle beweerde overtredingen betwisten. Waar nodig heeft de Raad van Bestuur conservatoire maatregelen genomen om de belangen van de onderneming veilig te stellen ten opzichte van zijn voormalige bestuurders en managers met betrekking tot de uitoefening van hun functies in 2007 en 2008.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
7
In het belang van de aandeelhouders zal de Raad van Bestuur voor het moment volledige prioriteit geven aan het verdedigen van de onderneming tegen alle aantijgingen die kunnen resulteren in nieuwe vorderingen tot schadevergoeding ingediend tegen Ageas. Daarmee handhaaft de Raad van Bestuur haar positie om zich op dit moment te onthouden, in afwachting van definitieve beslissingen van de rechter, van het starten van enige procedure tegen voormalige bestuurders en managers. Voor de volledige sectie van de Voorwaardelijke verplichtingen wordt verwezen naar noot 27 van het Geconsolideerd Tussentijds Financieel Verslag per 30 juni 2010.
Groep
Eigen vermogen, nettokas- en vermogenspositie Op 30 juni 2010 bedroeg het netto eigen vermogen EUR 9,2 miljard in vergelijking met EUR 8,4 miljard eind december 2009. Naast het positieve resultaat van het eerste halfjaar, zijn andere factoren die hebben bijgedragen tot de stijging de hogere niet-gerealiseerde winsten en verliezen (EUR 0,2 miljard) en de valutaherwaarderingen van de participaties in Azië en het Verenigd Koninkrijk (EUR 0,3 miljard), gedeeltelijk gecompenseerd door de betaling van het dividend 2009 in juni (EUR 0,2 miljard). Kapitaal Het kernvermogen van Ageas bedroeg op 30 juni 2010 EUR 8,9 miljard en oversteeg het totale geconsolideerde wettelijk vereiste minimum van de verzekeringsactiviteiten met EUR 6,0 miljard, inclusief het beschikbare kapitaal bij Algemeen (EUR 2,5 miljard). Het totale beschikbare kapitaal van de verzekeringsactiviteiten bedroeg EUR 6,6 miljard, met een licht gestegen minimale solvabiliteitseis tot EUR 2,9 miljard die te wijten is aan de toename van de activiteiten. Dit heeft geleid tot een totale solvabiliteitsratio voor de wereldwijde verzekeringsactiviteiten van 226% in vergelijking met 234%1 op het einde van vorig jaar. Nettokaspositie De nettokaspositie van Algemeen op 30 juni 2010, uitgaande van een volledige aflossing van het European Medium Term Notes (EMTN)-programma, bedroeg EUR 2,1 miljard, in vergelijking met EUR 2,8 miljard aan het einde van vorig jaar. Deze daling is het gevolg van de uitbetaling van het dividend over 2009 in juni van EUR 0,2 miljard en een belegging op middellange termijn van EUR 0,5 miljard, waardoor deze laatste uit de nettokaspositie werd gehaald. Het niveau van discretionair kapitaal eind juni 2010 was gedaald tot EUR 0,9 miljard, wat voornamelijk veroorzaakt werd door de reservering van contanten voor de aankoop van Kwik-Fit Insurance Services (EUR 0,2 miljard) en wijzigingen in de scope.
1 231% geboekt per 10 maart 2010; afwijking gerelateerd aan wijziging van de cijfers over 2009
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
8
Beschrijving van de bedrijfssegmenten
De resultaten over het eerste halfjaar van Ageas weerspiegelen de nieuwe rapporteringsstructuur met de vier bedrijfssegmenten voor verzekeringen: België, het Verenigd Koninkrijk, Continentaal Europa en Azië. Dit initiatief moet zorgen voor een grotere transparantie en een beter begrip van de bedrijfsdynamiek van elk van de verschillende activiteiten. Hierna volgt een korte beschrijving van de nieuwe segmenten. België De Belgische verzekeringsactiviteiten, sinds juni 2009 onder de naam AG Insurance, bestaan al zeer lang. Het totale bruto premie-inkomen in 2009 kwam op bijna EUR 7 miljard en de onderneming heeft ongeveer 2,5 miljoen klanten. 75 tot 80% van het totale inkomen komt uit Leven en 20 tot 25% uit Niet-leven. AG Insurance biedt een uitgebreid assortiment producten aan in Leven- en Niet-leven die zowel verkocht worden aan particulieren als aan KMO's. Zij voert een multi-channel-strategie met distributie via meer dan 3.000 onafhankelijke makelaars en via de bankkanalen van BNP Paribas Fortis Bank en haar dochterondernemingen. AG Employee Benefits is de entiteit die zich toespitst op de verkoop van groeps-leven- en zorgverzekeringsproducten, voornamelijk aan grotere ondernemingen. Sinds mei 2009 is BNP Paribas Fortis Bank 25% eigenaar van AG Insurance. Verenigd Koninkrijk In het Verenigd Koninkrijk is Ageas marktleider in verzekeringsoplossingen Niet-leven, terwijl in 2008 werden nieuwe levensverzekeringsactiviteiten werden gelanceerd. Het Verenigd Koninkrijk is sterk vertegenwoordigd in particuliere verzekeringen en werkt aan de uitbreiding van de bedrijfsverzekeringen. Op dit ogenblik maken de particuliere verzekeringen 83% en de bedrijfsverzekeringen 17% uit van het totaal. De activiteiten in het Verenigd Koninkrijk zijn affinity-partner van een aantal sterke merknamen zoals Tesco Bank, John Lewis Partnership, Age UK en Toyota (GB) Limited. In het Verenigd Koninkrijk wordt ook een multi-channel-distributiestrategie gehanteerd met makelaars, affinity-partners en eigen distributie. Onder haar volledige dochterondernemingen bevinden zich RIAS, dat meer dan een miljoen klanten heeft in het groeiende marktsegment van 50+'ers en Fortis Insurance Services, dat "white label"-oplossingen biedt aan affinity partners, alsook outsourcingdiensten en rechtstreeks via het internet producten promoot van eigen merk. In de loop van de tweede helft van dit jaar zal de opstart van het partnership met Tesco Bank en de consolidatie van Kwik-Fit Insurance Services de distributie van de retailactiviteiten verder versterken. Om transparantie te verkrijgen met betrekking tot de bijdrage van de diverse bedrijfssegmenten, heeft Ageas besloten om de resultaten van het Verenigd Koninkrijk op te splitsen in drie deelsegmenten Leven, Niet-leven en Overige Verzekeringen, wat de resultaten van de retailactiviteiten omvat. Continentaal Europa Continentaal Europa bestaat uit de Europese verzekeringsactiviteiten, met uitsluiting van België en het Verenigd Koninkrijk. Het omvat zes landen en is een mengeling van leidinggevende posities in volgroeide markten zoals Portugal en Luxemburg en kleinere posities in snelgroeiende markten of het nieuwe partnership in Niet-leven in Italië. In 2009 had ongeveer 95% van het totale inkomen betrekking op Leven, aangevuld met activiteiten Niet-leven in Portugal en Luxemburg. Als onderdeel van de strategische evaluatie in 2009, werden in het segment Continentaal Europa een aantal initiatieven genomen om de portefeuille af te stemmen op de vastgestelde strategische criteria, wat heeft geleid tot de verkoop van de activiteiten Niet-leven in Luxemburg, de Turkse activiteiten en het discontinueren van onze Russische activiteiten. Azië Ageas is actief in vijf landen in Azië. Het regionale kantoor bevindt zich in Hong Kong en de dochteronderneming in Hong Kong is in volledige eigendom. De andere activiteiten zijn georganiseerd in de vorm van joint ventures met leidende plaatselijke partners en financiële instellingen in China, Maleisië, Thailand en India. Ageas rapporteert op geconsolideerde basis met betrekking tot Hong Kong, terwijl de andere ondernemingen worden gerapporteerd als geassocieerde deelnemingen.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
9
België
Resultatenrekening - Leven België Leven - in miljoenen EUR Brutopremies Beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling Bruto premie-inkomen Leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 2.271,1 379,8 2.650,9 - 88,7 186,9 - 59,0 127,9 60,6 188,5 - 49,4 35,8 103,3 H1 09 2.450,5 295,4 2.745,9 - 83,6 157,2 - 45,6 111,6 39,5 151,1 31,5 8,8 173,8 Mutatie - 7% 29% - 3% 6% 19% 29% 15% 54% 25% * * - 41% H2 09 2.318,2 287,6 2.605,8 - 93,8 228,1 - 26,1 202,0 50,7 252,7 - 63,6 46,8 142,3 Mutatie - 2% 32% 2% - 5% - 18% * - 37% 20% - 25% - 22% - 23% - 27% FY 09 4.768,7 583,0 5.351,7 - 177,4 385,3 - 71,7 313,6 90,2 403,8 - 32,1 55,6 316,1
Resultatenrekening - Niet-leven België Niet-leven - in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Niet-leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 851,7 - 131,5 4,8 - 45,5 - 40,7 7,6 - 33,1 12,8 - 4,9 - 15,4 H1 09 808,4 - 125,7 18,6 - 5,1 13,5 7,1 20,6 2,5 1,5 21,6 Mutatie 5% 5% - 74% * * 6% * * * * H2 09 707,0 - 124,0 54,6 - 4,2 50,4 6,4 56,8 - 16,5 11,6 28,7 Mutatie 20% 6% - 91% * * 18% * * * * FY 09 1.515,4 - 249,7 73,2 - 9,3 63,9 13,5 77,4 - 14,0 13,1 50,3
Resultatenrekening België in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Operationele kosten Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 3.502,6 - 220,2 87,9 H1 09 3.554,3 - 209,3 195,4 Mutatie - 1% 5% - 55% H2 09 3.312,8 - 217,8 171,0 Mutatie 6% 1% - 49% FY 09 6.867,1 - 427,1 366,4
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
10
Premie-inkomenniveau relatief stabiel op EUR 3,5 miljard Premie-inkomen Leven 3% omlaag tot 2,7 miljard vanwege lager premie-inkomen via het bankkanaal Niet-leven brutopremies 5% omhoog tot EUR 0,9 miljard Nettowinst na minderheidsbelangen EUR 88 miljoen (vs. EUR 195 miljoen in H1 09) Gecombineerd netto negatief effect van minwaarden op de herstructurering van de beleggingsportefeuille, gedeeltelijk gecompenseerd door lagere voorzieningen voor winstdeling en gerealiseerde meerwaarden, van EUR 26 miljoen Minderheidsbelangen kwamen uit op EUR 31 miljoen in vergelijking met EUR 10 miljoen vorig jaar Positief eenmalig belastingvoordeel in 2009 van EUR 94 miljoen Sterk technisch resultaat van EUR 192 miljoen (vs. EUR 176 miljoen in H1 09) Vermogen onder beheer Leven gestegen met +3% tot EUR 46,9 miljard (eind 2009 EUR 45,4 miljard) De algemene combined ratio op 107,1% of 103,1% exclusief bedrijfsongevallen Combined ratio verbeterd, inclusief bedrijfsongevallen, in het 2e kwartaal tot 100,5% Combined ratio zonder arbeidsongevallen gedaald in het tweede kwartaal tot 95,7%
Totaal bruto premie-inkomen in de eerste helft van het jaar kwam uit op EUR 3,5 miljard, ongeveer gelijk aan het niveau van vorig jaar. Inkomen Leven daalde met 3% en bereikte EUR 2,7 miljard. Lager inkomen in het bankkanaal, met name in de traditionele spaarproducten, werd slechts gedeeltelijk gecompenseerd door hogere verkoop in unit-linked producten en een betere prestatie via het makelaarskanaal. Brutopremie Niet-leven 5% omhoog tot EUR 852 miljoen, waartoe alle productlijnen hebben bijgedragen maar in het bijzonder autoen zorgverzekeringen. De nettowinst van het eerste halfjaar kwam op EUR 87,9 miljoen in vergelijking met EUR 195,4 miljoen vorig jaar. Minderheidsbelangen stegen tot EUR 30,9 miljoen. Bovendien had het nettoresultaat van 2009 het voordeel van een eenmalige belastingteruggave van EUR 94 miljoen. Het nettoresultaat wordt gekenmerkt door een negatief effect na minderheidsbelangen van EUR 26 miljoen door de herstructurering van de beleggingsportefeuille tijdens het eerste halfjaar. Dit bedrag bestaat uit een negatief effect van EUR 55 miljoen met betrekking tot de verkoop van de ZuidEuropese staatsobligaties, gedeeltelijk gecompenseerd door een meerwaarde van EUR 29 miljoen gerealiseerd op de verkoop van vastgoed in de regio Brussel in het tweede kwartaal. Bovendien zijn de resultaten van Niet-leven aangetast door de aanzienlijke impact van met het weer gerelateerde schadeclaims in het begin van het jaar en een toename in de hoeveelheid claims voor permanente arbeidsonbekwaamheid bij de bedrijfsongevallen.
