Rechtbank Breda


Tien jaar cel voor poging moord en brandstichting

Breda, 1 juli 2010 - De rechtbank Breda heeft tien jaar cel opgelegd aan een 66-jarige Waalwijker voor poging tot moord op zijn ex-echtgenote en brandstichting. Hij had in mei 2009 in zijn kantoor benzine voor haar voeten op de grond gegoten en die vervolgens in brand gestoken. De vrouw wist te vluchten, maar raakte voor 41% verbrand. Ook de man zelf liep ernstige brandwonden op.

De rechtbank acht bewezen dat hier sprake is van voorbedachten rade. Dit blijkt volgens de rechtbank uit de feitelijke gegevens, en verklaringen van de man en de vrouw tegenover hulpverleners direct na de brand. De man had de vrouw overgehaald om naar zijn kantoor te komen, waar een jerrycan met benzine stond. Vervolgens sloot hij de deur, gooide de mobiele telefoon van de vrouw weg, goot benzine uit voor haar voeten en stak die in brand. Tijdens deze handelingen heeft de man voldoende mogelijkheid gehad om zich te beraden op zijn voorgenomen daad. Van een plotselinge gemoedsopwelling was geen sprake.

De rechtbank acht de man enigszins verminderd toerekeningsvatbaar. Zij neemt de conclusies van deskundigen van het Pieter Baan Centrum over, die stellen dat de man leidt aan een combinatie van het syndroom van Asperger en een narcistische persoonlijkheidsstoornis. Deze stoornissen hebben volgens de deskundigen echter beperkt invloed gehad op zijn daad.
Volgens de rechtbank was geen sprake van psychische overmacht of volledige ontoerekeningsvatbaarheid, zoals de verdediging betoogde.

De rechtbank heeft de man een zwaardere straf opgelegd dan passend bij vergelijkbare geweldsmisdrijven waarbij andere middelen zijn gebruikt. Zij rekent het de man zwaar aan dat hij ervoor heeft gekozen om zijn ex-vrouw in brand te steken, met lichamelijk en geestelijk zulke gruwelijke gevolgen. Bovendien heeft hij met de brandstichting ook bewoners van buurpanden in direct gevaar gebracht. Daarnaast heeft de rechtbank ten voordele van de man rekening gehouden met de enigszins verminderde toerekeningsvatbaarheid. Ook heeft meegewogen dat hij geen relevante feiten op zijn strafblad heeft en een gevangenisstraf voor hem, met zijn brandwonden, zwaarder zal zijn dan voor een doorsnee gedetineerde.

LJ Nummer

BM9893

Zie het origineel
Bron: Rechtbank Breda
Datum actualiteit: 1 juli 2010