Rijksoverheid
Ons kenmerk
PG-U-3009014
Datum 21 juli 2010
Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Van Gerven (SP) over de belangenverstrengeling bij de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) rondom de Mexicaanse griep
Geachte voorzitter,
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Van Gerven (SP)
over de belangenverstrengeling bij de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)
rondom de Mexicaanse griep (2010Z09410).
Hoogachtend,
de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
dr. A. Klink
Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Van Gerven (SP) over de
belangenverstrengeling bij de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) rondom de
Mexicaanse griep (2010Z09410).
1
Heeft u kennisgenomen van de erkenning van de WHO dat er rondom de
Mexicaanse griep sprake is geweest van belangenverstrengeling? 1)
1
De Directeur-Generaal van de WHO stelt in haar verklaring van 8 juni 2010 dat
commerciële belangen in het geheel géén rol hebben gespeeld in haar
besluitvorming en erkent dus niet dat er rondom de Mexicaanse griep sprake is
geweest van belangenverstrengeling. Zij onderkent wel dat het risico van
belangenverstrengeling aanwezig is in de relatie tussen een organisatie als de
WHO en een commercieel gedreven industrie en geeft aan dat de WHO bezig is
om striktere regels op te stellen voor de omgang met de industrie. Ook heeft de
WHO ervoor gekozen om een evaluatie uit te voeren naar het functioneren van de
in 2005 aangenomen International Health Regulations (IHR) in relatie tot de
pandemie (H1N1). De WHO heeft hiervoor begin april 2010 een Review Committee
ingesteld. Het functioneren van de WHO in reactie op deze pandemie is expliciet
onderdeel van de evaluatie.
2
Was u op de hoogte van het feit dat verschillende ingehuurde experts, die voor de
WHO de risico's rond de Mexicaanse griep moesten beoordelen, tegelijkertijd op
de loonlijst stonden van twee bedrijven die de vaccins tegen deze griep
produceerden? Wat is uw oordeel over deze bevindingen?
2
Voor toponderzoekers waarmee de WHO werkt is het vergaren van
wetenschappelijke kennis nagenoeg onmogelijk zonder op één of andere manier
een relatie te hebben met de industrie. Ik ben ervan uitgegaan dat de WHO werkt
met toereikende procedures om belangenverstrengeling te voorkomen, zoals ook
het geval is voor bijvoorbeeld de Nederlandse Gezondheidsraad. Ik kan op dit
moment niet beoordelen of er sprake is geweest van belangenverstrengeling.
Voordat ik mijn standpunt kan bepalen wil ik in elk geval eerst bovengenoemde
evaluatie afwachten.
3
Welke stappen gaat u richting de WHO nemen om te voorkomen dat in de
toekomst commerciële belangen en het belang van de wereldgezondheid
nogmaals met elkaar worden verweven?
3
Zoals aangegeven in mijn antwoord op vraag 1 wordt het functioneren van de
WHO in reactie op de pandemie (H1N1) geëvalueerd. Als uit deze evaluatie blijkt
dat er strengere regels nodig zijn, dan zal Nederland via de reguliere bestuurlijke
kanalen van de WHO (met name de World Health Assembly) aandringen op of
instemmen met de benodigde aanpassingen.
4
Wat vindt u van de uitspraak van WHO-directeur-generaal Margaret Chan dat
commerciële aspecten geen seconde een rol hebben gespeeld in de gemaakte
afweging? 1) Is dit standpunt vol te houden gezien de bevindingen?
4
De DG heeft bij diverse gelegenheden met klem benadrukt dat in haar eigen
besluitvorming commerciële aspecten nooit een rol hebben gespeeld. Dat
standpunt respecteer ik. De bovengenoemde evaluatie moet uitwijzen of de
procedures rond het adviestraject toereikend zijn om ook daar
belangenverstrengeling te voorkomen.
5
Wat vindt u van de uitspraak van WHO-directeur-generaal dat "De WHO echter
wel strengere regels moet maken en afdwingen wanneer de farmaceutische
industrie in het spel is."? 1) Wat wordt de inzet van Nederland om dit te
realiseren?
5
Ik vind het belangrijk dat de WHO zich bewust is van het risico van
belangenverstrengeling en dat zij de regels hieromtrent aanscherpt wanneer deze
hiervoor nog teveel ruimte laten. De evaluatie moet uitwijzen of hiervan in het
geval van de Mexicaanse griep sprake is geweest.
Ik ben groot voorstander van transparantie over de (financiële) banden tussen
artsen/onderzoekers en farmaceutische bedrijven. Tijdens de informele Raad in
Madrid op 22 april jl. heb ik er op aangedrongen dat de WHO transparant moet
zijn over de achtergronden van hun adviseurs en hun bindingen met de
farmaceutische industrie. Ook heb ik vorig jaar het verzoek gedaan aan de
Nederlandse zelfregulerings- instantie, de stichting Code Geneesmiddelenreclame
(CGR), om te komen met een code die de transparantie over dergelijke banden
bevordert. Waar mogelijk zal ik op een dergelijke transparantie ook bij de WHO
(en dan met name de World Health Assembly) aandringen. Er is namelijk niets op
tegen dat er samenwerking bestaat tussen artsen/onderzoekers en farmaceutische
bedrijven. Het moet alleen wel helder zijn dat een dergelijke relatie bestaat.
1) Zorgvisie, 11 juni 2010: "WHO erkent belangenverstrengeling rondom
Mexicaanse griep"
http://www.zorgvisie.nl/Kwaliteit/WHO-erkent-belangenverstrengeling-rondom-
Mexicaanse-griep.htm