Datum 13 juli 2010
Visie Duurzame Visserij in de Waddenzee
Onze referentie
AKV 2010/3896
Bijlagen
1
Geachte Voorzitter,
Op 27 mei heeft de gedeputeerde Hollenga van de provincie Groningen mij de
Brede Visie op een Duurzame Visserij in de Waddenzee overhandigd. Deze Visie is
op 1 april 2010 in het Regionaal College Waddengebied (RCW) vastgesteld.
In het AO moties en toezeggingen d.d. 20 mei heb ik uw Kamer toegezegd u deze
Visie te doen toekomen inclusief een reactie van mijn kant. Deze treft u in deze
brief aan.
Tevens heb ik u toegezegd om u te informeren over de wijziging van artikel 12 in
de Uitvoeringsregeling Visserij. Tegen deze wijziging loopt momenteel een
bewaarprocedure. Ik zal u zo spoedig mogelijk na afhandeling van deze
bezwaarprocedure over deze wijziging informeren.
Aanleiding
Eind 2007 heeft de Raad voor de Wadden een advies uitgebracht over een
Duurzame Waddenvisserij, "Natuurlijk Vissen op de Waddenzee". De kern van het
advies luidde dat met het destijds vigerende beleid een verduurzaming van de
visserij in de Waddenzee in 2020 niet bereikt zou worden. Volgens de Raad was er
behoefte aan een heldere overkoepelende visie op een duurzame visserij in de
Waddenzee en op maatregelen om deze te bereiken. Tevens adviseerde de Raad
om de rol en positie van de Waddenzeevisserij in de lokale en regionale
samenleving te versterken. Deze maatschappelijke inbedding kon volgens de Raad
bereikt worden als de Waddenzeevisserij steviger in het gebiedsgerichte beleid
verankerd werd.
In mijn reactie op het advies (Kamerstukken II 29 684, nr. 63) heb ik aangegeven
dat een integrale visie op de visserij in de Waddenzee een toegevoegde waarde
kan hebben. Ik heb daaraan toegevoegd dat ik het creëren van een gezamenlijke
visie daarbij wel als een eerste verantwoordelijkheid van (regionale ) stakeholders
zie.
Regiodirectie Noord
Programma Wadden
Datum
13 juli 2010
Onze referentie
AKV 2010/3896
Pagina 2 van 4
Dit omdat naar mijn mening de slaagkans van verandering en innovatie
uiteindelijk mede afhankelijk is van de bereidheid van de visserijsector en
individuele ondernemers om hierin mee te bewegen. Tevens heb ik aangegeven
dat ik het advies met betrekking tot de benodigde maatschappelijke inbedding van
de Waddenvisserij in de regio door een steviger verankering van deze visserij in
het regionale beleid, onderschreef.
De Gedeputeerde Hollenga van de provincie Groningen heeft zich destijds bereid
verklaard om de totstandkoming van deze visie als regisseur Visserij vanuit het
RCW te trekken. De visie is tot stand gekomen in samenspraak met een breed
samengestelde Klankbordgroep, waar personen zitting in hadden die zowel vanuit
de visserij, de regionale economie als de natuur konden meedenken over de
inhoud van deze visie. Het doel was om zich daarbij niet te laten leiden of
beperken door andere lopende trajecten, maar met een frisse blik na te denken
over een toekomstperspectief voor de Waddenvisserij in 2020.
Hoofdpunten van de visie: streefbeeld voor 2020
De Visie schetst een streefbeeld van een Waddenvisserij die in 2020 in balans is.
Met de natuur, maar ook in balans in maatschappelijk, sociaal en economisch
opzicht.
Het streefbeeld focust op de volgende hoofdlijnen:
· dynamisch ondernemen: er moeten meer mogelijkheden komen voor
vissers om flexibel met vergunningen en vangstrechten om te gaan. Op
deze wijze kunnen vissers beter inspelen op fluctuaties van visbestanden
in de verschillende seizoenen, en op wisselende prijzen op de markt.
