schriftelijke reactie op rapport VS Inspecteur Generaal voor
wederopbouw
Kamerbrief inzake schriftelijke reactie op rapport VS Inspecteur Generaal
voor wederopbouw
Kamerbrief | 19 juli 2010
Tijdens het Algemeen Overleg over Afghanistan op 30 juni jl. heb ik uw
Kamer toegezegd een schriftelijke reactie te geven op de recente audit
van de Amerikaanse Special Inspector General for Afghanistan
Reconstruction, de heer Arnold Fields, inzake de capaciteiten van het
Afghaanse leger en de politie over de periode van oktober 2009 tot en
met mei 2010. Met deze brief voldoe ik, mede namens de minister van
Defensie, aan die toezegging.
In het rapport met de titel Actions Needed to Improve the Reliability
of Afghan Security Force Assessments wordt onder meer geconcludeerd dat
de methodiek om de kwaliteit van het Afghaanse leger en de politie te
beoordelen, verbetering behoeft. Door de bestaande systematiek zou de
beoordeling van eenheden van het Afghaanse leger en de politie in
bepaalde gevallen de realiteit onvoldoende over het voetlicht brengen.
Hoewel het rapport zich voor een groot deel richt op de systematiek van
het meten van de betrouwbaarheid en capaciteit van het Afghaanse leger
en de politie bevat het rapport ook meer inhoudelijke conclusies. Er
wordt onder meer gesteld dat de aantallen en capaciteiten zijn
overschat en dat enkele hoog aangeschreven eenheden niet in staat zijn
om zelfstandig operaties uit te blijven voeren zonder steun van de
internationale gemeenschap. Ook wijst het rapport op systematische
tekortkomingen binnen de Afghaanse veiligheidsdiensten, zoals
corruptie, drugsgebruik, een tekort aan mentoren en analfabetisme,
waardoor de verdere ontwikkeling wordt bemoeilijkt.
De Nederlandse regering acht het onderzoek van de Special Inspector
General for Afghanistan Reconstruction van belang voor verbetering van
het functioneren van het Afghaanse leger en de politie. De manier
waarop de omvang, personele vulling en kwaliteit van het Afghaanse
leger en de politie worden beoordeeld, dient de realiteit zo goed
mogelijk weer te geven. De opbouw van een kwalitatief goed Afghaanse
leger en een goede politie is een langdurig proces en zal de komende
jaren moeten worden voortgezet. Daarbij worden geboekte successen soms
gevolgd door tegenslagen. De regering deelt de in het rapport
gesignaleerde zorgen over de uitdagingen. Over de langere termijn is
echter wel vooruitgang geboekt. Het Afghaanse leger en de politie zijn
de afgelopen jaren sterk gegroeid in omvang en de kwaliteit is merkbaar
verbeterd. Overigens heeft de Nederlandse regering in de reguliere
stand van zakenbrieven aan de Kamer steeds het aantal daadwerkelijk
aanwezige militairen in Uruzgan ("present for duty") vermeld. Deze
aantallen zijn met eigen waarneming vastgesteld. De toegenomen omvang
en professionaliteit van zowel het leger als de politie in Uruzgan
stemt hoopvol.
De Nederlandse regering ziet het rapport als een aansporing voor de
internationale gemeenschap om de effectiviteit van de inzet in
Afghanistan verder te verbeteren. ISAF Joint Command en de NATO
Training Mission - Afghanistan hebben vrijwel alle aanbevelingen uit
het rapport overgenomen. Inmiddels is bovendien een nieuwe
beoordelingssystematiek ingevoerd.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Ministerie van Buitenlandse Zaken