Babyboomers profiteren niet altijd het meest
Amsterdam, 04 augustus 2010
Welke generatie is het best af? Als het gaat om pensioen en de huizenmarkt de Nederlanders van vóór 1965. De mensen van na die tijd hebben het meeste voordeel genoten van onderwijs. Dat blijkt uit de ING Vraag van Vandaag onder gemiddeld 55.000 respondenten per dag. Wat betreft de kansen op de arbeidsmarkt springen de babyboomers er gunstig uit, maar de meeste belasting wordt betaald door hun (klein)kinderen.
Beste verzorging voor babyboomers.
De grootste groep respondenten (34%) op de ING Vraag van Vandaag ziet de naoorlogse generatie geboren tussen 1945 en 1965 het meest profiteren van de verzorgingsstaat. Door bezuinigingen kunnen burgers in de toekomst minder hulp van de overheid verwachten. Jongeren van nu zullen minder profiteren van de verzorgingsstaat dan eerdere generaties: slechts 8% van de ondervraagden denkt dat de huidige 25-minners het meeste voordeel hebben van de verzorgingsstaat.
Pensioen, zorg en onderwijs anders verdeeld.
Driekwart (73%) van de ondervraagden denkt dat de generaties van voor 1965 het meest profijt hebben van het pensioenstelsel. Deze generaties hebben inderdaad relatief weinig AOW-premie betaald. Het voordeel voor ouderen in de gezondheidszorg wordt lager ingeschat, mogelijk omdat jongeren te maken krijgen met een betere stand van de medische wetenschap. Veel ondervraagden denken dat niet de babyboomers, maar hun kinderen hebben het meest hebben geprofiteerd van het onderwijsstelsel. Maar liefst 43% denkt dat de generatie geboren tussen 1965 en 1985 de meeste vruchten van het (gesubsidieerde) onderwijs heeft geplukt.
Huis, baan en belasting.
Op de huizenmarkt is de generatie geboren tussen 1945 en 1965 er het meest gunstig uitgesprongen, aldus de helft (50%) van de respondenten. De enorme vlucht van de huizenprijzen door de jaren heen heeft huizenbezitters rijker gemaakt. Tegelijkertijd is het nu moeilijker voor starters. De naoorlogse generatie heeft volgens 44% ook de beste kansen op de arbeidsmarkt gehad. De meeste belasting wordt volgens 36% betaald door hun (klein)kinderen geboren ná 1985.