Waterschap Brabantse Delta


grondwater tijdelijk toegestaan

Beregening grasland en sportvelden met grondwater tijdelijk toegestaan

Publicatiedatum : 6 juli 2010

Vanwege de aanhoudende droogte verruimen de Brabantse waterschappen per 9 juli 2010 de mogelijkheden om grasland met grondwater te beregenen. Het beregenen met grondwater wordt via vergunningen geregeld. Om economische schade door ernstige droogte te voorkomen, zijn de normaal geldende beperkingen voor beregening van grasland tijdelijk opgeheven.

Vanaf 22 december 2009 zijn de waterschappen het bevoegd gezag voor het verlenen van vergunningen voor beregening uit grondwater. De beregening uit grondwater is wel beperkt. In de vergunningen staat namelijk dat grasland niet mag worden beregend in de maanden juni en juli tussen 11.00 en 17.00 uur.

Vanwege de aanhoudende droogte hebben de Brabantse waterschappen besloten om de beperkingen van het beregenen van grasland met grondwater tijdelijk op te heffen. Daarmee wordt voorkomen dat grasland onomkeerbaar beschadigd wordt. De afgekondigde beregeningsverboden voor oppervlaktewater blijven van kracht. Op deze manier wordt het oppervlaktewater in beken en sloten zoveel mogelijk gespaard.

Dit betekent dat van 9 juli 2010 tot 19 juli 2010 de beperkingen voor het onttrekken van grondwater voor het beregenen van gras, zoals omschreven in de daarop betrekking hebbende vergunningen niet van toepassing zijn.

Spaarzaam gebruik van grondwater

Om schade aan de niet beregende gronden en natuurgebieden zo gering mogelijk te houden worden de vergunninghouders dringend verzocht alleen te beregenen als het echt noodzakelijk is. Een spaarzaam gebruik is zowel voor de landbouw als de natuur van groot belang. Ook met het gebruik van leidingwater en water uit eigen pompinstallatie voor sproeien dient men spaarzaam om te gaan. Door het sproeien van tuinen wordt immers ook grondwater gebruikt, juist in een periode dat de grondwaterafhankelijke natuur het bijzonder moeilijk heeft.

Attentie: Dit bericht heeft alleen betrekking op onttrekkingen uit grondwater voor beregening op grasland en niet op onttrekkingen uit oppervlaktewater.
||||||||||||||||| ||||||||||||||||| ||||||||||||||||| ||||||||||||||||| ||||||||||||||||| |||||||||||||||||