Kwaliteit, versheid en streekproducten zijn daarbij sleutelwoorden.
· aangepast aan de natuur: de visserij moet passen binnen de grenzen van
de draagkracht van het Waddenecosysteem. Een flexibilisering van de
vergunningensystematiek en de vangstrechten biedt meer ruimte voor de
vissers om met de natuur mee te bewegen. Aanpassingen in
vistechnieken, het ruimtegebruik en visstandbeheer dragen hieraan bij.
Afspraken hierover kunnen worden vastgelegd in een gemeenschappelijk
visserijbeheerplan.
· ingebed in de regio: de visserij is een belangrijk onderdeel van de
leefgemeenschap in de Waddenregio en levert een belangrijke bijdrage
aan de identiteit van het gebied. Door verbreding met andere
(economische) activiteiten in de regio kan zij zich een betere economische
positie verwerven. Ook is verbreding met bijvoorbeeld natuurbeheer
denkbaar. Het imago van de visserij is goed.
· regionaal geregeld: voorgesteld wordt voor het regionale beheer van de
visserij een Adviescollege Waddenvisserij op te richten. Het streven is dat
op de langere termijn dit Adviescollege - dat bestaat uit vertegenwoordigers
vanuit de visserij, natuurorganisaties en andere gebruikers van
de Waddenzee - gemeenschappelijke afspraken over het visserijbeheer in
de Waddenzee maakt.
Regiodirectie Noord
Programma Wadden
Datum
13 juli 2010
Onze referentie
AKV 2010/3896
Pagina 3 van 4
Reactie
Ik wil de heer Hollenga en de leden van de Klankbordgroep complimenteren met
het resultaat dat er ligt. De visie schetst een inspirerend beeld van verschillende
wegen waarin de visserijsector zich in de toekomst kan ontwikkelen. Dynamiek,
verbreding en flexibiliteit zijn daarbij sleutelwoorden. In harmonie met de natuur
en meer verbondenheid met de regio zijn daarbij uitgangspunt. Het doel is om
niet alleen een in economisch en ecologische opzicht perspectiefvolle visserij in de
regio te behouden, maar deze ook te versterken.
De kracht van de visie ligt verder in het feit dat er door zowel vertegenwoordigers
vanuit visserijorganisaties als vanuit de natuurorganisaties gezamenlijk een aantal
denkrichtingen en streefbeelden ontwikkeld is met betrekking tot het toekomstperspectief
van de Waddenvisserij. De visie vormt in zoverre geen blauwdruk,
maar wil juist ruimte voor de vissers laten om met deze visie in de hand te
reflecteren op zijn of haar toekomst. Waar ligt hun ontwikkelingsperspectief
passend bij hun huidige bedrijfsvoering?
Ik heb geconstateerd dat de visie qua proces van totstandkoming als inhoud
aansluit bij de filosofie en werkwijze van het Uitvoeringsprogramma Naar een
Rijke Waddenzee, namelijk door als gebruikers en bewoners van het Wad samen
met natuurorganisaties oplossingen te zoeken die bijdragen aan een duurzaam
gebruik in combinatie met natuurherstel van de Waddenzee. In overleg met de
gedeputeerde Hollenga en de Regiekamer van het Programma naar een Rijke
Waddenzee is daarom afgesproken dat de verdere uitwerking van de Visie op een
Duurzame Waddenvisserij gecoördineerd zal worden vanuit het Programmabureau
Naar een Rijke Waddenzee.
De volgende stap is nu dat vanuit het Programma Rijke Waddenzee en de
regionale stakeholders de denkrichtingen uit de Visie uitgewerkt worden in
concrete voorstellen en projecten. Hoofdthema's voor uitwerking zijn de
genoemde flexibilisering, aanpassing van visserijtechnieken en een klimaatneutrale
visserij, integratie met andere (economische) activiteiten en de
oprichting van een Adviescollege Waddenvisserij. Ik ben bereid om op basis van
deze concrete voorstellen te kijken waar een bijdrage van de kant van LNV nodig
kan zijn om de uitvoering van voorstellen verder te brengen. Ik ben bijvoorbeeld
bereid om te bezien welke belemmeringen in de regelgeving weggenomen kunnen
worden om meer flexibilisering van de vangstrechten te realiseren.
Ook kunnen de mogelijkheden onder As 3 en As 4 van het Europees Visserijfonds
benut worden om gezamenlijke projecten uit de visserijsector- en keten en
regionale initiatieven ter versterking van visserijgemeenschappen in te dienen.
De komende maanden zal samen met de Klankbordgroep en ondersteund door
het Programmabureau Rijke Waddenzee het concrete Actieprogramma worden
opgesteld.
Regiodirectie Noord
Programma Wadden
Datum
13 juli 2010
Onze referentie
AKV 2010/3896
Pagina 4 van 4
In het Actieprogramma zullen de benodigde activiteiten belegd worden bij de
verschillende partners in de Klankbordgroep, waaronder de provincie, het
ministerie van LNV en leden van de klankbordgroep. Voor de korte termijn zal de
huidige klankbordgroep voortgezet worden. De gedeputeerde Hollenga heeft zich
bereid verklaard om het voorzitterschap van de Klankbordgroep op zich te nemen.
Op de langere termijn zal bekeken worden op welke wijze de huidige klankbordgroep
in een Adviescollege c.q. Visserijbeheerorgaan omgezet kan worden.
Uitgangspunt is dat er bekeken zal worden of er op een slimme manier
aangesloten kan worden bij de huidige bestuurlijke organisatie.
Tot slot
Ik heb er vertrouwen in dat met de hierboven in gang gezette acties de verdere
uitwerking van de Visie op een Duurzame Waddenvisserij van start is gegaan. Ik
wil daar wel aan toevoegen dat de verdere implementatie van deze Visie een
traject van enkele jaren zal zijn. Het zal een proces van stappen zijn waarbij het
uiteindelijke succes mede afhankelijk zal zijn van de inzet van alle betrokkenen.
Ook de betrokkenheid van de keten achter de visserij verdient daarbij specifieke
aandacht. Maar met het uitbrengen van deze visie is een eerste belangrijke stap
zeer zeker gezet!
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
Samenvatting
In 2009 en 2010 is een klankbordgroep samengesteld
voor het opstellen van een "brede visie op duurzame
visserij in de Waddenzee". Vanuit verschillende partijen
werd om een dergelijke visie gevraagd. Daarom heeft de
klankbordgroep een visie gemaakt, die zoveel mogelijk
gedragen wordt door alle betrokken partijen. De
geschetste toekomstvisie voor het jaar 2020 gaat met
nadruk over de beroepsvisserij in het Nederlandse deel
van de Waddenzee. Daarnaast is ook aandacht voor
de relatie tussen de beroeps- en sportvisserij, en de
beroepsvisserij en andere (economische) activiteiten in
de regio.
In de huidige situatie zijn er diverse knelpunten. Zo
zouden vissers graag flexibeler willen zijn in het maken
van een keuze voor de vangst van verschillende vis- of
schelpdiersoorten. Vissers hebben nu niet altijd de
mogelijkheid om zo efficiënt mogelijk te vissen op
die soorten die de natuur op een bepaald moment
biedt en waarvoor de prijzen ook nog eens goed zijn.
Een bijkomend probleem is dat sommige visserijen
nu nog nadelige effecten op het ecosysteem hebben.
Dit maakt dat de visserij niet goed is afgestemd op
wat het Waddenecosysteem heeft te bieden en kan
verdragen. Terwijl dat juist een voorwaarde is voor
veel partijen om de visserij te accepteren als activiteit
in de Waddenzee. Maar om te weten hoe een visserij,
passend binnen de draagkracht van het ecosysteem
er precies uit ziet, is meer kennis over dat systeem
nodig en over de impact die visserijen op het systeem
hebben. Vaak ontbreekt die kennis nog. Het beheer
van de visserij op de Waddenzee is momenteel
niet optimaal. Regels voor vissers komen soms bij
de nationale overheid vandaan, soms bij de lokale
overheid. Bij de vissers is er onvrede over het systeem
van vergunningen en vangstrechten en behoefte aan
meer inspraak in het beheer. Het gevoerde beheer
leidt vaak tot conflicten tussen partijen die soms
voor de rechter worden uitgevochten. Verder stelt
de maatschappij zich steeds bewuster op ten aanzien
van natuur, dierenwelzijn en voedselveiligheid. Er zijn
kritische noten te horen over de visserij en vaak heeft
men weinig binding met vissers. De belangen van vissers
worden behartigd door diverse organisaties, zodat er
ook niet door één persoon namens de visserij naar
buiten kan worden getreden, om op te komen voor de
rechten van vissers en te werken aan een beter imago
voor de sector. Naast een betere acceptatie door de
maatschappij, zou de visserij ook meer opgenomen
moeten worden in de regio, door meer samenhang met
andere activiteiten die in de regio plaatsvinden.
Er zijn dus genoeg knelpunten om te streven naar
verandering. Het streven is dat de Waddenvisserij in
2020 in balans is met de natuur. De visserij moet ook
in balans zijn in maatschappelijk, sociaal en economisch
opzicht. De visserij van de toekomst is beter afgestemd
op het ecosysteem en is sociaal en economisch
aantrekkelijk. Visserijhavens zijn aantrekkelijker
geworden door de levendige visserijactiviteit, die
gecombineerd is met restaurants waar de vis vers
binnenkomt en met opstapplekken voor toeristen die
een kijkje willen nemen aan boord van een vissersschip.
Op dagverse-vismarkten wordt het kwalitatieve
hoogstaande Waddenzeeproduct aan de man gebracht,
waardoor de waardering voor het product en het
vissersvak vergroot. Het beheer van de visserij is zo
aangepast dat alle relevante partijen inspraak krijgen op
het beheer middels een Adviescollege Waddenvisserij.
Afspraken over het beheer worden vastgelegd in een
visserijbeheerplan. Het beheer is niet star, want een
ecosysteem of visserij is dat ook niet. Daarom maakt
het beheer gebruik van veranderingen in inzichten in
het systeem en de visserij.
De klankbordgroep heeft voor ogen hoe de visserij
er in 2020 uit zou moeten zien, maar daarvoor moet
wel een aantal veranderingen plaatsvinden. Naast
huidige ontwikkelingen zoals het Convenant transitie
mosselsector en het Natuurherstelplan Waddenzee,
het verduurzamingtraject van de garnalenvisserij en
de ontwikkeling van het Beheerplan Natura 2000, zijn
nieuwe initiatieven nodig.
Er moet aandacht geschonken worden aan de
flexibilisering van de vloot, zodat deze zich naar 2020
toe makkelijker kan aanpassen aan wat de natuur te
bieden heeft, zonder dat huidige beperkingen nog in de
weg staan. Parallel hier aan moeten visserijtechnieken
die nadelige effecten op het ecosysteem hebben -
doordat bijvoorbeeld soorten worden bijgevangen
die niet commercieel interessant zijn en dus weer
overboord gaan - aangepast worden. Aanpassingen
in technieken en in de logistiek rondom de visserij,
kunnen ervoor zorgen dat de sector minder afhankelijk
wordt van fossiele brandstoffen. Om zover te komen,
moet onderzocht worden waar technieken kunnen
worden aangepast en waar aan brandstofbesparing
kan worden gedaan. Voor betere integratie met andere
activiteiten in de regio is het nodig dat verschillende
ondernemers gestimuleerd worden om nieuwe
samenwerkingsverbanden aan te gaan. Verandering in
het beheer van de visserij moet vooral komen door
de oprichting van een Adviescollege Waddenvisserij.
Daarin moeten de belangrijkste betrokken partijen
meedenken en meebeslissen over het beheer. Afspraken
worden vastgelegd en de partijen binden zich ook aan
die afspraken.
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit