Nieuw-Vlaamse Alliantie
Kleine werken aan woning voortaan veel eenvoudiger
klok 16 juli 2010
Op voorstel van Vlaams minister van Ruimtelijke Ordening Philippe
Muyters hechtte de Vlaamse Regering vandaag haar goedkeuring aan het
besluit dat de werken bepaalt die vrijgesteld zijn van
stedenbouwkundige vergunning en aan het besluit over de meldingsplicht.
Met deze besluiten wordt de regelgeving rond stedenbouwkundige
vergunningen ingrijpend vereenvoudigd. Na overleg met de betrokken
partners (steden en gemeenten, architecten, bouwsector, ...) werd
beslist beide besluiten in werking te laten treden op 1 december 2010.
Zo heeft iedereen voldoende tijd om zich voor te bereiden op de
veranderingen.
Minister Muyters: "Deze besluiten betekenen een administratieve
vereenvoudiging voor burgers, overheden en bedrijven. Wie een kleine
ingreep aan zijn woning wil doorvoeren, kan dat nu sneller en met
minder administratieve rompslomp. Gemeenten houden zo meer tijd over om
hun kerntaken ten opzichte van hun burgers uit te voeren."
Meldingsplicht
De meldingsplicht is een nieuwe procedure die werd ingevoerd in de
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Over welke werken het precies zou
gaan, moest nog worden vastgelegd in een uitvoeringsbesluit. Met de
beslissing van vandaag, lijst minister Muyters de mogelijke werken nu
op. Daarnaast bevat het besluit ook een aantal procedurele bepalingen.
De melding is mogelijk voor bepaalde eenvoudige werken aan de woning of
aan andere gebouwen. De bouwheer "meldt" deze werken aan de gemeente.
Dit moet aan de hand van een vast formulier, samen met een (beperkt)
dossier. Na 20 dagen kan men met de werken beginnen. De melding zal
onder meer mogelijk zijn voor het aanbouwen van een garage, een
veranda, ... De maximale oppervlakte waarvoor een melding volstaat,
bedraagt in totaal 40m² per perceel. Wie een aanpassing of uitbreiding
van meer dan 40m² wil realiseren, dient nog steeds over een
bouwvergunning te beschikken. De impact van grotere aanpassingen is
immers ook groter zodat een opportuniteitsbeoordeling door de
vergunnende overheid wenselijk blijft.
Vrijstelling
Samen met het meldingsbesluit, werd het bestaande besluit dat de werken
bepaalt die vrijgesteld zijn van stedenbouwkundige vergunning, aan een
flinke facelift onderworpen. Het bestaande vrijstellingsbesluit was
door de jaren heen immers uitgegroeid tot een lange, gedetailleerde
opsomming van werken, zonder structuur en samenhang, waardoor het voor
de burger, maar zelfs ook voor de professional, erg moeilijk leesbaar
was geworden. Ten einde duidelijke, eenvoudige rechtsregels te creëren,
wordt het vrijstellingsbesluit nu gemoderniseerd en vereenvoudigd en
wordt het aantal vrijstellingen flink uitgebreid. Dit geldt zeker voor
werken die zich situeren in de private achtertuinen en aan de
achterkant van woningen. Ook werden zoveel als mogelijk parallellen
tussen beide besluiten gecreëerd.
Samengevat geldt de vrijstelling voor vrijstaande gebouwen waarvan de
oppervlakte samen maximaal 40m² bedraagt en voor niet overdekte
constructies (terras, zwembad, vijver, ...) waarvan de oppervlakte
samen maximaal 80m² bedraagt.
Geen willekeur
De vereenvoudiging die het gevolg is van de nieuwe regelgeving, zal
niet leiden tot ruimtelijke chaos of willekeur. Zowel de melding als de
vrijstelling zijn immers onderworpen aan de belangrijke voorwaarde dat
ze niet gelden indien ze strijdig zouden zijn met andere regelgeving.
Beschermde monumenten blijven dus genieten van de noodzakelijke
bescherming. Ook bestaande (lokale) beperkingen die via een
gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan of via
verkavelingsvoorschriften bestaan, blijven onverkort van kracht. Wie
niet zeker is of er dergelijke beperkingen van kracht zijn op het
perceel waar hij plannen voor heeft, kan daarover alle nodige
informatie krijgen bij de gemeente. Het blijft dus aangeraden zich op
voorhand goed te informeren.
De meldingsplicht ontslaat de mensen evenmin van de verplichting een
architect te betrekken wanneer nodig. De medewerking van een architect
is onder meer verplicht voor constructieve verbouwingen aan bestaande
gebouwen.
`enige vergunning' belangrijk voor bedrijven
De besluiten voeren voor bepaalde werken ook de zogenaamde `enige
vergunning' in. Zo zal in de toekomst voor de uitbreiding of verbouwing
van bestaande bedrijven in industriegebied een melding volstaan en zal
er geen stedenbouwkundige vergunning moeten worden aangevraagd als er
voor die uitbreiding al een milieuvergunning is verleend.
Minister Muyters: "Hiermee voeren we feitelijk de langverwachte "permis
unique" of enige vergunning in. Voor uitbreidingen of verbouwingen van
dergelijke bedrijven zal een beoordeling in het kader van de
milieuvergunningsaanvraag voortaan volstaan en wordt de dubbele
procedure van milieu- en stedenbouwkundige vergunning vermeden. Dit zal
op korte termijn leiden tot een versnelling van de investeringen met
behoud van de garanties voor de omgevingskwaliteit. De nodige
randvoorwaarden hiervoor zijn vastgelegd in het besluit en worden
trouwens ook getoetst in de milieuvergunningsaanvraag."
In werking op 1 december 2010
Deze besluiten treden in werking op 1 december 2010. Op die manier
kunnen gemeenten zich voorbereiden op de nieuwe meldingsplicht. Samen
met de sector zal in het najaar een algemene informatiecampagne worden
gevoerd.
Meer informatie is te vinden op www.ruimtelijkeordening.be en op
www.rwo.be
Concrete voorbeelden
Voorbeeld 1: Gerda Geerts wil in haar achtertuin een vrijstaand
tuinhuis plaatsen. Momenteel heeft ze nog geen andere constructie in
haar achtertuin staan. Het vernieuwde vrijstellingsbesluit maakt het
voor haar mogelijk om zonder stedenbouwkundige vergunning én zonder
melding een tuinhuis te bouwen dat 40m² groot is. Naast de maximale
oppervlakte moet ze ook rekening houden met een maximale
kroonlijsthoogte en uiteraard de bestaande regelgeving met betrekking
tot de afstand tot de perceelgrens respecteren.
Voorbeeld 2: Peter Geerts, wil aan de achterkant van zijn woning een
veranda bouwen. Ook hij heeft nog nooit eerder een uitbreiding van de
woning gerealiseerd. Hij denkt aan een veranda van 30m². Om deze te
mogen plaatsen, volstaat het dat hij zijn plannen meldt aan de
gemeente.
Opmerking: Waarom moet Peter zijn veranda wel melden en Gerda haar
tuinhuis niet? Peter zijn ingreep vereist constructieve ingrepen aan de
woning waardoor medewerking van een architect vereist is. Maar evenzeer
is voor dergelijke aanbouw de Energieprestatieregelgeving van
toepassing, waardoor de EPB-aangifte dient te gebeuren.
Voorbeeld 3: Familie Smeets - Timmermans droomt al jaren van een
zwemvijver in de tuin. Momenteel hebben ze al een kleine siervijver van
15m² en een tuinhuisje van 20m². Hun plannen hebben betrekking op het
aanleggen van een zwemvijver van 50m² en het bouwen van een poolhouse
van 20m². Vermits in beide gevallen de totale oppervlakte wordt
gerespecteerd (40m² gebouwen, 80m² niet overdekte constructie), kunnen
ze zonder meer aan de werkzaamheden beginnen.
Voorbeeld 4: Het bedrijf van Annemie Smets beschikt over de nodige
vergunningen voor het opslaan van hout in loodsen. Met de groei van het
bedrijf groeit ook de noodzaak aan meer opslagcapaciteit. Mevrouw Smets
wil een nieuwe loods optrekken op hetzelfde perceel waar reeds twee
loodsen staan. Indien ze hiervoor de nodige milieuvergunningen krijgt,
volstaat een melding aan de gemeente voor wat betreft het optrekken van
de nieuwe loods.
Auteur(s):
Philippe Muyters, Vlaams minister van Ruimtelijke Ordening
Contactinfo:
Piet De Bruyn, Woordvoerder minister Philippe Muyters
Tel: 02/552.67.07