Operationele kosten kwamen uit op EUR 220,2 miljoen (+5%), voornamelijk te wijten aan eenmalige separatiekosten en verhoogde personeelslasten, inclusief het traditionele effect van de jaarlijkse loonherzieningen. Ondanks de hogere operationele kosten bleven de belangrijkste kostenratio's in Leven en Niet-leven stabiel op 0,39% respectievelijk 16,7%. De combined ratio eind juni stond op 107,1% in vergelijking met 105,6% vorig jaar. Zonder de bedrijfsongevallen verbeterde de combined ratio van 105,5% vorig jaar naar 103,1%. De hoge combined ratio wordt voornamelijk veroorzaakt door met de winter samenhangende gebeurtenissen bij brand en auto en door een verhoogde toename in claims en een minder gunstige ontwikkeling van de claims over voorgaande jaren bij bedrijfsongevallen. De afwezigheid van de negatieve invloed van het seizoen en de eerste resultaten van de corrigerende maatregelen hebben geleid tot een verbeterde combined ratio van 100,5% in het tweede kwartaal. Zonder bedrijfsongevallen was de combined ratio in het tweede kwartaal 95,7%.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
11
Leven
Premie-inkomen Leven daalde met 3% tegen vorig jaar en bereikte EUR 2,7 miljard. Inkomen Individueel leven kwam uit op EUR 2,2 miljard, wat een daling is van 2% in vergelijking met vorig jaar. Collectief Leven bereikte EUR 0,5 miljard, een daling van 5% tegen vorig jaar. Individueel Leven in het bankkanaal is gedaald met 6% tegen vorig jaar wat het gevolg is van een combinatie van een lagere appetijt voor de traditionele spaarproducten die te lijden hadden onder de lagere gegarandeerde interestvoeten en de afwezigheid van specifieke marketingcampagnes in vergelijking met vorig jaar. Unit-linked verkoop bevestigde de opwaartse tendens van het eerste kwartaal met een stijging van het premie-inkomen van 37%, gedreven door de verkoop van 8 tranches van gestructureerde producten met vast kapitaal. Het inkomen via het makelaarskanaal steeg met 15% dankzij de sterke verkoop van de producten "Top Rendement Invest" en "Safe return +", wat de positieve tendens van de tweede helft van 2009 bevestigde. De activiteiten van Collectief Leven, gedistribueerd via het Employee Benefitskanaal, daalden met 5% in vergelijking met vorig jaar. Het inkomen van vorig jaar omvatte echter uitzonderlijke premiebetalingen om de onderfinanciering van bepaalde unit-linked contracten op te vangen. Premie-equivalenten op jaarbasis (APE) stegen met 11% tot EUR 247 miljoen van EUR 223 miljoen dankzij de positieve unit-linked-verkopen in het bankkanaal gesteund door een toename in de instroom van spaargelden via het makelaarskanaal. Een afname van de instroom van spaargelden via het bankkanaal doet dit gedeeltelijk teniet. Vermogen onder beheer bij Leven steeg tot EUR 46,9 miljard (+3%) in vergelijking met EUR 45,4 miljard eind 2009 en met 8% in vergelijking met juni 2009, met bijdragen van zowel unit-linked als niet unit-linked. Vermogen onder beheer gerelateerd aan niet unit linked-activiteiten is gestegen met 8% tot EUR 40,3 miljard. Unit-linked vermogen onder beheer steeg met 9% gedreven door de instroom gecreëerd door de verkochte bijkomende tranches van de gestructureerde unitlinked producten. In vergelijking met juni 2009 steeg vermogen onder beheer bij Employee Benefits met 6% tot EUR 11,6 miljard terwijl vermogen onder beheer bij individueel Leven EUR 35,3 miljard bereikte (+9%). Op basis van vermogen onder beheer heeft AG Insurance haar leiderspositie verder kunnen versterken met een marktaandeel van momenteel 28%. De nettowinst van het eerste halfjaar kwam op EUR 103,3 miljoen, 41% lager dan de EUR 173,8 miljoen van vorig jaar. Het technisch resultaat en de operationele marge hielden goed stand in vergelijking met vorig jaar en kwamen uit op EUR 186,9 miljoen respectievelijk EUR 127,9 miljoen gedreven door hogere volumes en een betere beleggingsmarge. Het lagere nettoresultaat wordt grotendeels verklaard door het netto-effect van de herstructurering van de beleggingsportefeuille en de grotere minderheidsbelangen, die dit jaar uitkwamen op EUR 35,8 miljoen (tegen EUR 8,8 miljoen in 2009). AG Insurance genoot ook het voordeel in 2009 van een eenmalige belastingteruggave van EUR 86 miljoen die gedeeltelijk werd gecompenseerd door het negatieve effect van de financiële markten. Bovendien heeft AG Insurance haar blootstelling aan de ZuidEuropese staatsobligaties aanzienlijk verminderd in de context van een herstructurering van het concentratierisico van haar globale beleggingsportefeuille. Dit heeft geleid tot een geschat netto negatief effect, na minderheidsbelangen en inclusief de lagere winstdeling, van EUR 29 miljoen. Een gerealiseerde meerwaarde op de verkoop van vastgoed in de regio Brussel in het tweede kwartaal van EUR 26 miljoen na belastingen en na minderheidsbelangen heeft deze negatieve afwijking gedeeltelijk gecompenseerd.
Niet-leven
Brutopremies stegen met 5% in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar en kwamen op EUR 852 miljoen. Alle productlijnen werden gekenmerkt door groei, de meest opvallende in auto- en zorgverzekeringen, en het positieve effect van de algemene tariefverhogingen die werden toegepast in de eerste helft van dit jaar. Tarieven bij auto, aansprakelijkheid en materiële schaden werden opgetrokken met 3,5% vanaf januari 2009 en 4,5% vanaf 1 januari 2010 zowel voor nieuwe polissen als bestaande. Vanaf juli 2009 stegen de CATNAT-tarieven van 0,13bp naar 0,20bp (+50%) wat overeenkomt met een stijging in de jaarpremie van 3,5% op de volledige brandportefeuille. Bijkomende tariefverhogingen worden beoogd in de komende maanden.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
12
Brutopremies via het makelaarskanaal in het eerste halfjaar zijn gestegen tot EUR 610 miljoen, wat een stijging is van 5% tegen vorig jaar. Inkomen bij de KMO's en bedrijfslijnen steeg met 6% tot EUR 332 miljoen terwijl het retail-inkomen steeg met 4%. Brutopremies Niet-leven via het bankkanaal kwamen uit op EUR 121 miljoen, wat een lichte stijging is ten opzichte van vorig jaar. Zorgpremies, verdeeld via het Employee Benefitskanaal, stegen met 10% in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar en kwamen uit op EUR 121 miljoen, voornamelijk gevoed door de nieuwe activiteiten in de groepszorg- en sectorplannen. Nettowinst kwam uit op EUR 15,4 miljoen negatief. Dankzij de verbeterde combined ratio in het tweede kwartaal, verbeterde het technische resultaat voor belastingen tot EUR 4,8 miljoen positief in vergelijking met het eerste kwartaal, hoewel het toch lager bleef dan het niveau van vorig jaar (EUR 19 miljoen). Zoals ook de activiteiten bij Leven, leed de operationele marge onder de minwaarden die veroorzaakt werden door de herstructurering van de blootstelling aan de Zuid-Europese staatsobligaties voor een netto-bedrag van EUR 23 miljoen na belastingen. De combinatie van dit laatste met de zwakkere operationele prestatie heeft geleid tot een operationele marge van EUR 40,7 miljoen negatief in vergelijking met EUR 13,5 miljoen positief vorig jaar. De extreme winteromstandigheden en de storm Xynthia hebben de operationele prestatie aanzienlijk beïnvloed in het eerste kwartaal van 2010. Bovendien werd het eerste kwartaal gekenmerkt door een toename in het aantal schadeclaims en minder gunstige ontwikkeling in de bedrijfsongevallenclaims van voorgaande jaren alsook enige grotere claims bij brand resulterend in een toename van de combined ratio. De combined ratio van het eerste halfjaar, met inbegrip van bedrijfsongevallen, steeg tot 107,1% in vergelijking met 105,6% vorig jaar. Zonder de bedrijfsongevallen verbeterde de combined ratio van 105,5% vorig jaar naar 103,1% in 2010. In het tweede kwartaal verbeterde de combined ratio echter aanzienlijk tot 100,5% in vergelijking met 113,6% in het eerste kwartaal en 104,0% in hetzelfde kwartaal vorig jaar door een positieve invloed van het seizoen en de eerste positieve resultaten van de beheersacties. Zonder de invloed van de bedrijfsongevallen daalde de combined ratio nog verder tot 95,7%.
Ondanks deze positieve evolutie bleef de ontwikkeling in de bedrijfsongevallenclaims over voorgaande jaren en dit jaar ook zwak in het tweede kwartaal. Zoals reeds eerder aangekondigd werd een aantal corrigerende maatregelen genomen bij auto en brand zoals een tariefverhoging en de aanpassing van productkenmerken sinds het begin van dit jaar. Het eerste positieve effect kan worden gezien in de resultaten van het eerste halfjaar, hoewel verwacht wordt dat de volledige impact van de maatregelen niet zichtbaar zal zijn voor midden 2011. Een recent marktonderzoek2 uitgevoerd door Assuralia wees uit dat de toename in de claims bij auto alsook de toename in de gemiddelde lasten voor grote claims kan worden gezien als marktfenomeen.
2 Assurinfo Nr 12, 25 maart 2010
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
13
Verenigd Koninkrijk
Resultatenrekening - Leven Verenigd Koninkrijk Leven - in miljoenen EUR Brutopremies Beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling Bruto premie-inkomen Leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 11,2 11,2 - 11,3 - 3,2 - 3,2 0,8 - 2,4 0,7 - 1,7 H1 09 3,1 3,1 - 9,8 - 5,2 - 5,2 0,4 - 4,8 1,3 - 3,5 Mutatie * * * 16% - 39% * - 39% * - 51% - 49% * - 52% H2 09 6,8 6,8 - 10,2 - 3,8 - 3,8 0,5 - 3,3 0,9 - 2,4 Mutatie 65% * 65% 10% - 19% * - 19% 50% - 30% - 30% * - 30% FY 09 9,9 9,9 - 20,0 - 9,0 - 9,0 0,9 - 8,1 2,2 - 5,9
Resultatenrekening - Niet-leven Verenigd Koninkrijk Niet-leven - in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Niet-leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders
H1 10 538,3 - 45,5 - 3,5 2,1 - 1,4 2,4 1,0 - 0,3 - 1,4 2,1
H1 09 449,1 - 40,4 5,3 9,1 14,4 9,6 24,0 - 6,7 17,3
Mutatie 20% 13% * - 77% * - 74% - 96% - 96% * - 88%
H2 09 454,2 - 35,1 - 23,3 0,8 - 22,5 5,4 - 17,1 4,5 - 0,5 - 12,1
Mutatie 19% 30% - 85% * - 93% - 53% * * * *
FY 09 903,3 - 75,5 - 18,0 9,9 - 8,1 15,0 6,9 - 2,2 - 0,5 5,2
Resultatenrekening - Overige verzekeringen Verenigd Koninkrijk Overige verzekeringen - in miljoenen EUR Commissiebaten Andere baten Personeelslasten Overige lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders
H1 10 59,4 2,3 - 24,2 - 26,5 11,0 - 3,1 7,9
H1 09 54,0 0,5 - 21,7 - 23,0 9,8 - 2,8 7,0
Mutatie 10% * 11% 16% 12% 10% * 13%
H2 09 57,2 - 0,1 - 22,2 - 24,1 10,8 - 3,4 7,4
Mutatie 4% * 9% 10% 1% - 10% * 7%
FY 09 111,2 0,4 - 43,9 - 47,1 20,6 - 6,2 14,4
Resultatenrekening Verenigd Koninkrijk in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Operationele kosten Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders
H1 10 549,5 - 56,8 8,3
H1 09 452,2 - 50,2 20,8
Mutatie 22% 13% - 60%
H2 09 461,0 - 45,3 - 7,1
Mutatie 19% 25% *
FY 09 913,2 - 95,5 13,7
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
14
Premie-inkomen eerste halfjaar EUR 550 miljoen, 22% hoger dan vorig jaar door groei bij zowel bedrijfsverzekeringen als particuliere verzekeringen Nettowinst na minderheidsbelangen EUR 8,3 miljoen (tegen EUR 20,8 miljoen in H1 09) Extreme weersomstandigheden in januari veroorzaakten een buitengewone netto last van EUR 9 miljoen beleggingsresultaat EUR 11 miljoen lager Totale combined ratio van 106,5% Verbeterde combined ratio in 2e kwartaal tot 102,9% Tesco Bank partnership op koers voor lancering per het einde van het jaar Overname van Kwik-Fit Insurance Services begin juli, waardoor de Britse particuliere activiteiten verder worden versterkt
Het premie-inkomen is in het eerste halfjaar met 22% gestegen naar EUR 550 miljoen dankzij een goede groei in het Niet-Levenbedrijf bij zowel particuliere verzekeringen als bedrijfsverzekeringen. Bij het Levenbedrijf groeide het marktaandeel verder terwijl retailactiviteiten RIAS en Fortis Insurance Solutions (FIS), dat binnenkort tot Ageas Insurance Solutions wordt omgedoopt, zich in een concurrerend klimaat goed staande wisten te houden. Ten opzichte van vorig jaar bedroeg het valuta-effect EUR 15 miljoen, oftewel 3% van het premie-inkomen. Het eerste halfjaar bedroeg de nettowinst na minderheidsbelangen EUR 8,3 miljoen in vergelijking met EUR 20,8 miljoen in de eerste jaarhelft van 2009. De nettokosten verbonden aan het nieuwe samenwerkingsverband met Tesco Bank (EUR 1,4 miljoen), het lagere beleggingsresultaat en de verslechtering van de markt voor autoverzekeringen waren de belangrijkste factoren achter de lagere winst. De operationele prestaties zijn het eerste kwartaal beïnvloed door het ongewoon strenge winterweer, wat leidde tot een verhoging van de combined ratio. In het operationele resultaat is een buitengewone last van EUR 9,4 miljoen opgenomen voor de waterschadeclaims in januari. Het resultaat werd eveneens beïnvloed door slechte prestaties in de hele sector voor particuliere autoverzekeringen. Het resultaat Niet-Leven trok in het tweede kwartaal weer aan ten opzichte van het eerste kwartaal, dankzij seizoensfactoren en het positieve effect van de managementacties. De combined ratio voor Niet-Leven kwam hierdoor het eerste halfjaar uit op 106,5%, tegen 110,2% ultimo maart 2010 en 104,3% ultimo juni 2009.
Leven
Er wordt nog altijd goede vooruitgang geboekt op de Britse markt voor levensverzekeringen, waarmee in juli 2008 werd gestart. Over het eerste halfjaar van 2010 is een bruto premie-inkomen van EUR 11 miljoen gerealiseerd, een aanzienlijke stijging ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar (EUR 3 miljoen). Zoals in het eerste kwartaal al is aangegeven, heeft Ageas inmiddels de doelstelling bereikt, namelijk dat de onderneming met het levensverzekeringsproduct de hele IFA-markt wilde bereiken (IFA staat voor Independent Financial Advisers). Het marktaandeel beloopt hier inmiddels 5,1%. Het bedrijf ontvangt momenteel gemiddeld meer dan 700 aanvragen per dag en biedt dekking aan circa 90.000 klanten, een toename met meer dan 35% ten opzichte van vorig jaar. In overeenstemming met de geplande ontwikkeling van de activiteiten is het nettoverlies het eerste halfjaar gedaald tot EUR 1,7 miljoen, vergeleken met een negatief resultaat van EUR 3,5 miljoen in dezelfde periode vorig jaar.
Niet-Leven
De totale brutopremies stegen het eerste halfjaar van 2010 met 20% tot EUR 538 miljoen, dankzij de positieve ontwikkeling bij zowel particuliere verzekeringen als bedrijfsverzekeringen. Binnen de particuliere sector waren autoverzekeringen goed voor een premie-inkomen van EUR 270 miljoen, een stijging met 5% ten opzichte van vorig jaar. Ook de woningverzekeringsportefeuille en reisverzekeringen groeiden door, met respectievelijk EUR 136 miljoen (+32%) en EUR 32 miljoen (+28%).
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
15
In aanvulling op de sterke prestaties bij particuliere verzekeringen noteerde het Britse verzekeringsbedrijf ook een groei van de bedrijfsverzekeringen met 54% tot EUR 92 miljoen. In de eerste zes maanden van 2010 is het bedrijf volop de markt voor wagenparkverzekeringen opgegaan, is het productaanbod verbeterd met een nog sterkere Semploy Extra3 propositie, is de positie in bedrijfsverzekeringen verder verbreed en de elektronische handelscapaciteit uitgebouwd. Dat laatste maakt het voor de verzekeringsmakelaar eenvoudiger en efficiënter om bedrijfsverzekeringen af te sluiten. Tijdens de verslagperiode gaven marktcijfers aan dat het Britse bedrijf op de particuliere markt voor autoverzekeringen de laagste kosten per eenheid product heeft en dat, op basis van het aantal verzekerde auto's, het bedrijf de op één na grootste particuliere autoverzekeraar is in het Verenigd Koninkrijk. Niet-Leven werd gekenmerkt door een moeilijk eerste kwartaal gevolgd door een beter tweede kwartaal, wat een nettoresultaat na minderheidsbelangen opleverde van EUR 2,1 miljoen, in vergelijking met EUR 17,3 miljoen vorig jaar. Sectorbrede invloeden als de strenge weersomstandigheden van januari (EUR 9,4 miljoen), de slechte ontwikkeling van de particuliere autoverzekeringen en lagere gerealiseerde meerwaarden en beleggingsresultaten (EUR 11 miljoen) vormden de belangrijkste verklaring voor het negatieve verschil met vorig jaar. De aanloopkosten van het nieuwe samenwerkingsverband met Tesco Bank, dat eind dit jaar operationeel zou moeten zijn, kwamen het eerste halfjaar uit op EUR 1,4 miljoen. De combined ratio Niet-Leven bedroeg in het eerste halfjaar 106,5%, in vergelijking met 104,3% ultimo juni 2009, maar lag hiermee onder de 110,2% van het eerste kwartaal van dit jaar. De verbetering vloeide voort uit voortgaande managementactie en lagere verliezen door seizoensinvloeden. Dit is ook te zien aan de combined ratio voor het tweede kwartaal die op 102,9% uitkwam. De ratio tot eind juni weerspiegelt vooral het strenge winterweer aan het begin van het jaar. Eveneens van invloed was de ontwikkeling van particuliere autoverzekeringen die sectorbreed te lijden heeft onder toenemende claims voor letselschade en de noodzaak van tariefsverhogingen. Het Britse verzekeringsbedrijf zet haar consistent beleid verder van een prijsstelling rekening houdend met het onderliggende risico; in het eerste halfjaar zijn verdere
3 Semploy Extra is een vijfsterrenaansprakelijkheidsproduct voor zelfstandigen
tariefsverhogingen doorgevoerd. De signalen duiden op stijgende tarieven in de hele verzekeringsmarkt in het Verenigd Koninkrijk. Voor de lancering van het nieuwe samenwerkingsverband met Tesco Bank wordt nog steeds uitgegaan van eind 2010. Met de onderliggende technische en schadesystemen wordt goede vooruitgang geboekt en ook de werving van medewerkers verloopt vlot. Het senior managementteam werd al benoemd.
Overige verzekeringen
De retailactiviteiten in het Verenigd Koninkrijk, RIAS en Fortis Insurance Solutions (FIS), dat binnenkort tot Ageas Insurance Solutions wordt omgedoopt, wisten zich in een concurrerend klimaat goed staande te houden. De retailactiviteiten realiseerde een stijging van de commissiebaten met 10% ten opzichte van vorig jaar tot EUR 59 miljoen (op jaarbasis), dankzij klantenbehoud, nieuwe productie en groei van de inkomsten uit samenwerkingsverbanden, waarin wordt voortgebouwd op opportuniteiten uit 2009. Naast het eerste `samenwerkingsverband onder merk' met Toyota (GB) plc en diens verzekeringspartners in het Verenigd Koninkrijk, Aioi Motor & General Insurance Company of Europe Limited dat binnenkort 'live' gaat, is er recent tevens overeenstemming bereikt over de levering van auto- en woningverzekeringen aan het Britse klantenbestand van American Express. Voortbouwend op de gezamenlijke capaciteiten van de bedrijven in het Verenigd Koninkrijk zijn RIAS and Fortis Life (samen binnenkort Ageas Protect) in het tweede kwartaal de markt opgegaan met een nieuw Whole of Life pakket, waarmee de 1 miljoen klanten van RIAS een innovatief aanbod krijgen aangereikt. Met de onlangs aangekondigde aankoop van Kwik-Fit Insurance Services voegt Ageas 600.000 klanten, 1,2 miljoen polissen en een sterk presterend merk toe aan de Britse portefeuille. De overname bestendigt de positie van Ageas als de op drie na grootste verzekeringsleverancier voor het intermediair kanaal en vormt een volgende stap in de voortgaande ontwikkeling van de 'multi-kanaal' distributiebenadering in het Verenigd Koninkrijk. De activiteit wordt in het derde kwartaal van dit jaar geconsolideerd. De nettowinst is het eerste halfjaar gestegen naar EUR 7,9 miljoen. Ondanks de extra investeringen in nieuwe projecten ligt dat winstcijfer toch nog 13% hoger dan vorig jaar, wat hoofdzakelijk te danken is aan sterke commissie-inkomsten.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
16
Continentaal Europa
Resultatenrekening - Leven Continentaal Europa Leven - in miljoenen EUR Brutopremies Beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling Bruto premie-inkomen Leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 1.106,7 873,8 1.980,5 - 61,6 39,2 2,9 42,1 11,8 53,9 - 19,7 19,5 14,7 H1 09 791,6 855,7 1.647,3 - 63,3 45,7 0,3 46,0 4,8 50,8 - 17,4 20,9 12,5 Mutatie 40% 2% 20% - 3% - 14% * - 9% * 6% 13% - 7% 18% H2 09 809,6 1.249,0 2.058,6 - 65,6 39,3 0,1 39,4 15,1 54,5 - 15,9 23,8 14,8 Mutatie 37% - 30% - 4% - 6% - 0% * 7% - 23% - 1% 24% - 18% - 2% FY 09 1.601,2 2.104,7 3.705,9 - 128,9 85,0 0,4 85,4 19,9 105,3 - 33,3 44,7 27,3
Resultatenrekening - Niet-leven Continentaal Europa Niet-leven - in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Niet-leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 228,9 - 36,4 7,0 1,5 8,5 - 1,2 7,3 - 2,5 2,3 2,5 H1 09 127,9 - 22,8 9,1 9,1 - 0,5 8,6 - 2,6 3,5 2,5 Mutatie 79% 60% - 23% * - 6% * - 14% - 4% - 33% 3% H2 09 107,5 - 22,7 13,3 13,3 0,1 13,4 - 4,2 4,7 4,5 Mutatie * 60% - 47% * - 36% * - 45% - 41% - 50% - 44% FY 09 235,4 - 45,5 22,4 22,4 - 0,4 22,0 - 6,8 8,2 7,0
Resultatenrekening Continentaal Europa - in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Operationele kosten Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 2.209,4 - 98,0 17,2 H1 09 1.775,2 - 86,1 15,0 Mutatie 24% 14% 15% H2 09 2.166,1 - 88,3 19,3 Mutatie 2% 11% - 12% FY 09 3.941,3 - 174,4 34,3
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
17
Premie-inkomen 24% omhoog naar EUR 2,2 miljard; herstel Luxemburg en Frankrijk bevestigd Nettowinst na minderheidsbelangen EUR 17,2 miljoen (tegen EUR 15,0 miljoen in H1 09) Verdere stroomlijning verzekeringsportefeuille met de aangekondigde verkoop van de Turkse activiteiten
Het totale bruto premie-inkomen steeg met 24% ten opzichte van vorig jaar en bevestigde de positieve trend van de tweede helft van 2009. De sterke commerciële prestatie was te danken aan een uitstekende productie in Luxemburg en Frankrijk, plus de opname van de Italiaanse NietLevenactiviteiten. Zowel de Luxemburgse als de Franse activiteiten profiteerden van hernieuwd klantenvertrouwen sinds de tweede helft van vorig jaar. Deze trend zette ook het eerste halfjaar van 2010 door en gaf een stevige impuls aan het premie-inkomen in beide landen. Aan het begin van 2009 hebben zowel Luxemburg als Frankrijk het zwaar te verduren gehad van de financiële crisis in het algemeen en van de turbulentie rond Fortis in het bijzonder. In vergelijking met een zeer sterk eerste halfjaar in 2009 is het premie-inkomen in Portugal daarentegen gedaald (met 8%) maar toch weer 8% hoger dan in de tweede helft van 2009. Het Italiaanse samenwerkingsverband met BNP Paribas Assurance en UBI Banca is operationeel sinds 1 januari 2010 en droeg EUR 108 miljoen bij aan het premie-inkomen in Continentaal Europa. De Niet-Levenactiviteiten in Luxemburg zijn buiten beschouwing gelaten (verkocht begin januari 2010). De nettowinst na minderheidsbelangen bereikte een niveau van EUR 17,2 miljoen, tegen EUR 15,0 miljoen in het eerste halfjaar van 2009. Dit was niet alleen te danken aan een beter technisch resultaat door hogere volumes maar ook aan de stroomlijning van de verzekeringsportefeuille (o.a. de beëindiging van de Russische activiteiten). De goede ontwikkeling werd gedeeltelijk tenietgedaan door de hogere verplichtingen in Portugal te wijten aan de grotere spreads op Portugese staatsobligaties. De operationele kosten stegen met 14%, met name bij NietLeven door de opname van Italië. Indien Italië en Luxemburg Niet-leven buiten beschouwing worden gelaten, dan daalden de kosten met 2%. Dit is het gevolg van kostenbesparingen bij alle Ageas-ondernemingen.
Eind juli sloten Ageas en BNP Paribas Assurance een overeenkomst over de verkoop van de pensioen- en levenactiveiten in Turkije. De transactie, die naar verwachting een beperkte meerwaarde oplevert en in het vierde kwartaal van 2010 wordt afgerond, past in de strategie van Ageas om de verzekeringsportefeuille te stroomlijnen.
Leven
Het bruto premie-inkomen Leven bedroeg EUR 2,0 miljard, een stijging van 20% ten opzichte van het eerste halfjaar van 2009, waarbij het herstel van Luxemburg en Frankrijk het lagere premie-inkomen in Portugal (-10%) ruimschoots compenseerde. Portugal blijft de belangrijkste activiteit van Ageas in Continentaal Europa. Ondanks het turbulente marktklimaat kwam het premie-inkomen het eerste halfjaar uit op een sterke EUR 1,1 miljard. Het premie-inkomen was 10% lager maar de vergelijkingsbasis is echter een uitzonderlijk sterk eerste halfjaar in 2009 voor het Portugese pensioenbedrijf, toen klanten vooruitliepen op een potentiële renteverlaging en het feit dat er in 2010 minder beleggingsverzekeringen zijn verkocht. Gerekend naar beheerd vermogen is Millenniumbcp Ageas nog altijd de onbetwiste marktleider in Portugal. In Luxemburg (+141%) en Frankrijk (+36%) werd het vertrouwen van de klant herwonnen en wordt het herstel van de productie gedragen door een vernieuwd productaanbod en de voortgaande klantfocus. In Luxemburg in het bijzonder is het productaanbod uitgebreid met een gegarandeerd renteproduct. In Frankrijk is het samenwerkingsverband met Avenir Finance en de internetsite van Avenir Finance Sicavonline het tweede kwartaal goed van de grond gekomen met de wederzijdse verkoop van diverse producten. De ontwikkeling van specifieke producten voor distributie via Avenir France maar ook de gespecialiseerde training in de vermogensbeheerproducten van Avenir France voor medewerkers van Fortis Assurances draagt bij aan de verdere uitbouw van de distributie van producten Avenir Finance via Fortis Assurances en vice versa.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
18
Beleggingsverzekeringen (`unit-linked') zijn nog altijd goed voor 46% van het premie-inkomen bij Leven, in Luxemburg in het bijzonder. De groei zit echter vooral bij traditionele spaarproducten, die met 56% stegen en die inmiddels goed zijn voor 43% van het totale premie-inkomen Leven. Op de voorkeur van klanten voor spaarproducten met een garantieelement werd ingespeeld met de ontwikkeling van diverse nieuwe producten. Het beheerd vermogen bedroeg EUR 22,5 miljard en steeg daarmee 16% ten opzichte van juni 2009. Luxemburg en Portugal, met meer dan 80% van het beheerd vermogen van Ageas in Continentaal Europa, stegen met respectievelijk 26% en 14%. De toename van het beheerd vermogen wordt gedragen door premie-inkomen, minder verval en de staat van de financiële markten, die van invloed is op de reële waarde van de unit-linked portefeuille (63% van het totale beheerde vermogen). De operationele marge is gedaald naar EUR 42 miljoen (-9%). Dit is te wijten aan de hogere verplichtingen in verband met de grotere spreads op Portugese staatsobligaties in het eerste halfjaar. Dat negatieve effect werd echter grotendeels opgevangen door hogere volumes aan premie-inkomen en beheerd vermogen, een lagere winstdeling en een sterker technisch resultaat bij sparen en unit-linked. De operationele kosten daalden met 3% ten opzichte van het niveau van 2009 door kostenbesparingen bij alle belangrijke activiteiten. De nettowinst na minderheidsbelangen verbeterde met 18% naar EUR 14,7 miljoen ten opzichte van vorig jaar ondanks het lagere technische resultaat en de lagere marge. De hogere meerwaarden en het positieve effect van de verdere stroomlijning van de verzekeringsactiviteiten lagen aan de basis van deze verbetering.
Niet-Leven
Nu de Niet-Levenactiviteiten in Luxemburg begin januari zijn verkocht, is het schadebedrijf in Continentaal Europa geconcentreerd in Portugal en Italië. De brutopremies Niet-Leven bedroegen het eerste halfjaar EUR 229 miljoen, vergeleken met EUR 128 miljoen vorig jaar. Deze stijging is te danken aan de opname van de Italiaanse activiteiten (EUR 108 miljoen) met ingang van 2010. De Portugese Niet-Levenactiviteiten zijn met 8% gestegen in een dalende markt gedreven door dankzij de sterke ontwikkeling van zorgverzekeringen in de vorm van het sterke merk Médis (op één na grootste zorgverzekeraar). Meer dan 50% van de Niet-Levenactiviteiten bestaat uit Ongevallen & Ziekte; autoverzekeringen zijn goed voor 24% van het totale premie-inkomen. In Portugal is de autoverzekering van Millenniumbcp Ageas door een belangrijke Portugese consumentenvereniging uitgeroepen tot `beste keuze', wat een positief effect heeft gehad op de inspanningen van de verkooporganisatie. De operationele marge eindigde op EUR 8,5 miljoen en lag daarmee licht onder het niveau van vorig jaar. Het negatieve verschil hangt samen met het slechte schadegedrag bij autoverzekeringen in het zuiden van Italië. Er zijn corrigerende maatregelen genomen die deze nadelige situatie moeten herstellen. Daardoor is ook de totale combined ratio gestegen naar 99,1% tegen een vergelijkingsbasis van 91,4% (ultimo juni 2009). Ons Portugese bedrijf wist zich ondanks het noodweer op Madeira goed staande te houden met een combined ratio van 93,0% en is nog altijd zeer concurrerend. De operationele kosten stegen met 60% naar EUR 36,4 miljoen omdat Italië nu in de cijfers is opgenomen. Laten we de veranderingen in de scope (Italië en Luxemburg) buiten beschouwing, dan zijn de operationele kosten marginaal toegenomen (2%). De nettowinst na minderheidsbelangen bleef stabiel op EUR 2,5 miljoen, ondanks de wat lagere operationele marge.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
19
Azië
Resultatenrekening Leven Azië Leven - in miljoenen EUR Brutopremies Beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling Bruto premie-inkomen Leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen, geconsolideerde entiteiten Winst voor belastingen, geassocieerde deelnemingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders
4
H1 10 106,1 44,4 150,5 - 18,4 11,1 34,0 45,1 - 3,0 42,1 20,3 - 0,2 62,2
H1 09 103,1 37,7 140,8 - 18,8 5,0 0,3 5,3 - 4,8 0,5 24,6 - 1,0 24,1
Mutatie 3% 18% 7% - 2% * * * - 32% * - 17% - 83% * *
H2 09 111,6 44,4 156,0 - 13,3 6,6 4,1 10,7 - 4,6 6,1 49,2 - 1,1 54,2
Mutatie - 5% 0% - 4% 39% 67% * * - 32% * - 59% - 84% * 15%
FY 09 214,7 82,1 296,8 - 32,1 11,6 4,4 16,0 - 9,4 6,6 73,8 - 2,1 78,3
Resultatenrekening - Niet-leven Azië Niet-leven -in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Niet-leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen, geconsolideerde entiteiten Winst voor belastingen, geassocieerde deelnemingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 4,9 4,9 H1 09 5,1 5,1 Mutatie * * * * * * * - 4% * * - 4% H2 09 7,2 7,2 Mutatie * * * * * * * - 32% * * - 32% FY 09 12,3 12,3
Resultatenrekening Azië in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Operationele kosten Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 150,5 - 18,4 67,1 H1 09 140,8 - 18,8 29,2 Mutatie 7% - 2% * H2 09 156,0 - 13,3 61,4 Mutatie - 4% 39% 9% FY 09 296,8 - 32,1 90,6
4 Voor premie-inkomen cijfers inclusief de niet geconsolideerde deelnemingen wordt verwezen naar annex 5 en 6
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
20
Totaal premie-inkomen eerste halfjaar EUR 3,4 miljard, 59% hoger dan vorig jaar Bruto premie-inkomen Leven met 63% omhoog naar EUR 3,1 miljard Brutopremies Niet-Leven 26% hoger op EUR 0,3 miljard Nettowinst EUR 67,1 miljoen inclusief een gerealiseerde meerwaarde van EUR 35 miljoen (tegen EUR 29,2 miljoen in H1 09) Nettowinst na minderheidsbelangen Leven EUR 62,2 miljoen, +158% Nettowinst na minderheidsbelangen Niet-Leven bijna stabiel op EUR 4,9 miljoen Nettowinst uit geconsolideerde activiteiten EUR 42 miljoen
In het eerste halfjaar bereikte het totale bruto premieinkomen, inclusief niet-geconsolideerde partnerships, op basis van 100% een niveau van EUR 3,4 miljard, aanzienlijk meer dan het premie-inkomen vorig jaar (+59%). De gerealiseerde groei was goed verdeeld over de hele regio, alsmede over de Leven en Niet-Levenactiviteiten. Het vermogen onder beheer van de geconsolideerde activiteiten is ten opzichte van eind 2009 toegenomen met 21% tot EUR 1,4 miljard. Inclusief de niet-geconsolideerde partnerships is het vermogen onder beheer sterk gestegen van EUR 10,7 miljard aan het einde van de eerste helft van 2009 tot EUR 16,1 miljard ultimo juni 2010. In deze toename met 50% zit tevens een effect verwerkt van 22%, gerelateerd aan de verzwakking van de euro. De nettowinst na minderheidsbelangen is het eerste halfjaar gestegen naar EUR 67,1 miljoen, een stijging met 130% ten opzichte van vorig jaar (EUR 29,2 miljoen). In de nettowinst is een netto meerwaarde van EUR 35 miljoen inbegrepen voor de verkoop van het Fortis Center in Hongkong. De nettowinst van de geconsolideerde activiteiten, exclusief de eenmalige meerwaarde in Hongkong, was onverminderd sterk op EUR 7 miljoen (+239%) gedreven door een verbetering van het technisch resultaat. De bijdrage van niet-geconsolideerde partnerships daalde van EUR 29,7 miljoen vorig jaar naar EUR 25,2 miljoen. Dit houdt verband met een bijzondere waardevermindering van EUR 12 miljoen in China vanwege de lagere aandelenmarkten.
Net als in het eerste kwartaal toonde het bruto premieinkomen van de niet-geconsolideerde partnerships ook in de rest van het halfjaar een opmerkelijke stijging, naar EUR 2,95 miljard. Deze stijging met 67% ten opzichte van vorig jaar werd gevoed door sterke groei in zowel contracthernieuwingen (74% hoger op EUR 926 miljoen) als nieuwe productie (64% hoger op EUR 2,0 miljard). Deze uitmuntende groei is in de hele regio gerealiseerd, maar het sterkst in China. Het hogere niveau van het premie-inkomen in China werd gedragen door de verdere uitbreiding van de distributiecapaciteit (er zijn inmiddels bijna 65.000 tussenpersonen) en door productinnovatie. Koopsompolissen via het bankkanaal en een nieuw product met periodieke betalingen in het makelaarskanaal vormden een sterke impuls voor het bruto premie-inkomen, dat met 72% omhoog ging naar EUR 2,1 miljard. De nieuwe productie van koopsompolissen droeg EUR 1,1 miljard bij (+83%), terwijl de nieuwe productie van periodieke premieproducten met 30% groeide naar EUR 423 miljoen. Muang Thai Life, het samenwerkingsverband van Ageas in Thailand, zag het premie-inkomen met 50% stijgen ten opzichte van vorig jaar naar een niveau van EUR 349 miljoen. Dit ondanks de politieke instabiliteit in het hele land. Aan koopsompolissen werd EUR 50 miljoen verkocht (+104%) terwijl de nieuwe productie van periodieke premieproducten EUR 93 miljoen bedroeg (+33%). De groei is te danken aan de bankverzekeringsrelatie met KASIKORN Bank, dat sinds de herstructurering eind 2009 van het samenwerkingsverband de grootste aandeelhouder is van Muang Thai Life.
Leven
Het totale bruto premie-inkomen Leven, inclusief nietgeconsolideerde partnerships op basis van 100%, bedroeg het eerste halfjaar EUR 3,1 miljard, een stijging met 63% ten opzichte van vorig jaar. Exclusief het positieve wisselkoerseffect steeg het premie-inkomen met 58%. Het bruto premie-inkomen van de geconsolideerde activiteiten in Hongkong bereikte het eerste halfjaar een niveau van EUR 151 miljoen, een toename met 7% ten opzichte van vorig jaar. De nieuwe productie groeide met 12% naar EUR 32 miljoen.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
21
Ons samenwerkingsverband met Maybank in Maleisië is het eerste kwartaal verder gegroeid. Het bruto premie-inkomen steeg met 58% tot EUR 432 miljoen, waarvan EUR 303 miljoen aan koopsompolissen (+79%). De levensverzekeringen en Takaful gezinsverzekeringen van eTiqa toonden een sterke groei, die vooral werd gedragen door innovatieve koopsompolissen zonder winstdeling en Takaful hypotheekgerelateerde levensverzekeringen die via het bankkanaal worden verkocht. IDBI Fortis Life Insurance Company in India noteerde een bruto premie-inkomen van EUR 63 miljoen, bijna een verdubbeling ten opzichte van het eerste halfjaar van 2009 (+92%). De groei wordt gedragen door de sterke merknamen van beide partnerbanken (IDBI Bank, Federal Bank), een evenwichtige investering in de distributie via tussenpersonen en een sterke nadruk op productinnovatie. De solide halfjaarcijfers geven vooral de indrukwekkende prestaties in het eerste kwartaal weer, dat van oudsher het beste kwartaal is van het jaar. De laatste tijd zijn er meningsverschillen tussen de diverse overheidsorganen die het toezicht op beleggingsgerelateerde verzekeringsproducten verzorgen (Unit Linked Insurance Products of ULIP). Dit heeft voor onzekerheid in de markt gezorgd en kan de afzet de komende maanden beïnvloeden. De nettowinst na minderheidsbelangen bedroeg het eerste halfjaar EUR 62 miljoen, vergeleken met EUR 24 miljoen vorig jaar (+158%). De drie belangrijkste elementen van die nettowinst ontwikkelden zich als volgt:
Niet-Leven
De brutopremies Niet-Leven (op basis van 100% en volledig toewijsbaar aan de niet-geconsolideerde joint ventures in Maleisië en Thailand) stegen het eerste halfjaar met 26% naar EUR 270 miljoen. Beide joint ventures deden het goed, met name dankzij een sterke ontwikkeling bij particuliere autoverzekeringen en bij scheepvaart-, luchtvaart- en transportverzekeringen voor het bedrijfsleven. De brutopremies in deze segmenten bedroegen respectievelijk EUR 219 miljoen (+29%) in Maleisië en EUR 51 miljoen (+16%) in Thailand. In het eerste halfjaar is de nettowinst na minderheidsbelangen licht gedaald naar EUR 4,9 miljoen in vergelijking met EUR 5,1 miljoen vorig jaar. De belangrijkste oorzaak was het lagere beleggingsresultaat in Maleisië. De pro-forma geconsolideerde combined ratio voor de regio Azië is licht verbeterd van 97,7% vorig jaar naar 96,2% in het eerste halfjaar van 2010.
De geconsolideerde activiteiten in Hongkong droegen
EUR 47 miljoen bij, tegen EUR 4 miljoen vorig jaar. In dat bedrag is een eenmalige netto meerwaarde van EUR 35 miljoen begrepen in verband met de verkoop van het Fortis Center in Hongkong in mei. De nettowinst van de niet geconsolideerde partnerships is gedaald naar EUR 20 miljoen, in vergelijking met EUR 25 miljoen vorig jaar. Dit hield verband met een bijzondere waardevermindering van EUR 12 miljoen in China vanwege de lagere aandelenmarkten. De toepassing van de nieuwe Chinese rapporteringsstandaarden had het eerste halfjaar een positief effect op de nettowinst van EUR 17 miljoen (en op de resultaten voor het eerste halfjaar van 2009 van EUR 10 miljoen). Overige inkomsten en kosten in Azië waren EUR 5,3 miljoen negatief tegen EUR 4,2 miljoen negatief vorig jaar.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
22
Algemeen (incl. eliminaties en consolidatie-aanpassingen)
Resultatenrekening Algemeen - in miljoenen EUR Nettorentebaten Gerealiseerde winsten (verliezen) op beleggingen Overige meerwaarden Aandeel in resultaat van geassocieerde deelnemingen Overige baten Totale baten Wijzigingen in waardeverminderingen Nettobaten Personeelslasten Overige operationele en administratieve lasten Totale lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst over de periode Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 0,8 12,8 - 138,7 20,2 - 1,2 - 106,1 0,4 - 105,7 - 10,1 - 18,4 - 28,5 - 134,2 407,2 273,0 - 1,5 274,5 H1 09 22,7 699,5 507,7 - 8,2 - 3,9 1.217,8 - 363,9 853,9 - 19,8 - 32,7 - 52,5 801,4 - 166,0 635,4 635,4 Mutatie - 96% - 98% * * - 69% * * * - 49% - 44% - 46% * * - 57% * - 57% H2 09 - 21,9 18,3 173,3 - 1,0 - 10,3 158,4 13,7 172,1 - 14,0 - 32,0 - 46,0 126,1 - 57,3 68,8 - 0,6 69,4 Mutatie * - 30% * * - 88% * - 97% * - 27% - 43% - 38% * * * * * FY 09 0,8 717,8 681,0 - 9,2 - 14,2 1.376,2 - 350,2 1.026,0 - 33,8 - 64,7 - 98,5 927,5 - 223,3 704,2 - 0,6 704,8
Nettowinst van EUR 274,5 miljoen (vs. EUR 635,4 miljoen in H1 09) EUR 405 miljoen eenmalig positief effect van de erkenning van de latente belastingactiva die te maken heeft met de geplande vereffening van Brussels Liquidation Holding (voorheen Fortis Brussel) Waardering calloptie van de aandelen BNP Paribas EUR 759 miljoen Reële waarde van RPN(I) EUR 340 miljoen Positief nettoresultaat met betrekking tot Royal Park Investments EUR 23 miljoen Waardering vermogensbelang steeg naar EUR 840 miljoen Bovendien heeft RPI een aantal renteswaps afgesloten begin 2010 waardoor een deel van de variabele-intereststromen werd ingeruild voor vaste-intereststromen. Ageas heeft besloten om kasstroomhedge accounting toe te passen op deze swaps waarbij de schommelingen van de reële waarde geboekt worden via het eigen vermogen. Als gevolg van deze twee gebeurtenissen steeg de waarde van het vermogensbelang van Ageas in RPI van EUR 760 miljoen naar EUR 840 miljoen. Bovendien omvat het nettoresultaat van Algemeen een meerwaarde van EUR 12,4 miljoen op de verkoop van de activiteiten Niet-leven in Luxemburg aan La Bâloise. In vergelijking met vorig jaar daalde de operationele lasten aanzienlijk tot EUR 28 miljoen, voornamelijk omwille van de inkrimping van het corporate centre sinds juni 2009 en lagere eenmalige lasten.
Het nettoresultaat van de Algemeen kwam uit op EUR 274,5 miljoen voor de eerste helft van 2010. Het resultaat is het gevolg van het positieve effect van de erkenning van de latente belastingactiva ten bedrage van EUR 405 miljoen. Gezien de voortgang die werd geboekt met de vereffening van Brussels Liquidation Holding, is Ageas nu in staat om de latente belastingactiva toe te rekenen aan de verwachte vereffeningsverliezen. Het belastingverlies dat verwacht wordt in de vereffening wordt geschat op EUR 11,7 miljard. Eind juni wordt een bedrag gelijk aan de netto latente belastingpassiva erkend als latente belastingactiva. Het positief effect van deze operatie werd gedeeltelijk gecompenseerd door de negatieve herwaardering van de calloptie op de aandelen BNP Paribas voor EUR 121 miljoen en EUR 24 miljoen gerelateerd aan de reële waarde van de RPN(I). Het netto-resultaat omvat ook een positieve bijdrage van EUR 23 miljoen die een weerspiegeling is van het proportionele belang van Ageas in het positieve IFRS-resultaat van Royal Park Investments in de eerste helft van dit jaar.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
23
Reële waarde van RPN(I)
Voor de berekening van de reële waarde van RPN(I), heeft Ageas het level 3-waarderingsmodel gehanteerd, gebaseerd op waarderingstechnieken voor financiële derivaten aangenomen en geïntroduceerd eind 2009. Eind juni was de totale last voor RPN(I) EUR 340 miljoen in vergelijking met EUR 316 miljoen eind december 2009 oftewel een negatief effect op het resultaat van EUR 24 miljoen. Dit bedrag kan worden opgesplitst in (i) EUR 286 miljoen wat de weerspiegeling is van de netto huidige (contante) waarde van de geschatte rentebetalingen elk kwartaal onder het RPN(I)mechanisme en (ii) een bijkomende verplichting van EUR 54 miljoen met betrekking tot de garantie-overeenkomst tussen de Belgische Staat en Ageas. Ageas betaalt een (jaarlijkse) vergoeding van 70 basispunten van het gemiddelde referentiebedrag van de RPN(I). Ageas heeft besloten om de waarde van de toekomstige garantiebetalingen op te nemen in de reële waarde van de RPN(I). Referentiewaarden Op 30 juni 2010 sloot de CASHES op 48,3% en de aandelenkoers van Ageas sloot af op EUR 1,85. Op 30 juni stond 3-maand EURIBOR op 0,77%. De totale rentebetaling voor de eerste helft van het jaar kwam uit op EUR 3,2 miljoen. Assumpties Ageas heeft de reële marktwaarde van de RPN(I) en de garantiebetalingen op 30 juni 2010 bepaald op basis van de volgende kernuitgangspunten: toekomst. Hierdoor is de bijdrage van de geactualiseerde vrije cashflows verwaarloosbaar. De huidige en toekomstige risicovrije rentevoet is afgeleid van marktgegevens per 30 juni 2010 en geschat aan de hand van een standaard arbitragevrij rentemodel. In het waarderingsmodel wordt tevens rekening gehouden met de mogelijkheid van conversie die in de CASHES is ingebouwd, tegen een koers van EUR 23,94 (optioneel) en EUR 35,91 (automatisch). De betaling van buitengewone dividenden in overeenstemming met de waarde van de optie BNP Paribas heeft een verwaarloosbare invloed op de waarde en hiermee is bijgevolg geen rekening gehouden. De geschatte toekomstige rentebetalingen en geschatte kosten van de garantie werden gedisconteerd tegen rendementscurven waarbij rekening is gehouden met de risico's in verband met de verplichtingen van Ageas zoals de RPN(I), op basis van de BBB-spreadcurve per eind juni en een bijkomende spread van 375 basispunten in lijn met andere door Ageas uitgegeven perpetuele marktinstrumenten. Gevoeligheden De gevoeligheid van de reële waarde van de RPN(I) voor veranderingen in parameters kan als volgt worden samengevat, ervan uitgaande dat de andere parameters constant blijven:
Een toename ten opzichte van de oorspronkelijke koers De koers van het Ageas-aandeel is geschat met behulp
van een standaard geometrische Brownian beweging model, die eind 2009 geïmplementeerd werd, waarbij is uitgegaan van een oorspronkelijke koers van EUR 1,85 (slotkoers 30 juni 2010), een gemiddeld dividendrendement van 4,3% voor de verwachte termijn van het instrument en consistent met het waargenomen dividendrendement op basis van de slotkoers op 30 juni 2010. De gebruikte aandelenkoersvolatiliteit is 49% en is gebaseerd op de impliciete volatiliteit van de drie maanden-optie die werd waargenomen eind juni 2010. De prijs van de CASHES is geschat op basis van de op de CASHES van toepassing zijnde termijnspreadcurve met een extra stochastische afwijking, met een risicovrije rentevoet afgestemd op de marktwaarde, en met een initiële spreadcurve afgestemd op de waarde van de CASHES van 48,3% eind juni. In het model wordt verondersteld dat de CASHES een constante looptijd hebben van 50 jaar en dit op elke mogelijk tijdstip in de van het aandeel Ageas naar EUR 2,20 verlaagt de reële waarde met EUR 15 miljoen naar EUR 325 miljoen; een daling van de startwaarde naar EUR 1,50 verhoogt de reële waarde met EUR 16 miljoen naar EUR 356 miljoen. Een toename in de marktwaarde van de CASHES naar 53% verhoogt de reële waarde met EUR 61 miljoen naar EUR 401 miljoen; een daling tot 43% vermindert de waarde met EUR 69 miljoen naar EUR 271 miljoen. Een stijging van de risicovrije rentevoeten met 50 basispunten verhoogt de reële waarde met EUR 14 miljoen naar EUR 354 miljoen; een daling van 50 basispunten vermindert de waarde met EUR 16 miljoen naar EUR 324 miljoen. Een daling van de disconteringsvoet van 100 basispunten verhoogt de reële waarde met EUR 42 miljoen naar EUR 382 miljoen; een toename met 100 basispunten verlaagt de reële waarde met EUR 36 miljoen naar EUR 304 miljoen.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
24
Uitgaande van gunstiger omstandigheden voor de vier belangrijkste factoren in het model (een oorspronkelijke koers van het aandeel Ageas van EUR 2,20, een marktwaarde voor de CASHES van 43%, een risicovrije rendementscurve omlaag met 50 basispunten en de disconteringsvoet 100 basispunten hoger) dan zou de reële waarde van de RPN(I) afnemen tot EUR 220 miljoen. Uitgaande van minder gunstige omstandigheden voor de vier belangrijkste factoren in het model (een oorspronkelijke koers van het aandeel Ageas van EUR 1,50, een marktwaarde voor de CASHES van 53%, een risicovrije rendementscurve omhoog met 50 basispunten en de disconteringsvoet 100 basispunten lager) dan zou de reële waarde van de RPN(I) toenemen tot EUR 489 miljoen. De reële waarde van de RPN(I) vertoont geen materiële gevoeligheid voor de koersvolatiliteit en het dividendrendement van het Ageas-aandeel.
Waarde van de calloptie op aandelen BNP Paribas zoals toegekend door de FPIM
Gebruik makend van dezelfde methode als in vorige kwartalen, gebaseerd op een standaard Black Scholes-model, heeft Ageas de waarde van de 121,2 miljoen opties BNP Paribas berekend op EUR 759 miljoen per 30 juni 2010, in vergelijking met EUR 880 miljoen ultimo december 2009. Op basis van de vooruitgang die reeds werd gemaakt in de vereffening van Brussels Liquidation Holding (voorheen Fortis Brussel), bevindt Ageas zich nu in de mogelijkheid om de latente belastingactiva met betrekking tot het verwachte belastingverlies op de vereffening van Brussels Liquidation Holding toe te rekenen waardoor de latente belastingverplichting toegerekend aan de calloptie wordt gecompenseerd.
In de volgende tabel wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste parameters gebruikt voor de waardering van de optie, met inbegrip van de assumpties per 30 juni 2010.
30 juni 2010 Koers aandeel BNP Paribas (EUR) Uitoefenprijs (EUR) Impliciete volatiliteit Dividendrendement Prijs optie (EUR) Theoretische waarde van 121,2 mln opties (mln EUR) Afslagpercentage vanwege niet-standaard kenmerken van calloptie Geschatte waarde voor belastingen (miljoen EUR) 44,77 66,672 39% 5,208% 8,95 1.085 30% 759 31 december 2009 55,85 66,672 27% 3,565% 10,37 1.257 30% 880
Volatiliteit Gezien het grote aantal opties op de aandelen BNP Paribas van Ageas, die 10,24% van de uitstaande aandelen BNP Paribas vertegenwoordigen, wordt verwacht dat de uitoefening of monetisatie van de opties een effect zal hebben op de waarde van de verhandelde opties en daarmee op de impliciete volatiliteit van de aandelen. De volatiliteit gebruikt in de waardering van de opties ultimo 2009 houdt daarom rekening met een volumekorting van 7%. Ageas heeft besloten om over te gaan op een geleidelijke uitoefenstrategie, in overeenstemming met een gedisciplineerde methodologie, om het effect van de volatiliteit op de aandelen te minimaliseren. Op basis van deze beoordeling besliste Ageas om de volatiliteit te gebruiken per 30 juni 2010 op basis van de geëxtrapoleerde impliciete volatiliteit op de markt op die datum, zonder de korting toe te passen. De waarde van de call optie per eind juni bedraagt
EUR 759 miljoen, na aanpassing wegens niet standaard kenmerken. Rekening gehouden met de korting van 7% op de volatiliteit zou de waarde van de optie komen op EUR 528 miljoen. Gevoeligheden Zowel de toegepaste volatiliteit en de assumpties met betrekking tot het dividendrendement hebben een aanzienlijk effect op de waarde van de opties. Een wijziging in volatiliteit van 5% op 30 juni 2010 resulteert in een wijziging van 22% in de theoretische waarde van de optie. Een afname van het dividendrendement van 4%, als alle andere variabele factoren ongewijzigd blijven, resulteert in een toename van 8% van de theoretische waarde van de opties, terwijl een toename van het dividendrendement met 6% resulteert in een afname van 5% van de theoretische waarde van de opties.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
25
Royal Park Investments (RPI)
Het nettoresultaat van RPI onder IFRS tegen 100% kwam uit op EUR 51 miljoen voor de eerste helft van 2010. Per 30 juni heeft RPI een test op bijzondere waardevermindering uitgevoerd van de goodwill onderkend door RPI bij de overname van de leningenportefeuille en gerelateerde financiering. Uit de test is gebleken dat een bijzondere waardevermindering voor goodwill niet nodig was in de eerste helft van 2010. Dit heeft tot gevolg dat Ageas een positieve bijdrage van EUR 23 miljoen kon toevoegen aan het nettoresultaat, in overeenstemming met het aandeel dat Ageas heeft in RPI. Dit is verantwoord onder "Aandeel in het Hierna volgt een update van de balans van RPI onder IFRS.
IFRS In EUR 30-06-10 Activa Beleggingen Uitgestelde belastingactiva Goodwill Overige activa Totale activa Verplichtingen en eigen vermogen Verplichtingen Overige verplichtingen Commercieel papier Financiering, super senior Financiering, senior Totale verplichtingen Eigen vermogen Aandelenkapitaal Agioreserve Kasstroomhedge reserve Ingehouden winst Totale eigen vermogen Totaal verplichtingen en eigen vermogen 850 850 127 51 1.878 10.588 1.700 10.152 850 850 154 5.057 2.980 519 8.710 237 1.431 3.375 3.409 8.452 7.583 955 1.724 326 10.588 7.204 943 1.724 281 10.152 IFRS In EUR 31-12-09
resultaat van geassocieerde deelnemingen". Bovendien heeft RPI een aantal renteswaps afgerond begin 2010 waardoor een deel van de variabele interest inkomstenstromen werd ingeruild voor vaste interest inkomstenstromen. Ageas heeft besloten om kasstroomhedge accounting toe te passen op deze swaps. Alle bewegingen van de reële waarde gebeuren via het eigen vermogen en de waarde van het eigen vermogen was per 30 juni gestegen met EUR 57 miljoen. Als gevolg van deze twee gebeurtenissen steeg de waarde van de beleggingen van Ageas in RPI van EUR 760 miljoen tot EUR 840 miljoen.
Eind juni 2010 kwamen de reële waarde van de leningenportefeuille onder IFRS en de uitstaande nettoschulden uit op EUR 7,6 miljard respectievelijk EUR 8,6 miljard. De totale rente en afbetalingen op de hoofdsom voor de eerste helft van 2010 bedroegen respectievelijk EUR 110 miljoen en EUR 0,95 miljard. Meer informatie over RPI en haar activa vindt u op www.royalparkinvestments.com.
5 Bedragen zijn geconverteerd tegen wisselkoersen per 30 Juni 2010
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
26
Overige elementen van Algemeen
De nettorentebaten bedroegen voor de eerste helft van 2010 EUR 0,8 miljoen. De lagere rentevoeten in de eerste helft van dit jaar resulteerden in lagere opbrengst op de nettokaspositie. Bovendien bevat deze lijn een eenmalige interestinkomst van EUR 5,5 miljoen gerelateerd aan vooruitbetaalde vennootschapsbelasting. In vergelijking met vorig jaar daalden de nettorentebaten aanzienlijk aangezien de eerste helft van 2009 nog het voordeel had van de positieve rentemarge op de financieringsstructuur met Fortis Bank van EUR 5,7 miljard die in juni 2009 werd ontbonden. Overige baten werden ook beïnvloed door een hoger dan verwachte btw-afrekening over vorige jaren ten bedrage van EUR 4,9 miljoen. Bovendien omvat het nettoresultaat van Algemeen een meerwaarde van EUR 12,4 miljoen na de afronding van de verkoop van de Niet-leven-activiteiten in Luxemburg aan La Bâloise in het begin van 2010. Het negatieve resultaat van EUR 139 miljoen in overige meerwaarde kan voornamelijk worden verklaard door: EUR 24 miljoen negatief te wijten aan de variatie van de reële waarde van RPN(I) EUR 121 miljoen negatief te wijten aan de reële waarde van de calloptie op de aandelen BNP Paribas EUR 6 miljoen positieve herwaarderingen van valutaposities en -swaps Operationele kosten daalden aanzienlijk van EUR 28 miljoen waarvan EUR 10 miljoen personeelslasten en EUR 18 miljoen overige operationele kosten. De in vergelijking met vorig jaar lagere personeelslasten zijn het gevolg van de inkrimping van het corporate centre in overeenstemming met de nieuwe groepsstructuur. Overige lasten daalde eveneens maar omvatten nog steeds een aantal eenmalige lasten die te maken hebben met separatie, herstructurering en juridische zaken. Tot slot had het nettoresultaat van het eerste halfjaar voor de Algemeen nog het voordeel van de reeds vermelde erkenning van de latente belastingactiva voor een totaal bedrag van EUR 405 miljoen na de voortgang die werd gemaakt in de vereffening van Brussels Liquidation Holding (voorheen Fortis Brussel). Voorwaardelijke verplichtingen Op 19 augustus 2010 heeft de AFM een additionele boete opgelegd aan ageas SA/NV and ageas N.V. van 144,000 elk voor inbreuken op de Nederlandse Wet op het financieel toezicht. Volgens de AFM heeft Fortis de beleggers niet op tijd geïnformeerd over haar `subprime'-positie en had zij informatie moeten publiceren over haar `subprime'-positie en blootstelling (zowel algemeen als in de Verenigde Staten, alsook een uitsplitsing) in de trading update die op 21 september 2007 werd gepubliceerd in verband met de kapitaalverhoging die plaatsvond op 9 oktober 2007. Dit betekent dat beleggers zouden kunnen beweren in de periode vanaf 21 september 2007 te hebben gehandeld op basis van onvolledige informatie. Ageas betwist de beweerde overtredingen en zal beroep instellen tegen het besluit van de AFM. Op 16 juni 2010 is het onderzoeksverslag, opgedragen door de Nederlandse Ondernemingskamer, voor het publiek ter inzage gelegd. Op 16 augustus 2010 hebben de VEB en bepaalde andere partijen een verzoek ingediend bij de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam om een juridische procedure te starten met als doel te laten vaststellen dat bepaalde feiten die vermeld worden in het onderzoeksverslag als wanbeleid van Fortis moeten worden beschouwd. Ageas zal alle beweerde overtredingen betwisten. Waar nodig heeft de Raad van Bestuur conservatoire maatregelen genomen om de belangen van de onderneming veilig te stellen ten opzichte van zijn voormalige bestuurders en managers met betrekking tot de uitoefening van hun functies in 2007 en 2008. In het belang van de aandeelhouders zal de Raad van Bestuur voor het moment volledige prioriteit geven aan het verdedigen van de onderneming tegen alle aantijgingen die kunnen resulteren in nieuwe vorderingen tot schadevergoeding ingediend tegen Ageas. Daarmee handhaaft de Raad van Bestuur haar positie om zich op dit moment te onthouden, in afwachting van definitieve beslissingen van de rechter, van het starten van enige procedure tegen voormalige bestuurders en managers. Voor de volledige sectie van de Voorwaardelijke verplichtingen wordt verwezen naar noot 27 van het Geconsolideerd Tussentijds Financieel Verslag per 30 juni 2010.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
27
Nettokaspositie De belangrijkste elementen van de financiële positie van de Algemeen worden hierna weergegeven.
in miljoenen EUR Geldmiddelen en kasequivalenten Vorderingen op banken (kortlopend) Schulden aan banken (kortlopend) Schuldbewijzen Netto kaspositie Vorderingen op klanten Vorderingen op banken (langlopend) Schulden aan banken (langlopend) Achtergestelde schulden Overige financieringen Saldo van de vorderingen Overlopende rente en overige verplichtingen Eigen vermogen Algemeen
H1 10 3.165 -212 -896 2.057 1.106 1.493 -3.011 -118 -530 1.391 2.918
FY 09 4.276 -547 -915 2.814 1.089 900 -2.917 -116 -1.044 1.064 2.834
De nettokaspositie van Algemeen op 30 juni 2010 daalde van EUR 2,8 miljard eind 2009 tot EUR 2,1 miljard, uitgaande van een volledige aflossing van de European Medium Term Notes (EMTN). Deze daling kan voornamelijk verklaard worden door de betaling van het 2009 dividend begin juni (EUR 0,2 miljard) en een belegging in deposito's op middellange termijn voor EUR 0,5 miljard, wat weerspiegeld wordt in de toename bij "vorderingen op banken (langlopend)".
De toename van de achtergestelde schulden van EUR 2,9 tot 3,0 miljard kan voornamelijk worden verklaard door de sterkere USD of de reële waarde van NITSH I, een instrument dat origineel uitgedrukt wordt in USD. De belangrijkste redenen voor de stijging van het eigen vermogen van Algemeen van EUR 2,8 miljard naar EUR 2,9 miljard zijn het resultaat van de periode, gedeeltelijk gecompenseerd door de dividendbetaling in juni ten bedrage van EUR 0,2 miljard.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
28
Beleggingsportefeuille en vermogenspositie
Beleggingsportefeuille
De beleggingsportefeuille van Ageas nam toe van EUR 56,4 miljard eind 2009 naar EUR 58,5 miljard eind juni 2010 door nieuwe premie-inkomens en de herwaardering van activa. Ondanks de herstructurering van de blootstelling aan staatsobligaties, zoals hierna wordt uitgelegd, bleef de algemene samenstelling per activacategorie vrijwel ongewijzigd sinds het einde van het jaar. Meer dan 90% van de activa is nog steeds belegd in vastrentende waarden, ongeveer 3% in aandelen en de rest in vastgoed waarvan een deel voor eigen gebruik. Meer dan 95% van de totale obligatieportefeuille is `investment grade' en 94% van de portefeuille heeft een rating A of hoger. Het profiel van de beleggingsportefeuille en de wijze waarop deze wordt beheerd, weerspiegelt de langetermijn-aard van de verplichtingen tegenover polishouders. Het grootste gedeelte van de activa is belegd in vastrentende waarden met hoge ratings en is van relatief lange duur. De vastrentende portefeuille en andere activa worden beheerd volgens het uitgangspunt "kopen en aanhouden". Bovendien vertegenwoordigen beleggingen in vastgoed een belangrijk deel van de activa aangezien deze voor een vaste inkomstenstroom en een natuurlijke afdekking tegen inflatierisico zorgen. Aandelen vormen een deel van de beleggingsmix aangezien verwacht wordt dat deze over een langere periode een hoger rendement zullen opleveren zowel in het belang van de aandeelhouders als de polishouders.
De tabel hierna geeft een overzicht van de voor verkoop beschikbare beleggingsportefeuille van Ageas en vastgoed, beide tegen marktwaarde.
Voor verkoop beschikbaar plus vastgoed tegen reële waarde in miljarden EUR H1 10 Vastrentende waarden Aandelen Vastgoed beleggingen Vastgoed eigen gebruik Totaal 53,3 1,7 2,1 1,4 58,5 FY 09 51,2 1,6 2,2 1,4 56,4 H1 10 91% 3% 4% 2% 100% in % FY 09 91% 3% 4% 2% 100,0%
Vastrentende portefeuille Vastrentende waarden waren ultimo juni 2010 goed voor meer dan 90% van de beleggingsportefeuille. In vergelijking met eind 2009 daalden de beleggingen in staatsobligaties van 65% naar 62% terwijl de bedrijfsobligaties stegen van 34% naar 37% met het resterende gedeelte in gestructureerde kredietbeleggingen. De gemiddelde kredietkwaliteit van de obligatieportefeuille is nog altijd hoog; 96% is investment grade, 94% heeft een rating van A of hoger en 74% AA of AAA, waarvan deze laatste gestegen is in vergelijking met vorig jaar als gevolg van de herstructurering van de staatsobligatieportefeuille. Op 30 juni 2010 steeg de netto niet-gerealiseerde winst op obligaties van EUR 1,5 miljard eind december tot EUR 1,7 miljard eind juni waarvan EUR 0,7 miljard met betrekking tot staatsobligaties en EUR 1,0 miljard met betrekking tot bedrijfsobligaties.
Zoals reeds vermeld en in de context van de onzekerheid rond de Zuid-Europese landen, heeft Ageas eind vorig jaar besloten om het concentratierisico op een aantal ZuidEuropese staatsobligaties te verminderen. Zodoende werden sinds het begin van dit jaar de blootstelling aan Portugal, Italië, Griekenland en Spanje geleidelijk aan verminderd van EUR 17,8 miljard tegen historische/geamortiseerde kostprijs tot EUR 8,9 miljard. De opbrengst werd voornamelijk herbelegd in Belgische, Duitse en Franse staatsobligaties en in bepaalde mate in bedrijfsobligaties. Deze verkopen genereerde zowel min- als meerwaarden. Voor de toekomst zal het terugkerende effect op het nettoresultaat van het rendementsverlies ten gevolge van deze verkopen worden beperkt door het verder herbalanceren van de beleggingsportefeuille.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
29
De volgende tabel geeft een overzicht van de evolutie van de staatsobligatieportefeuille per land van herkomst van eind 2009 tot 30 juni 2010 tegen historische/geamortiseerde waarde.
Historische kostprijs/ (EUR mio) 30/06/10 België Nederland Duitsland Italie Frankrijk Verenigd Koninkrijk Griekenland Spanje Portugal Oostenrijk Ierland Finland Overige Totaal 9.625 1.266 2.890 3.726 3.812 514 1.934 1.740 1.500 2.200 599 770 1.715 32.291 Amortisatiewaarde 31/12/09 6.572 664 1.632 8.598 1.638 546 4.318 1.944 2.963 1.527 580 181 1.401 32.564 30/06/10 561 88 282 23 204 20 - 623 - 47 - 82 140 -7 34 114 707 Bruto ongerealiseerde winst (verlies) 31/12/09 369 18 43 315 80 8 - 241 58 109 29 18 6 59 871
Het effect van de veranderingen in het rendement van de staatsobligaties op de boekwaarde van Ageas hangt af van de omvang van de positie, de gewijzigde duur van de obligaties, de toerekening aan afgezonderde rekeningen, belastingen en het effect van minderheidsbelangen. Wijzigingen in niet-gerealiseerde winst en verlies op obligaties als gevolg van de wijzigingen in het rendement hebben een effect op het netto eigen vermogen maar niet automatisch op de solvabiliteit omdat een wereldwijde ongerealiseerde herwaarderingspositie niet in aanmerking wordt genomen bij de berekening van de solvabiliteit. Als activa worden verkocht of bijzondere waardeverminderingen worden ondergaan, wordt de vermogenspositie eveneens beïnvloed. Beleggingen in bedrijfsobligaties stegen van EUR 17,4 tot 19,9 miljard. Financiële of aan de financiële sector gerelateerde ondernemingen bleven stabiel op EUR 8,4 miljard terwijl overheids- en supra-nationale instellingen zoals de Europese Investeringsbank stegen van EUR 6,5 miljard tot 7,5 miljard. Het resterende gedeelte werd belegd in traditionele bedrijven, waarbij 99% van de portefeuille `investment grade' is, 91% rating A heeft of hoger en 69% AA of AAA. Op landenniveau is meer dan 70% van de bedrijfsobligatieportefeuille van Ageas blootgesteld aan Frankrijk, Duitsland, Nederland, Groot-Brittannië, Oostenrijk en Europese instellingen buiten België. Binnen de financiële instellingen is EUR 0,6 miljard gerelateerd aan hybride effecten.
Aandelenportefeuille De aandelenportefeuille "voor verkoop beschikbaar" steeg van EUR 1,6 miljard eind 2009 tot EUR 1,7 miljard eind juni. Beleggingen in vastgoedfondsen, obligatiefondsen en geldmarktfondsen worden ook aangemerkt als aandelen en kwamen uit op EUR 0,6 miljard eind juni 2010. De bruto nietgerealiseerde winst op aandelen eind juni daalde tot EUR 24 miljoen. Vastgoedportefeuille De totale waarde van de vastgoedportefeuille van Ageas steeg beperkt tot EUR 3,5 miljard tegen reële/marktwaarde, wat kan worden opgesplitst in EUR 2,1 miljard in beleggingsvastgoed en EUR 1,4 miljard vastgoed voor eigen gebruik. De niet-gerealiseerde meerwaarde bleef stabiel op EUR 0,6 miljard eind juni 2010. De niet-gerealiseerde winst na belastingen wordt niet weergegeven in het netto eigen vermogen aangezien vastgoed geboekt wordt tegen geamortiseerde kosten.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
30
Eind juni 2010 had Fortis Real Estate (FRE), een 100% dochteronderneming van AG Insurance, activa onder beheer ten bedrage van EUR 4,1 miljard, waarvan een gedeelte geclassificeerd als vastgoedfonds. Naast het beheer van de groepsactiva, beheert Fortis Real Estate ook EUR 1,3 miljard vastgoedactiva voor derden. Beleggingen in de eerste helft van 2010 omvatten onder andere uitbreiding via Interparking, een 90% dochteronderneming van FRE, in Spanje en Roemenië. Kantoorgebouwen en parkeerruimten (via Interparking) vertegenwoordigen ongeveer een derde van de totale portefeuille. Het resterende gedeelte bestaat voornamelijk uit retail en magazijnen.
Vermogenspositie
De huidige vermogenspositie weerspiegelt de specifieke kenmerken van elk van de activiteiten en is ook gebaseerd op kapitaalbehoeften nodig voor plaatselijk geplande autonome groei, terwijl er tegelijkertijd ook aan de lokale vereisten op het gebied van rating en solvabiliteit dient te worden voldaan. Op basis van het resultaat van de strategische evaluatie van september vorig jaar, heeft Ageas besloten om een minimum totale solvabiliteitsratio van 200% van de wettelijke vereiste na te streven. Nadere evaluatie van deze kapitaalvereisten in elk van de activiteiten kan in de toekomst eventueel aanleiding zijn voor een herziening van deze doelstelling en voor het vrijkomen van kapitaal in de loop van de tijd. Een dergelijke nieuwe evaluatie wordt echter niet voorzien voor de introductie van Solvency 2 (verwacht in 2012). Eind juni daalde het discretionair kapitaal6 van EUR 1,3 miljard eind december tot EUR 0,9 miljard, voornamelijk ten gevolge van de reservering van contanten voor de overname van Kwik-Fit Insurance Services (EUR 0,2 miljard) en wijzigingen in de scope (transfer van regionale kosten van FII en Fortis RE nu behorend tot Algemeen).
6 Discretionair kapitaal wordt gedefinieerd als het laagste bedrag van enerzijds de beschikbare kasgelden en anderzijds het totale vermogen van Algemeen gecorrigeerd voor (voorwaardelijke) illiquide activa en reeds aangegane investeringsverplichtingen
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
31
Kapitaalratio's
Belangrijkste kapitaalindicatoren H1 10 België Eigen vermogen toewijsbaar aan aandeelhouders Kernvermogen Totaal beschikbaar kapitaal Minimale solvabiliteitseisen Totaal kapitaal boven minimale solvabiliteitseisen Kernvermogen solvabiliteitsratio Totale solvabiliteitsratio Verenigd Koninkrijk Eigen vermogen toewijsbaar aan aandeelhouders Kernvermogen Totaal beschikbaar kapitaal Minimale solvabiliteitseisen Totaal kapitaal boven minimale solvabiliteitseisen Kernvermogen solvabiliteitsratio Totale solvabiliteitsratio Continentaal Europa Eigen vermogen toewijsbaar aan aandeelhouders Kernvermogen Totaal beschikbaar kapitaal Minimale solvabiliteitseisen Totaal kapitaal boven minimale solvabiliteitseisen Kernvermogen solvabiliteitsratio Totale solvabiliteitsratio Azië Eigen vermogen toewijsbaar aan aandeelhouders Kernvermogen Totaal beschikbaar kapitaal Minimale solvabiliteitseisen Totaal kapitaal boven minimale solvabiliteitseisen Kernvermogen solvabiliteitsratio Totale solvabiliteitsratio Totaal Verzekeringen Eigen vermogen toewijsbaar aan aandeelhouders Kernvermogen Totaal beschikbaar kapitaal Minimale solvabiliteitseisen Totaal kapitaal boven minimale solvabiliteitseisen Kernvermogen solvabiliteitsratio Totale solvabiliteitsratio Algemeen (na eliminaties) Eigen vermogen toewijsbaar aan aandeelhouders Kernvermogen Totaal beschikbaar kapitaal 2.948 2.515 2.283 2.852 2.536 2.316 6.206 6.383 6.582 2.907 3.675 219,5% 226,4% 5.579 6.125 6.416 2.743 3.673 223,2% 233,9% 1.597 1.040 604 65 539 1.592,5% 925,9% 1.204 843 498 52 446 1.611,9% 953,0% 983 1.291 1.319 555 764 232,5% 237,5% 1.002 1.298 1.326 530 796 245,1% 250,3% 621 563 563 186 377 302,4% 302,4% 513 472 472 154 318 307,2% 307,2% 3.006 3.488 4.095 2.100 1.995 166,1% 195,0% 2.859 3.512 4.120 2.008 2.112 174,9% 205,2% FY 09
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
32
Het kernvermogen van Ageas kwam uit op EUR 8,9 miljard op 30 juni 2010 en oversteeg het totale geconsolideerde wettelijk vereiste minimum van de verzekeringsactiviteiten met EUR 6,0 miljard. Het totale beschikbare kapitaal van de verzekeringsactiviteiten kwam op EUR 6,6 miljard met een solvabiliteitsratio van 226% of, inclusief het totaal beschikbare kapitaal van Algemeen, EUR 6,0 miljard boven het wettelijk vereiste minimum van EUR 2,9 miljard. De toename van het
wettelijk vereiste minimumkapitaal voor de verzekeringsactiviteiten heeft te maken met de evolutie van de activiteiten. De solvabiliteitsratio van de Belgische activiteiten daalde tot 195% als gevolg van de hogere immateriële activa na belegging in hun vastgoedportefeuille.
Afstemming van het eigen vermogen met het totale vermogen De afstemming van het eigen vermogen van Ageas met het totale vermogen per 30 juni 2010 wordt hierna weergegeven.
Kernvermogen Ageas in miljoenen EUR Aandelenkapitaal en reserves Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders Ongerealiseerde winsten en verliezen Eigen vermogen toewijsbaar aan aandeelhouders Niet-innovatieve hybride kapitaalinstrumenten Minderheidsbelangen Herwaardering vastgoed op basis van reële waarde Herwaardering schuldbewijzen, na aftrek van belastingen en shadow accounting Herwaardering van aandelen, na aftrek van belastingen en shadow accounting Goodwill Participatie Royal Park Investments Verwacht dividend Verwacht dividend (ivm calloptie aandelen BNP Optie) Overige Kernvermogen Innovatieve kapitaalinstrumenten Achtergestelde leningen Overige prudentiële filters en aftrekposten op totaal kapitaal Totaal kapitaal -759 -647 8.898 495 29 -557 8.865 H1 10 7.755 455 943 9.153 1.497 1.683 555 -1.043 -1 -700 -840 FY 09 6.450 1.210 771 8.431 1.496 1.654 559 -810 -10 -650 -760 -201 -581 -467 8.661 495 29 -452 8.733
Deelnemingen worden, als ze niet volledig geconsolideerd zijn, in mindering gebracht op het totale kapitaal. De door Ageas uitgegeven en aan Fortis Bank SA/NV doorgeleende kernkapitaalinstrumenten (NITSH I en een deel van NITSH II voor een totaal van EUR 993 miljoen) zijn niet opgenomen in de niet-innovatieve hybride instrumenten hierboven. Niet-gerealiseerde meerwaarden op vastgoed na belastingen binnen AG Insurance worden voor 90% verantwoord in het kernvermogen, en 100% van de niet-gerealiseerde meerwaarden op het resterende gedeelte van de vastgoedportefeuille. De waarde van de calloptie op aandelen BNP Paribas wordt aangemerkt als verwacht dividend: Ageas is voornemens de eventuele opbrengsten uit te keren in de vorm van een dividend. Dit bedrag is om die reden op het kernvermogen in mindering gebracht. De goodwill steeg van EUR 650 miljoen tot EUR 700 miljoen als gevolg van valutaschommelingen.
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
33
Conference call voor analisten en beleggers: 09.30 CET Audiocast: www.ageas.com Inbelnummers (Toegangscode 892273#): + 44 207 750 9926 (Verenigd Koninkrijk) + 32 2 400 25 25 (België) + 1 703 621 9123 (VS) Opnieuw afspelen: Beschikbaar tot 25 september 2010 (toegangscode: 320998#) + 32 2 401 89 89 (België) Graag vijf à tien minuten vooraf inbellen: de lijnen gaan tien minuten voor de conferentie open
Disclaimer
De informatie op basis waarvan de verklaringen in dit persbericht worden gemaakt, is onderhevig aan veranderingen en dit persbericht bevat mogelijk ook schattingen en andere toekomstgerichte verklaringen met betrekking tot Ageas. Deze verklaringen zijn gebaseerd op de huidige verwachtingen van de directie van Ageas en zijn vanzelfsprekend onderhevig aan onzekerheden, assumpties en wijzigingen in de omstandigheden. De financiële informatie in dit halfjaarlijks verslag werd niet gecontroleerd door een accountant. De verklaringen met betrekking tot de toekomst zijn geen garantie voor toekomstige prestatie en brengen risico's en onzekerheden met zich die tot gevolg kunnen hebben dat de eigenlijke resultaten aanzienlijk verschillen van deze uitgedrukt in de verklaringen met betrekking tot de toekomst. Een aantal van deze risico's en onzekerheden hebben te maken met factoren die buiten de controle van Ageas liggen of die Ageas niet precies kan inschatten, zoals toekomstige marktvoorwaarden en het gedrag van andere marktdeelnemers. Andere ongekende of onvoorspelbare factoren buiten de controle van Ageas om kunnen eveneens voor een aanzienlijk verschil zorgen tussen de eigenlijke resultaten en deze in de verklaringen en zijn bijvoorbeeld (maar niet beperkt tot) het verkrijgen van toestemming van regelgevende of toezichthoudende autoriteiten en de uitkomst van de hangende en toekomstige rechtszaken waar Ageas bij betrokken is. Om die reden is het niet aanbevolen deze verklaringen blindelings te volgen. Ageas is niet verplicht of van plan deze verklaringen bij te werken, al dan niet als gevolg van nieuwe informatie, toekomstige gebeurtenissen of anderzijds, behalve wanneer de wet dit vereist.
Persconferentie: 11.30 CET
Plaats: Radisson Blue Royal Hotel, Rue du Fossé-aux-Loups 47 Wolvengracht 47 1000 Brussel
Audiocast: www.ageas.com Inbelnummers (Toegangscode 797400"): + 44 207 750 9926 (Verenigd Koninkrijk) + 32 2 400 25 25 (België) + 31 20 713 34 88 (Nederland)
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
34
Bijlagen
Bijlage 1 : Geconsolideerde balans per 30 juni 2010
30 juni 2010 Activa Geldmiddelen en kasequivalenten Financiële beleggingen Vastgoedbeleggingen Leningen Beleggingen inzake unit-linked contracten Beleggingen in geassocieerde deelnemingen Herverzekering en overige vorderingen Actuele belastingvorderingen Uitgestelde belastingvorderingen Calloptie BNP Paribas aandelen Overlopende rente en overige activa Materiële vaste activa Goodwill en overige immateriële vaste activa Voor verkoop aangehouden activa Totale activa Verplichtingen Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven Verplichtingen inzake unit-linked contracten Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-leven Schuldbewijzen Achtergestelde schulden Leningen Actuele belastingschulden Uitgestelde belastingschulden RPN(I) Overlopende rente en overige verplichtingen Provisies Verplichtingen met betrekking tot voor verkoop aangehouden activa Totale verplichtingen Eigen vermogen toewijsbaar aan aandeelhouders Minderheidsbelangen Totaal eigen vermogen Totaal verplichtingen en eigen vermogen 23.662,5 25.925,1 21.160,7 5.262,5 896,0 2.940,6 1.995,3 84,1 1.248,0 340,0 2.112,5 28,8 211,8 85.867,9 9.153,1 1.682,5 10.835,6 96.703,5 22.930,8 24.332,7 20.772,8 4.934,0 915,0 2.850,3 2.773,8 106,2 1.024,5 316,0 2.209,4 34,2 39,3 83.239,0 8.431,0 1.654,0 10.085,0 93.324,0 4.588,0 55.224,8 1.576,2 4.654,5 21.086,4 1.648,8 1.616,1 123,9 584,0 759,0 1.997,4 1.081,4 1.544,2 218,8 96.703.5 5.635,7 53.070,1 1.652,7 4.132,3 20.694,8 1.403,6 1.263,7 102,8 53,0 880,0 1.847,6 1.108,1 1.376,4 103,2 93.324,0 31 december 2009
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
35
Bijlage 2 : Geconsolideerde resultatenrekening
H1 2010 Baten - Bruto premie-inkomen - Wijziging in niet-verdiende premies - Afgestane herverzekeringspremies Netto verdiende premies Rentebaten, dividenden en overige beleggingsbaten Niet-gerealiseerde winsten(verliezen) op calloptie BNP Paribas aandelen Niet-gerealiseerde winsten(verliezen) op RPN(I) Gerealiseerde en ongerealiseerde winsten en verliezen Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten Aandeel in het resultaat van geassocieerde deelnemingen Commissiebaten Overige baten Totale baten Lasten - Schadelasten en uitkeringen, bruto - Schadelasten en uitkeringen, aandeel herverzekeraars Schadelasten en uitkeringen, netto Lasten inzake unit-linked contracten Financiële lasten Wijzigingen in de waardeverminderingen Wijzigingen in provisies Commissielasten Personeelslasten Overige lasten Totale lasten Winst voor belastingen Belastingen op de winst Nettowinst voor resultaat op beëindigde activiteiten Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders Gegevens per aandeel (EUR) Gewone winst per aandeel Verwaterde winst per aandeel 0,18 0,18 0,36 0,36 - 5.022,6 55,0 - 4.967,6 - 171,8 - 143,6 - 24,0 2,5 - 522,9 - 334,9 - 393,8 - 6.556,1 159,3 345,5 504,8 49,8 455,0 - 4.696,3 39,5 - 4.656,8 - 705,2 - 338,6 - 452,5 13,1 - 462,4 - 320,9 - 426,0 - 7.349,3 1.091,7 - 161,2 930,5 34,7 895,8 5.113,9 - 144,3 - 122,9 4.846,7 1.512,6 - 121,0 - 24,0 - 51,6 202,2 48,3 205,4 96,8 6.715,4 4.731,9 - 97,3 - 99,2 4.535,4 1.649,2 730,0 - 344,0 865,0 712,0 22,2 176,8 94,4 8.441,0 H1 2009
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
36
Bijlage 3 : Belangrijkste prestatie-indicatoren
België
H1 10 Leven Bruto premie-inkomen (in miljoenen EUR) - Individueel koopsom - Individueel periodiek - Collectief koopsom - Collectief periodiek Nieuwe productie Leven - APE (in miljoenen EUR) Niet-leven Brutopremies (in miljoenen EUR) - Ongevallen & Ziekte - Auto - Brand - Overige Technisch resultaat (in miljoenen EUR) - Ongevallen & Ziekte - Auto - Brand - Overige Totaal Niet-leven Schaderatio Kostenratio Combined ratio Schade Schaderatio Kostenratio Combined ratio Ongevallen & Ziekte Schaderatio Kostenratio Combined ratio 86,2% 22,1% 108,3% 78,2% 22,4% 100,6% 75,1% 22,9% 98,0% 76,7% 22,6% 99,3% 63,8% 42,7% 106,5% 64,5% 43,2% 107,7% 59,9% 41,9% 101,8% 62,2% 42,5% 104,7% 70,5% 36,6% 107,1% 68,6% 37,0% 105,6% 64,2% 36,6% 100,8% 66,4% 36,8% 103,2% 851,7 256,1 271,1 250,8 73,7 4,8 11,0 - 3,3 - 3,7 0,8 808,4 245,0 249,1 245,4 68,9 18,6 29,2 - 4,3 - 16,4 10,1 5% 5% 9% 2% 7% - 74% - 62% - 22% - 77% - 92% 707,0 194,0 222,9 228,7 61,4 54,6 35,5 9,1 - 4,6 14,6 20% 32% 22% 10% 20% - 91% - 69% * - 19% - 94% 1.515,4 439,0 472,0 474,1 130,3 73,2 64,7 4,8 - 21,0 24,7 2.650,9 1.811,3 324,6 157,3 357,7 247,4 2.745,9 1.896,1 305,8 151,3 392,7 222,8 - 3% - 4% 6% 4% - 9% 11% 2.605,8 1.661,9 365,6 206,4 371,9 214,4 2% 9% - 11% - 24% - 4% 15% 5.351,7 3.558,0 671,4 357,7 764,6 437,2 H1 09 Mutatie H2 09 Mutatie FY 09
H1 10 Aantal FTE's Wettelijk vereiste minimummarge (in miljoenen EUR) Leven Totaal Reserves - Leven (in miljoenen EUR) - Verzekerings- en beleggingscontracten - Unit-linked contracten - Operationele kosten Leven/Beheerd vermogen Leven (per jaar) Niet-leven Totale reserves - Niet-leven (in miljoenen EUR) Reserves / Premies 1 Jaareinde 2009 3.082,6 202% 46.925,5 40.335,4 6.590,1 0,39% 5.740 2.100,4
H1 09 5.589 1.924,0
Mutatie 3% 9%
H2 09 5.635 1 2.007,8
Mutatie 2% 5%
FY 09 5.635 2.007,8
43.421,6 37.389,6 6.032,0 0,39%
8% 8% 9% - 2%
45.377,3 38.807,8 6.569,5 0,41%
3% 4% 0% - 5%
45.377,3 38.807,8 6.569,5 0,41%
3.002,1 207%
3% - 2%
2.973,3 202%
4% - 0%
2.973,3 202%
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
37
Verenigd Koninkrijk
H1 10 Leven Bruto premie-inkomen (in miljoenen EUR) - Individueel koopsom - Individueel periodiek - Collectief koopsom - Collectief periodiek Nieuwe productie Leven - APE (in miljoenen EUR) Niet-leven Brutopremies (in miljoenen EUR) - Ongevallen & Ziekte - Auto - Brand - Overige Technisch resultaat (in miljoenen EUR) - Ongevallen & Ziekte - Auto - Brand - Overige Totaal Niet-leven Schaderatio Kostenratio Combined ratio Schade Schaderatio Kostenratio Combined ratio Ongevallen & Ziekte Schaderatio Kostenratio Combined ratio 97,9% 27,6% 125,5% 75,0% 30,2% 105,2% 76,4% 30,1% 106,5% 538,3 32,2 295,8 135,6 74,7 - 3,5 - 6,1 - 5,3 5,8 2,1 11,2 11,2 12,2
H1 09 3,1 3,1 3,1
Mutatie * * * * * *
H2 09 6,8 - 3,1 9,9 13,6
Mutatie 65% * 14% * * - 10%
FY 09 9,9 9,9 16,7
449,1 25,4 275,1 103,3 45,3 5,3 - 1,7 4,3 - 0,6 3,3
20% 27% 8% 31% 65% * * * * - 38%
454,2 29,0 224,9 130,6 69,7 - 23,3 - 2,3 - 29,2 7,8 0,4
19% 11% 32% 4% 7% - 85% * - 82% - 26% *
903,3 54,4 500,0 233,9 115,0 - 18,0 - 4,0 - 24,9 7,2 3,7
76,0% 28,3% 104,3%
84,7% 27,1% 111,8%
80,4% 27,7% 108,1%
75,6% 28,5% 104,1%
84,6% 27,2% 111,8%
80,2% 27,8% 108,0%
81,8% 26,7% 108,5%
85,3% 25,7% 111,0%
83,5% 26,2% 109,7%
H1 10 Aantal FTE's Wettelijk vereiste minimummarge (in miljoenen EUR) Niet-leven Totale reserves - Niet-leven (in miljoenen EUR) Reserves / Premies 1 Jaareinde 2009 1.478,8 166% 3.013 186,3
H1 09 2.683 152,3
Mutatie 12% 22%
H2 09 2.827 1 153,8
Mutatie 7% 21%
FY 09 2.827 153,8
1.281,2 156%
15% 6%
1.280,7 154%
15% 8%
1.280,7 154%
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
38
Continentaal Europa
H1 10 Leven Bruto premie-inkomen (in miljoenen EUR) - Individueel koopsom - Individueel periodiek - Collectief koopsom - Collectief periodiek Nieuwe productie Leven - APE (in miljoenen EUR) Niet-leven Brutopremies (in miljoenen EUR) - Ongevallen & Ziekte - Auto - Brand - Overige Technisch resultaat (in miljoenen EUR) - Ongevallen & Ziekte - Auto - Brand - Overige Totaal Niet-leven Schaderatio Kostenratio Combined ratio Schade Schaderatio Kostenratio Combined ratio Ongevallen & Ziekte Schaderatio Kostenratio Combined ratio 67,4% 28,3% 95,7% 76,8% 26,5% 103,3% 71,6% 27,5% 99,1% 228,9 124,6 53,8 30,5 20,0 7,0 6,3 - 5,1 3,8 2,0 1.980,5 1.682,2 223,3 4,1 70,9 209,2
H1 09 1.647,3 1.346,1 222,4 5,7 73,1 183,8
Mutatie 20% 25% 0% - 27% - 3% 14%
H2 09 2.058,6 1.791,4 225,4 6,2 35,6 231,9
Mutatie - 4% - 6% - 1% - 34% 99% - 10%
FY 09 3.705,9 3.137,5 447,8 11,9 108,7 415,7
127,9 80,4 11,4 26,4 9,7 9,1 5,3 - 1,1 4,9 -
79% 55% * 15% * - 23% 18% * - 23% *
107,5 66,8 11,1 23,3 6,3 13,3 2,5 1,1 9,1 0,6
* 87% * 31% * - 47% * * - 58% *
235,4 147,2 22,5 49,7 16,0 22,4 7,8 14,0 0,6
64,2% 27,2% 91,4%
61,2% 28,1% 89,3%
62,7% 27,6% 90,3%
53,7% 35,3% 89,0%
38,0% 28,2% 66,2%
45,8% 31,8% 77,6%
69,3% 23,3% 92,6%
71,8% 28,0% 99,8%
70,6% 25,7% 96,3%
H1 10 Aantal FTE's Wettelijk vereiste minimummarge (in miljoenen EUR) Leven Totaal Reserves - Leven (in miljoenen EUR) - Verzekerings- en beleggingscontracten - Unit-linked contracten - Operationele kost Leven/Beheerd vermogen Leven (per jaar) Niet-leven Totale reserves - Niet-leven (in miljoenen EUR) Reserves / Premies 1 Jaareinde 2009 604,4 166% 22.455,0 8.209,0 14.246,0 0,56% 1.443 555,3
H1 09 1.623 467,9
Mutatie - 11% 19%
H2 09 1.745 1 529,5
Mutatie - 17% 5%
FY 09 1.745 529,5
19.397,3 7.152,4 12.244,9 0,66%
16% 15% 16% -15%
21.532,3 7.599,6 13.932,7 0,64%
4% 8% 2% -12%
21.532,3 7.599,6 13.932,7 0,64%
164,7 86%
* 93%
581,5 299%
4% - 45%
581,5 299%
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
39
Azië
H1 10 Leven Bruto premie-inkomsten (in miljoenen EUR) - Individueel koopsom - Individueel periodiek - Collectief koopsom - Collectief periodiek Nieuwe productie Leven- APE (in miljoenen EUR) 150,5 9,8 138,9 0,1 1,7 23,6
H1 09 140,8 5,7 132,8 0,2 2,1 23,9
Mutatie 7% 75% 5% - 69% - 22% - 1%
H2 09 156,0 16,0 138,5 0,1 1,4 29,4
Mutatie - 4% - 38% 0% 65% 21% - 20%
FY 09 296,8 21,7 271,3 0,3 3,5 53,3
H1 10 Aantal FTE's Wettelijk vereiste minimummarge (in miljoenen EUR) Leven Totale reserves - Leven (in miljoenen EUR) - Verzekerings- en beleggingscontracten - Unit-linked contracten - Operationele kost Leven/Beheerd vermogen Leven (per jaar) 1 jaareinde 2009 1.371,3 1.046,7 324,6 2,95% 320 65,3
H1 09 297 51,7
Mutatie 8% 26%
H2 09 279 1 52,3
Mutatie 15% 25%
FY 09 278 52,3
1.052,4 845,2 207,2 3,72%
30% 24% 57% -21%
1.130,2 859,6 270,6 3,06%
21% 22% 20% -4%
1.130,2 859,6 270,6 3,06%
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
40
Bijlage 4 : Halfjaar gegevens per segment
België
Resultatenrekening - Leven België Leven - in miljoenen EUR Brutopremies Beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling Bruto premie-inkomen Leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 2.271,1 379,8 2.650,9 - 88,7 186,9 - 59,0 127,9 60,6 188,5 - 49,4 35,8 103,3 H2 09 2.318,2 287,6 2.605,8 - 93,8 228,1 - 26,1 202,0 50,7 252,7 - 63,6 46,8 142,3 H1 09 2.450,5 295,4 2.745,9 - 83,6 157,2 - 45,6 111,6 39,5 151,1 31,5 8,8 173,8
Resultatenrekening - Niet-leven België Niet-leven - in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Niet-leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 851,7 - 131,5 4,8 - 45,5 - 40,7 7,6 - 33,1 12,8 - 4,9 - 15,4 H2 09 707,0 - 124,0 54,6 - 4,2 50,4 6,4 56,8 - 16,5 11,6 28,7 H1 09 808,4 - 125,7 18,6 - 5,1 13,5 7,1 20,6 2,5 1,5 21,6
Resultatenrekening België in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Operationele kosten Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 3.502,6 - 220,2 87,9 H2 09 3.312,8 - 217,8 171,0 H1 09 3.554,3 - 209,3 195,4
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
41
Verenigd Koninkrijk
Resultatenrekening - Leven Verenigd Koninkrijk Leven - in miljoenen EUR Brutopremies Beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling Bruto premie-inkomen Leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 11,2 11,2 - 11,3 - 3,2 - 3,2 0,8 - 2,4 0,7 - 1,7 H2 09 6,8 6,8 - 10,2 - 3,8 - 3,8 0,5 - 3,3 0,9 - 2,4 H1 09 3,1 3,1 - 9,8 - 5,2 - 5,2 0,4 - 4,8 1,3 - 3,5
Resultatenrekening - Niet-leven Verenigd Koninkrijk Niet-leven - in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Niet-leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 538,3 - 45,5 - 3,5 2,1 - 1,4 2,4 1,0 - 0,3 - 1,4 2,1 H2 09 454,2 - 35,1 - 23,3 0,8 - 22,5 5,4 - 17,1 4,5 - 0,5 - 12,1 H1 09 449,1 - 40,4 5,3 9,1 14,4 9,6 24,0 - 6,7 17,3
Resultatenrekening - Overige verzekeringen Verenigd Koninkrijk Overige Verzekeringen - in miljoenen EUR Commissiebaten Overige baten Personeelslasten Overige lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 59,4 2,3 - 24,2 - 26,5 11,0 - 3,1 7,9 H2 09 57,2 - 0,1 - 22,2 - 24,1 10,8 - 3,4 7,4 H1 09 54,0 0,5 - 21,7 - 23,0 9,8 - 2,8 7,0
Resultatenrekening Verenigd Koninkrijk - in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Operationele kosten Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 549,5 - 56,8 8,3 H2 09 461,0 - 45,3 - 7,1 H1 09 452,2 - 50,2 20,8
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
42
Continentaal Europa
Resultatenrekening - Leven Continentaal Europa Leven - in miljoenen EUR Brutopremies Beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling Bruto premie-inkomen Leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 1.106,7 873,8 1.980,5 - 61,6 39,2 2,9 42,1 11,8 53,9 - 19,7 19,5 14,7 H2 09 809,6 1.249,0 2.058,6 - 65,6 39,3 0,1 39,4 15,1 54,5 - 15,9 23,8 14,8 H1 09 791,6 855,7 1.647,3 - 63,3 45,7 0,3 46,0 4,8 50,8 - 17,4 20,9 12,5
Resultatenrekening - Niet-leven Continentaal Europa Niet-leven - in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Niet-leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 228,9 - 36,4 7,0 1,5 8,5 - 1,2 7,3 - 2,5 2,3 2,5 H2 09 107,5 - 22,7 13,3 13,3 0,1 13,4 - 4,2 4,7 4,5 H1 09 127,9 - 22,8 9,1 9,1 - 0,5 8,6 - 2,6 3,5 2,5
Resultatenrekening Continentaal Europa in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Operationele kosten Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 2.209,4 - 98,0 17,2 H2 09 2.166,1 - 88,3 19,3 H1 09 1.775,2 - 86,1 15,0
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
43
Azië
Resultatenrekening - Leven Azië Leven - in miljoenen EUR Brutopremies Beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling Bruto premie-inkomen Leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen, geconsolideerde entiteiten Winst voor belastingen, geassocieerde deelnemingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 106,1 44,4 150,5 - 18,4 11,1 34,0 45,1 - 3,0 42,1 20,3 - 0,2 62,2 H2 09 111,6 44,4 156,0 - 13,3 6,6 4,1 10,7 - 4,6 6,1 49,2 - 1,1 54,2 H1 09 103,1 37,7 140,8 - 18,8 5,0 0,3 5,3 - 4,8 0,5 24,6 - 1,0 24,1
Resultatenrekening - Niet-leven Azië Niet-leven - in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Niet-leven Operationele kosten Technisch resultaat Toegerekende meerwaarden Operationele marge Niet-toegerekende overige inkomsten en lasten Winst voor belastingen, geconsolideerde entiteiten Winst voor belastingen, geassocieerde ondernemingen Winstbelastingen Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 4,9 4,9 H2 09 7,2 7,2 H1 09 5,1 5,1
Resultatenrekening Azië - in miljoenen EUR Bruto premie-inkomen Operationele kosten Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 150,5 - 18,4 67,1 H2 09 156,0 - 13,3 61,4 H1 09 140,8 - 18,8 29,2
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
44
Algemeen
Resultatenrekening Algemeen - in miljoenen EUR Nettorentebaten Gerealiseerde winsten (verliezen) op beleggingen Overige meerwaarden Aandeel in resultaat van geassocieerde ondernemingen Overige baten Totaal baten Wijzigingen in waardeverminderingen Nettobaten Personeelslasten Overige operationele en administratieve lasten Totale kosten Winst voor belastingen Winstbelastingen Nettowinst over de periode Nettowinst toewijsbaar aan minderheidsbelangen Nettowinst toewijsbaar aan de aandeelhouders H1 10 0,8 12,8 - 138,7 20,2 - 1,2 - 106,1 0,4 - 105,7 - 10,1 - 18,4 - 28,5 - 134,2 407,2 273,0 - 1,5 274,5 H2 09 - 21,9 18,3 173,3 - 1,0 - 10,3 158,4 13,7 172,1 - 14,0 - 32,0 - 46,0 126,1 - 57,3 68,8 - 0,6 69,4 H1 09 22,7 699,5 507,7 - 8,2 - 3,9 1.217,8 - 363,9 853,9 - 19,8 - 32,7 - 52,5 801,4 - 166,0 635,4 635,4
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
45
Bijlage 5 : Vergelijkbare premiegegevens
in miljoenen EUR Per segment België Brutopremies Beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling Bruto premie-inkomen Leven Brutopremies Niet-leven Totaal premie-inkomen België Verenigd Koninkrijk Brutopremies Beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling Bruto premie-inkomen Leven Brutopremies Niet-leven Totaal premie-inkomen Verenigd Koninkrijk Contintaal Europa Brutopremies Beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling Bruto premie-inkomen Leven Brutopremies Niet-leven Totaal premie-inkomen Continentaal Europa Azië Brutopremies Beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling Bruto premie-inkomen Leven Brutopremies Niet-leven Totaal premie-inkomen geconsolideerde entiteiten Niet-geconsolideerde JV's tegen 100% Totaal premie-inkomen Azië Totaal premie-inkomen 151 3.224 3.374 9.636 141 1.983 2.123 7.905 7% 63% 59% 22% 156 1.791 1.947 7.887 -4% 80% 73% 22% 82 1.483 1.565 4.634 75 908 983 3.721 10% 63% 59% 25% 68 1.741 1.809 5.001 21% -15% -13% -7% 44 151 38 141 18% 7% * 44 156 0% -4% * 24 82 20 75 16% 10% * 21 68 15% 21% * 106 103 3% 112 -5% 59 55 7% 48 23% 2.209 1.775 24% 2.166 2% 1.080 803 34% 1.129 -4% 874 1.981 229 856 1.647 128 2% 20% 79% 1.249 2.059 108 -30% -4% * 401 971 109 453 747 57 -11% 30% 93% 472 1.010 120 -15% -4% -8% 1.107 792 40% 810 37% 569 293 94% 538 6% 550 452 22% 461 19% 285 234 22% 265 8% 11 538 3 449 * * 20% 7 454 * 65% 19% 6 279 2 232 * * 20% 5 260 * 29% 7% 11 3 * 7 65% 6 2 * 5 29% 380 2.651 852 3.503 295 2.746 808 3.554 29% -3% 5% -1% 288 2.606 707 3.313 32% 2% 20% 6% 174 1.336 369 1.704 179 1.345 356 1.701 -3% -1% 4% 0% 206 1.315 483 1.798 -16% 2% -24% -5% 2.271 2.451 -7% 2.318 -2% 1.162 1.165 0% 1.109 5% H1 10 H1 09 % H2 09 % Q2 10 Q2 09 % Q1 10 %
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
46
in miljoenen EUR Per type Leven België Verenigd Koninkrijk Continentaal Europa Azië Volledig geconsolideerd Niet-geconsolideerde JV's tegen 100% Totaal premie-inkomen Leven Niet-leven België Verenigd Koninkrijk Continentaal Europa Azië Volledig geconsolideerd Niet-geconsolideerde JV's tegen 100% Totaal bruto-premies Niet-Leven Totaal premie-inkomen 852 538 229 270 0 270 1.889 9.636 808 449 128 214 0 214 1.600 7.905 5% 20% 79% 26% * 26% 18% 22% 707 454 108 167 0 167 1.436 7.887 20% 19% * 62% * 62% 32% 22% 369 279 109 161 0 161 917 4.634 356 232 57 119 0 119 764 3.721 4% 20% 93% 35% * 35% 20% 25% 483 260 120 109 0 109 972 5.001 -24% 7% -8% 47% * 47% -6% -7% 2.651 11 1.981 3.104 151 2.954 7.747 2.746 3 1.647 1.909 141 1.768 6.305 -3% * 20% 63% 7% 67% 23% 2.606 7 2.059 1.780 156 1.624 6.451 2% 65% -4% 74% -4% 82% 20% 1.336 6 971 1.405 82 1.322 3.717 1.345 2 747 864 75 789 2.957 -1% * 30% 63% 10% 68% 26% 1.315 5 1.010 1.700 68 1.631 4.030 2% 29% -4% -17% 21% -19% -8% H1 10 H1 09 % H2 09 % Q2 10 Q2 09 % Q1 10 %
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
47
Bijlage 6 : Premie-inkomen per regio
Belangrijkste cijfers per regio in miljoenen EUR Bruto-premie-inkomen Leven percentage eigendom België Verenigd Koninkrijk Continentaal Europa Portugal Frankrijk Luxemburg Oekraïne Duitsland Turkije Italië Azië Geconsolideerde entiteiten Hong Kong Niet-geconsolideerde JV's tegen 100% Maleisië Thailand China India Totaal Algemeen 31% 31%/13% 25% 26% 432 349 2.109 63 7.747 274 233 1.229 33 6.305 224 223 1.142 34 6.451 498 456 2.371 67 12.756 1.889 1.599 1.436 3.035 219 51 170 44 123 45 293 89 651 401 2.109 63 9.636 444 277 1.229 33 7.905 347 268 1.142 34 7.887 791 544 2.371 67 15.792 100% 151 141 156 297 151 141 156 297 51% 100% 50%/100% 100% 100% 100% 25% 3.104 1.909 1.780 3.689 75% 100% H1 10 2.651 11 1.981 1.057 208 657 1 23 35 H1 09 2.746 3 1.647 1.170 153 273 1 16 35 H2 09 2.606 7 2.059 993 182 830 1 24 28 FY 09 5.352 10 3.706 2.163 335 1.102 2 41 62 108 270 214 167 381 15 7 22 H1 10 852 538 229 121 H1 09 808 449 128 113 H2 09 707 454 108 101 FY 09 1.515 903 235 214 H1 10 3.503 550 2.209 1.179 208 657 1 23 35 108 3.374 2.123 1.947 4.070 H1 09 3.554 452 1.775 1.282 153 288 1 16 35 H2 09 3.313 461 2.166 1.094 182 836 1 24 28 FY 09 6.867 913 3.941 2.376 335 1.124 2 41 62 Bruto-premies Niet-leven Totaal
PERSBERICHT | eerste halfjaar 2010
48
---- --