Vragen en antwoorden mogelijke korting pensioenen
19 augustus 2010
Minister Donner heeft maandag 16 augustus de besturen van enkele
pensioenfondsen in overweging gegeven het pensioen te korten om de
financiële positie van het pensioenfonds te verbeteren.
In enkele vragen en antwoorden wordt informatie verstrekt over de
verantwoordelijkheid van de minister, De Nederlandsche Bank en de
besturen van de pensioenfondsen. Bijvoorbeeld de vraag: wie informeert
de (toekomstige) pensioenontvangers?
Vragen en antwoorden mogelijke korting pensioenen
Wie kan mij vertellen of mijn pensioenuitkering (in de toekomst) verlaagd wordt?
* Alleen het pensioenfonds dat uw aanvullend pensioen uitkeert kan u vertellen of uw pensioenuitkering omlaag gaat of niet. Ook als u nu nog aanvullend pensioen opbouwt heeft deze verlaging - ook wel korten of afstempelen genoemd - gevolgen voor de hoogte van uw pensioenuitkering in de toekomst.
* Door de kredietcrisis moeten 340 van de in totaal 600 pensioenfondsen met een herstelplan werken aan het verbeteren van hun financiële positie. Ze moeten immers voldoende geld hebben om nu en in de toekomst het beloofde pensioen te kunnen betalen. De meeste fondsen die werken aan hun herstel hebben op dit moment niet voldoende geld om al hun beloften ook op lange termijn na te komen. Ze moeten dus maatregelen nemen. Deze maatregelen zijn opgenomen in het herstelplan van een pensioenfonds. Een herstelplan is op verzoek verkrijgbaar bij het pensioenfonds en staat in de meeste gevallen van de website van het betreffende pensioenfonds. Veel deelnemers zijn over de inhoud van het herstelplan door hun pensioenfonds geïnformeerd. Daarnaast verstrekken pensioenfondsen jaarlijks informatie over bijvoorbeeld de hoogte van het te verwachten pensioen en het wel of niet indexeren (de hoogte van de uitkeringen hebben bevroren).
* 14 pensioenfondsen staan er financieel zo slecht voor dat de besturen van deze fondsen moeten overwegen om nu en in de toekomst minder pensioen uit te keren om hun financiële positie te kunnen herstellen. Een dergelijk voornemen blijkt ook uit het herstelplan. Het is goed om te benadrukken dat bij deze fondsen op dit moment nog geen besluiten tot korten zijn genomen. Dat gebeurt de komende maanden. Over een eventueel besluit tot korten wordt u schriftelijk geïnformeerd. Een eventuele korting kan op zijn vroegst een maand nadat u hierover bent geinformeerd, worden gerealiseerd.
Waarom maakt minister Donner niet bekend om welke pensioenfondsen het gaat?
Minister Donner weet niet om welke pensioenfondsen het gaat. Dat heeft met het volgende te maken. Het toezicht op de financiële situatie van de Nederlandse pensioenfondsen is toegewezen aan De Nederlandsche Bank (DNB). DNB weet precies hoe de pensioenfondsen er financieel voor staan, maar moet zich als toezichthouder houden aan een geheimhoudingsplicht die in de wet is geregeld. Alleen uw pensioenfonds kan u vertellen of, en zo ja, wanneer het besluit tot korten wordt genomen en of, uw pensioen omlaag gaat of niet.
Minister Donner heeft pensioenbestuurders opgeroepen om hun deelnemers zo snel mogelijk te informeren of hun fonds behoort tot de groep die eventueel kortingsmaatregelen zal moeten doorvoeren. Sommige fondsen hebben deze informatie reeds op hun website geplaatst.
Wie is er nu eigenlijk verantwoordelijk voor de hoogte van uw pensioenuitkering?
* Pensioen is een arbeidsvoorwaarde en werkgevers en werknemers zijn derhalve eerste verantwoordelijk. Het bestuur van uw pensioenfonds is verantwoordelijk voor de hoogte van uw pensioen. Dit bestuur bestaat uit vertegenwoordigers van de organisaties die meebetalen aan het aanvullend pensioen: werkgevers en werknemers. Zij gaan over het beleid van het pensioenfonds. Bijvoorbeeld: hoe gaan we de pensioenpremies beleggen, hoe hoog is de pensioenpremie, passen we de uitkering aan aan de inflatie en tal van andere beslissingen.
* Minister Donner gaat niet over de hoogte van het aanvullend pensioen. Als minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is hij wel verantwoordelijk voor de Pensioenwet. Een belangrijk uitgangspunt van de Pensioenwet wet is onder meer dat pensioenfondsen in principe altijd voldoende geld in kas moeten hebben om de pensioenen uit te keren, met een financiële buffer voor onzekerheden. Om dat te waarborgen worden strenge eisen gesteld aan de financiële reserves van pensioenfondsen. Omdat een aantal pensioenfondsen nu niet voldoende financiële reserves heeft, moeten ze op grond van de Pensioenwet werken aan hun herstel. Van deze groep pensioenfondsen is voor 14 pensioenfondsen het verlagen van het (toekomstig) pensioen bijna onvermijdelijk om hun financiële situatie te kunnen verbeteren.
* Ook De Nederlandsche Bank (DNB) gaat niet over de hoogte van uw aanvullend pensioen. DNB houdt namens minister Donner de financiële situatie bij de pensioenfondsen in de gaten: voldoen de fondsen nog wel aan de financiële eisen die in de Pensioenwet staan. Als toezichthouder informeert DNB de minister en adviseert hem zo nodig maatregelen te nemen. Op basis van
Waarom dwingt de minister pensioenfondsen om nu al te gaan nadenken over verlaging van het pensioen?
Omdat uit de informatie van De Nederlandsche Bank blijkt dat de 14 pensioenfondsen waar het hier om gaat niet voldoende en op tijd herstellen van de financiële klappen die ze door de economische crisis hebben opgelopen.
Minister Donner heeft de pensioenfondsen die te weinig geld hebben om op termijn hun pensioenbeloften na te komen vijf jaar de tijd gegeven om hun financiële positie te verbeteren. In een herstelplan hebben ze enige tijd geleden al moeten aangeven op welke manier ze dat doen. Ook heeft de minister met alle pensioenfondsen afgesproken dat in tussentijd goed wordt bekeken of het herstel verloopt zoals aangegeven in het herstelplan. Bij 14 pensioenfondsen blijkt dat het niet het geval te zijn. De besturen van deze pensioenfondsen moeten dus gaan denken aan het verlagen van het pensioen om binnen de resterende termijn weer financieel; gezond te zijn. Uitstel van deze lastige en harde beslissing kan er toe leiden dat de financiële positie van deze pensioenfondsen nog slechter wordt. Daarnaast betekent uitstel dat de rekening verschuift van gepensioneerden naar actieve en toekomstige deelnemers. Zij betalen immers langer een hogere premie, ontvangen langer geen indexatie of lopen een gr
otere kans op toekomstige grotere kortingen.
Pensioenfondsen kunnen toch andere beslissingen nemen om financieel weer gezond te worden?
Ja, het bestuur van een pensioenfonds kan bijvoorbeeld besluiten om de pensioenpremie te verhogen of om het pensioen niet te indexeren (geen verhoging van het pensioen als vergoeding voor gestegen prijzen). Door dit soort maatregelen kan het pensioenfonds op termijn weer voldoende geld in kas hebben om de pensioenbeloften na te kunnen komen. Een andere mogelijkheid is dat de werkgever die meebetaalt aan het pensioen extra geld in de kas van het pensioenfonds stort om de financiële moeilijkheden te boven te kunnen komen.
Bij de 14 pensioenfondsen waar het hier om gaat is, als alternatieven niet mogelijk blijken het doorvoeren van korten onvermijdelijk. Minister Donner geeft de besturen van deze pensioenfondsen de overweging mee na te denken over verlaging van het pensioen.
Hoe gaat het nu verder?
De besturen van de 14 pensioenfondsen waar het hier om gaat hebben van De Nederlandsche Bank te horen gekregen dat ze voor het eind van dit jaar moeten beslissen welke extra maatregelen ze gaan nemen om te herstellen. Een kortingsmaatregel is dan waarschijnlijk, maar vooralsnog niet onvermijdelijk. Dat is eerst het geval wanneer er geen alternatieven meer zijn. Een of meerdere van deze pensioenfondsen kan ook op de juiste weg naar herstel uitkomen als een werkgever besluit om extra geld in het pensioenfonds te stoppen. Minister Donner heeft pensioenbestuurders gevraagd de deelnemers aan hun pensioenregeling zo snel mogelijk te informeren over de situatie van het fonds.
Waardoor zijn de pensioenfondsen in financiële moeilijkheden gekomen?
Door de ernstige economische crisis van de afgelopen twee jaar. Pensioenfondsen beleggen een deel van de ontvangen pensioenpremies in aandelen. Normaal gesproken draagt de winst op deze beleggingen bij aan de financiële gezondheid van pensioenfondsen. Door de crisis hebben nogal wat pensioenfondsen geld verloren op de beurs. Wat ook niet helpt is dat de rente de afgelopen jaren voortdurend is gedaald en nog nooit zo laag heeft gestaan. Daarom moeten fondsen meer opzij zetten om toekomstige verplichtingen na te komen. Het verlies op beleggingen en de extreem lage rente hebben flinke gaten geslagen in de kassen van veel pensioenfondsen. Daardoor hebben de 340 pensioenfondsen die nu werken aan hun herstel minder geld in kas dan ze wettelijk verplicht zijn. Tegenover iedere euro pensioenverplichting moeten ze voor alle zekerheid minimaal 1,05 euro in kas hebben.
De afgelopen maanden lijkt de economie zich voorzichtig te herstellen van de klappen van de afgelopen tijd. Dit herstel blijkt echter erg wankel te zijn. Voor de 14 pensioenfondsen die moeten nadenken over verlaging van het pensioen is dat allemaal te onzeker. Ze kunnen niet op economisch herstel vertrouwen om weer financieel gezond te worden.
Hoe zit het met de andere pensioenfondsen?
De Nederlandsche Bank (DNB) bewaakt dat de andere pensioenfondsen die werken aan hun financiële herstel op het goede pad naar herstel blijven. Deze fondsen bewandelen dit pad doordat ze bijvoorbeeld de uitkeringen hebben bevroren (niet aanpassen aan de gestegen prijzen) en/ of de pensioenpremie hebben verhoogd. Enkele fondsen zijn uit de gevarenzone gekomen doordat de werkgever extra geld in de pensioenpot heeft gestopt.
Overigens controleert DNB periodiek de financiële positie van alle Nederlandse pensioenfondsen, dus ook van de fondsen die weinig of niet te lijden hebben gehad van de crisis.
Voor alle pensioenfondsen geldt dat op 31 december 2010 opnieuw wordt bekeken of het herstel nog altijd in overeenstemming is met het herstelplan en de daarin opgenomen maatregelen.
Hoe ziet ons pensioenstelsel er eigenlijk uit?
Vragen en antwoorden over het Nederlandse pensioenstelsel staan
Uitgebreide informatie over pensioenen is ook te vinden op de website
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid