Safe internet
Blik op de digitale wereld
Deel dit op: |
Topografie, en het bovennatuurlijke van de pc...
Het was zonder meer een gedenkwaardige ochtend. Een collega en ik
zouden surveilleren bij de eerste toets topografie Duitsland die op de
pc gemaakt zou worden. Voor ons als docenten het begin van het einde
van een tijdperk. We zouden voor het eerst niet naar huis gaan met
een dik pak toetsen op de bagagedrager. De voldoendes, bijna
voldoendes, onvoldoendes en streepjes zouden nooit meer inbreuk maken
op ons privédomein. Nooit meer hele avonden en nachten in beslag nemen
met het nakijken van eindeloze stapels toetsen omdat het management het
vanzelfsprekend vond dat de tere zieltjes reeds de volgende dag het
resultaat zouden krijgen van hun wekenlange nachtelijke inspanningen.
Slechts een druk op een toets was volgens de summiere instructie van de
stamoudste, de opleidingsmanager, het enige dat nodig was om de
uitslagen wereldkundig te maken. Een andere toets in combinatie met
Ctrl en Alt zou per leerling laten zien hoe het cijferverloop het hele
jaar door was opgebouwd. En voor de verslaafde cijferliefhebbers was er
Excell waar de diehards onder ons de prachtige vorderingen met
vochtige ogen zouden kunnen bijhouden. In één woord fascinerend dat wij
het stenen tijdperk van papier en ballpoints achter ons hadden
gelaten! Net zo radicaal als een primitieve stam die vanaf de helling
van de Puncak Jaya (5030 m. Maoke-gebergte, Nieuw Guinea. Let wel:
topografie!) pardoes op JFK wordt afgezet en per limousine naar Fifth
Avenue wordt gebracht.
De opdracht was kort en duidelijk: sleep de 50 Duitse plaatsnamen die
langs de rand staan naar de rode punten op de kaart van Duitsland.
Tijdsduur: 45 minuten. En zie wat er gebeurt: door een mysterieus
ingrijpen van bovenaf verscheen de kaart bij iedereen exact om 09.00
uur op het scherm. Het gebruikelijke gesteun, gezucht, de krachttermen
in diverse talen over de opleiding, en over de docenten in het
bijzonder, en het toewensen van ongeneeslijke ziekten, bleef vreemd
genoeg achterwege. Waarschijnlijk was de vondst van een toets
afnemen via de pc een allesoverheersend positief en briljant idee, te
vergelijken met andere geniale vondsten, zoals Albert Einstein's
relativiteitstheorie of Marie Curie's ontdekking van het element
Radium. Je moet er maar opkomen.
Iemand die wel eens een blinde kaart van het Ruhrgebied heeft gezien
weet dat alleen al de elf grote steden benoemen voor een gemiddelde
leerling op een gemiddelde opleiding een nachtmerrie is. En dat zijn
dan nog maar elf van de vijftig gevraagde steden. Maar met een beetje
goede wil zou iemand die twee plaatsen per minuut naar een stip zou
slepen, na 45 minuten toch een goed cijfer moeten kunnen scoren...
Mits de juiste plaats bij de juiste rode stip. Dat wel natuurlijk.
09.03 uur, "Meneer ik ben klaar, mag ik weg"? Een klein onopvallend
meisje stond al naast haar pc en was bezig haar rugzak in te pakken. Ik
vond het jammer dat ze al zo snel de strijd opgaf. "Je hebt
nog tweeënveertig minuten" zei ik "je weet er vast wel een paar, alles
beter dan niets." "Ik ben klaar" herhaalde ze, "Ik heb alles ingevuld".
Nog voordat ik bij haar was riepen drie andere leerlingen, synchroon
dat ze weg gingen omdat ze klaar waren. "Iedereen blijft zitten tot dat
wij de score hebben overgenomen" Het klonk als een slecht geschreven
tekst in een B-film over boksen. Ineens bleek dat die druk op die
toets (nog niet) bestond en dat van iedere leerling afzonderlijk op een
stuk papier de uitkomst moest worden opgeschreven. Het resultaat van de
eerste vier leerlingen was veelbelovend. Score 100%, 0 fouten stond er
bij alle vier rechts onder aan het scherm. Voordat ik begon aan het
uitdelen van royale complimenten, die horen bij dit soort explosies van
parate kennis, vroegen zeker vijftien leerlingen tegelijk om aandacht
voor hun scores. Het was nog geen tien over negen en driekwart van
de klas was al klaar. Ook hier zonder uitzondering had iedereen een
score van 100%. Mijn collega en ik wisselden een blik van
verstandhouding en ik maakte een gebaar met mijn duim dat Julius Caesar
ook maakte als iemand in de arena mocht blijven leven. "Schiet u wel
een beetje op, we hebben geen zin de hele dag te moeten wachten tot u
eindelijk van iedereen de score heeft opgeschreven en klaar bent met uw
toneelspelletjes" mopperde een blonde Zaanse schoonheid die meer
paste in een snackbar achter de frituur dan een klant te helpen met het
plannen van zijn rondreis door Kenia, om maar eens wat eenvoudigs te
noemen.
"Zeg we hebben ons nachtenlang uit de naad gewerkt voor deze toets, het
is niet eerlijk om ons hier nu nog langer gevangen te houden alleen
maar omdat u zo langzaam bent" gooide een achterbuurvrouw er openhartig
uit. Mijn collega en ik renden van de ene pc naar de andere en om exact
09.20 uur verlieten de laatste twee leerlingen het
computerlokaal. Verrassing, deze laatste dames scoorden `slechts'
94% en 91%. Dat viel tegen en ik liet ook duidelijk merken dat ik een
beter resultaat verwacht had na al die onmenselijke inspanningen. Ze
keken elkaar aan met de voor mij vertrouwde blik van: "niet op reageren
hij is oud en seniel" en verlieten opgelucht het strijdtoneel. Waren
dit de enige twee slimme leerlingen die voor de vorm een paar foutjes
hadden gemaakt of waren die foutjes echt?
"Ik zal het beschaafd formuleren" sprak mijn collega, "maar wij zijn
zojuist massaal belazerd" vulde ik aan. " Zeg het maar: bedriegen,
bedonderen, beduvelen of besodemieteren, alles is goed". "Hoe zouden
ze dat doen"? "Geen idee, maar als ze er drie kwartier over gedaan
zouden hebben in plaats van drie minuten en een aantal fouten hadden
gemaakt zou het heel knap gedaan zijn". Een uurtje later tijdens de
pauze in de docentenkamer wilde geen van de collega's iets horen over
eventuele frauduleuze handelingen. "Nu hebben ze eens een keer allemaal
een goed cijfer en dan is het weer niet goed" mekkerde een taaldocente.
"Hebben jullie eigenlijk enig idee hoeveel mega-energie ze in deze
toets hebben gestoken" was de zeer verontwaardigde tekst
van de teammanager die verantwoordelijk was voor de hele gang van zaken
rond dit miraculeuze pc-toetsgebeuren. Ook de toetsen van Frankrijk,
Groot Brittannië, Zwitserland, Oostenrijk en Italië, die de daarop
volgende weken werden gemaakt op dezelfde manier werden
vrijwel allemaal met scores van 100% afgesloten. Dat diezelfde
leerlingen na terugkomst van tien dagen (studiereis) wintersport in
Oostenrijk, datzelfde land niet op de kaart van Europa konden aanwijzen
vonden mijn collega en ik alleszeggend, maar de andere collega's zeiden
min of meer in koor dat alleen geboren negatievelingen een relatie
konden leggen tussen de zeer verdiende tienen voor de testen en het
niet kunnen vinden van Oostenrijk op een kaart van Europa. "Typisch
een houding van collega-docenten die zelf nooit een tien hebben gehaald
en het nu een ander ook niet gunnen" was de genadestoot van een collega
die de fantastische cijfers extra dik in zijn onmisbare lerarenagenda
had bijgeschreven. Tja zo was er voor enkelen van ons weer een
pc-mysterie toegevoegd aan de lijst van bovennatuurlijke ICT-wonderen.
Amsterdam, 11 augustus 2010
Jan Willem Duns