Rijksoverheid
2010Z10652
Antwoorden van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op vragen
van het lid Bontes (PVV) over de voortgang van de toewijzing van de 26ste
Nederlandse zetel in het Europees Parlement. (Ingezonden 8 juli 2010).
Vraag 1
Kunt u aangeven wanneer Nederland de uitnodiging voor de afvaardiging van een
Nederlandse EP)waarnemer vanuit Brussel zal krijgen?
Antwoord 1:
Het is nog niet bekend op welke termijn de uitnodiging voor de aanwijzing van de
waarnemer tegemoet kan worden gezien. Uit het Reglement van het Europees
Parlement volgt dat die uitnodiging kan worden gedaan na de ondertekening van de
verdragswijziging die ertoe strekt het aantal parlementsleden van enkele lidstaten tot
het einde van de huidige zittingsperiode van het Europees Parlement te verhogen.
Aan deze voorwaarde is inmiddels voldaan; het Protocol tot wijziging van het aan het
Verdrag betreffende de Europese Unie, het Verdrag betreffende de werking van de
Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor
Atoomenergie gehechte Protocol betreffende de overgangsbepalingen, is op 23 juni
2010 ondertekend.
Vraag 2
In hoeverre hangt deze procedure samen met de wettelijke regelgeving omtrent de
toewijzing van de extra EP)zetels in andere landen? Zou het bijvoorbeeld kunnen zijn
dat Nederland nog enkele jaren moet wachten op de 26ste zetel als andere lidstaten
hun procedures hiervoor nog niet adequaat geregeld hebben?
Antwoord 2:
Het is op dit moment niet duidelijk of de uitnodiging voor de afvaardiging van de
waarnemers pas wordt gedaan als in alle lidstaten die het aangaat, bekend is welke
personen als lid van het Europees Parlement zullen worden afgevaardigd en de
daarvoor eventueel benodigde wetgeving tot stand is gebracht.
De extra leden van het Europees Parlement kunnen pas na de inwerkingtreding van
het hiervoor genoemde Protocol tot het Europees Parlement toetreden. De datum van
inwerkingtreding van het Protocol hangt af van de snelheid waarmee het Protocol door
de lidstaten van de Europese Unie wordt geratificeerd. Het Protocol treedt in werking
op 1 december 2010 als alle lidstaten van de Europese Unie het Protocol voor die
datum hebben geratificeerd. Als dit niet het geval is, treedt het Protocol in werking op
de eerste dag van de maand die volgt op het moment waarop de laatste lidstaat tot
ratificatie overgaat.
Vraag 3
Welke maatregelen overweegt u bij het uitblijven van de uitnodiging? Bent u bereid
zich in Brussel (nogmaals) sterk te maken voor een snelle afhandeling van de toewijzing van de extra zetels in het Europees Parlement, zodat de waarnemers geen
jaren hoeven te wachten op hun benoeming?
Antwoord 3:
De mogelijkheid om de extra leden van het Europees Parlement vooruitlopend op de
inwerkingtreding van het Protocol een waarnemersstatus te verlenen is door het
Europees Parlement zelf gecreëerd. Ik ga er dan ook van uit dat de uitnodiging door
het Europees Parlement zal worden gedaan.
Vraag 4
Deelt u de mening dat het waarnemerschap zo snel mogelijk moet worden vervangen
door een volledig lidmaatschap van het Europees Parlement met alle bijkomende
rechten, zoals stemrecht en het verkiesbaar stellen voor functies in het Parlement? Zo
nee, waarom niet?
Antwoord 4:
Ja. Het kabinet streeft naar een zo spoedig mogelijke ratificatie van het hiervoor
genoemde Protocol.
---- --