Van Gogh Museum
Rijksmuseum Amsterdam te gast in het Van Gogh Museum met grafisch overzicht Jacques Villon
Van 9 juli tot en met 26 september 2010 wordt in het Van Gogh Museum (prentenkabinet, Rietveldgebouw) een chronologisch overzicht gegeven van de Franse kunstenaar Jacques Villon (1875-1963). De presentatie bestaat uit ruim vijftig werken afkomstig uit de collectie van het Rijksmuseum. Het is de vijfde keer dat het Rijksmuseum tijdens de verbouwing van het hoofdgebouw te gast is bij het Van Gogh Museum. In de presentatie komen diverse grafische technieken aan bod waarmee Jacques Villon werkte zoals ets, aquatint, droge naald en lithografie. Ook wordt er aandacht besteed aan prenten die hij tussen 1922 en 1930 maakte in opdracht van de Parijse kunsthandel Bernheim Jeune naar tekeningen of schilderijen van eigentijdse kunstenaars zoals Kees van Dongen, Pierre Bonnard en Vincent van Gogh. De basis voor de presentatie ligt bij de privécollectie van de heer en mevrouw Van der Vossen - Delbrück. Deze collectie is gelegateerd aan het Rijksprentenkabinet dat onderdeel uitmaakt van het Rijksmuseum.
Jacques Villon
Jacques Villon werkte als schilder en graficus en liet naast schilderijen bijna 700 bladen grafiek na. Vanaf 1950 kreeg zijn oeuvre internationale bekendheid en werden zijn prenten gewilde verzamelobjecten. Jacques Villon is het pseudoniem voor Gaston Duchamp, de onbekendere broer van Marcel Duchamp. Het tekenen en etsen leerde hij van zijn grootvader; een amateurgraficus. Om tijdens zijn rechtenstudie financieel rond te komen begon hij tijdschriftillustraties te maken. Deze liet hij plaatsen onder de naam Jacques Villon ('Jacques' naar een romanfiguur van Alphonse Daudet, 'Villon' naar de middeleeuwse dichter François Villon). Hij zou dit pseudoniem zijn hele leven gebruiken.
De ontwikkeling van een graficus
In het werk van Jacques Villon zijn interessante veranderingen te zien. In de beginperiode is de invloed van Henri de Toulouse-Lautrec en Théophile Alexandre Steinlen in zijn grafiek duidelijk zichtbaar. De ontwikkeling van het werk van Villon leidt uiteindelijk tot een eigen - ook voor zijn schilderkunst herkenbare - sterk abstraherende maar zelden volledig abstracte stijl. "L'Abstraction totale n'est pas pour moi, j'aime trop la vie et l'apparence", zei hij ooit. In de presentatie wordt ook aandacht besteed aan de diverse grafische technieken die Jacques Villon gebruikte.