leidende rol in Uruzgan over
Nederland draagt leidende rol in Uruzgan over
Nieuwsbericht | 1 augustus 2010 | Afghanistan
Nederland heeft vandaag met een ceremonie op Kamp Holland het commando
in Uruzgan overgedragen aan de Combined Task Force van de VS en
Australië. Daarmee komt na 4 jaar een einde aan de leidende rol van
Nederland bij de veiligheid en opbouw van de Afghaanse provincie.
In een persoonlijke boodschap aan de commandant en de civiel
vertegenwoordiger van de Task Force Uruzgan schrijft minister Verhagen
(Buitenlandse Zaken) dat hij diep onder de indruk is van de
professionaliteit en toewijding die alle uitgezonden Nederlandse
militairen, diplomaten en ontwikkelingswerkers hebben getoond.
"De internationale gemeenschap en de NAVO helpen Afghanistan op eigen
benen te staan, zodat het land zich teweer kan stellen tegen
extremisten die het land willen gebruiken als broedplaats van
wereldwijd terrorisme. Nederland heeft zijn verantwoordelijkheid
genomen, en de schouders onder veiligheid en wederopbouw in Afghanistan
gezet."
De inzet in Uruzgan was een onderdeel van de meest gevaarlijke en
complexe missie die Nederland in decennia heeft uitgevoerd. Daarbij
kwamen 24 Nederlandse militairen om het leven en raakten er circa 140
gewond.
Civiel vertegenwoordiger De Mol benadrukte in zijn toespraak bij de
overdracht dat vanaf het begin duidelijk was dat militair optreden
alléén weinig resultaat zou opleveren. "Civiel waar mogelijk, militair
waar nodig, was het motto."
Omdat veiligheid een voorwaarde is voor opbouw, maar omgekeerd
ontwikkeling ook zorgt voor stabiliteit en veiligheid, werkten
militairen, diplomaten en ontwikkelingswerkers nauw samen.
Begrip van de machtsverhoudingen in de provincie was daarbij
essentieel. Nederland heeft daarom flink geïnvesteerd in de relaties
met de verschillende bevolkingsgroepen in de provincie. "De beroemde
Afghaanse traditie van shura's en jirga's leek op de consensuscultuur
van ons eigen poldermodel" aldus De Mol. "We voelden ons werkelijk
thuis in Uruzgan."
De veiligheidssituatie is de afgelopen vier jaar aanzienlijk verbeterd.
Nederland bouwde een politietrainingscentrum, waar honderden agenten
een training doorliepen. Er zijn nu 1.600 agenten werkzaam in Uruzgan,
terwijl in 2006 nog nauwelijks sprake was van professionele politie.
Een groeiend aantal maatschappelijke organisatie heeft zich dankzij de
verhoogde stabiliteit in de provincie kunnen vestigen. Ook de Verenigde
Naties openden in 2008 een kantoor.
Bijna iedereen in Uruzgan heeft toegang tot gezondheidszorg. Medische
centra zijn op loopafstand, er is voldoende medisch personeel, en de
meeste kinderen zijn gevaccineerd. Het aantal scholen is sinds 2006
verdubbeld. Ongeveer 53.000 kinderen, waarvan bijna 7.600 meisjes, gaan
naar school.
De verbetering van de infrastructuur heeft Uruzgan een enorme impuls
gegeven. Voor het eerste sinds jaren is er een snelle en veilige manier
om de hoofdstad Kabul te bereiken. Met Nederlandse steun is er drie
maal per week een vliegverbinding ingesteld. De weg tussen de twee
belangrijkste steden in de provincie, Tarin Kowt en Chora, wordt met
Nederlandse fondsen verhard.
Nederland blijft betrokken bij Afghanistan en Uruzgan. Nederlandse
ontwikkelingsorganisaties, die samenwerken in het Dutch Consortium
Uruzgan (DCU), zetten hun werk met steun van de Nederland voort.
Daarnaast blijft Nederland, via de ambassade in Kabul, samenwerken met
de Afghaanse overheid op het gebied van wederopbouw, goed bestuur en
mensenrechten. Of Nederland betrokken zal zijn bij de training van
Afghaanse leger en politie is onderwerp van het overleg over de vorming
van het nieuwe kabinet.
Meer over
* Afghanistan
Toespraak en brief
* Dankbrief minister Verhagen
* Toespraak bij commando-overdracht Uruzgan
Ministerie van Buitenlandse Zaken