Datum 1 juli 2010 -
Vrijstelling vrije ballonnen, schermzweeftoestellen en zeilvliegtuigen
1
Geachte voorzitter,
De afgelopen maanden heeft constructief overleg plaatsgevonden tussen de
Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Luchtvaart (KNVvL), de Professionele
Ballonvaarder Nederland (PBN), vertegenwoordigers van de provincies en
vertegenwoordigers van mijn ministerie om tot een passende oplossing voor de
luchtsportsector te komen, nadat de inwerkingtreding van de wet Regelgeving
burgerluchthavens en militaire luchthavens (RBML) heeft geleid tot extra
onvoorziene administratieve lasten. Voor de luchtsportsector en de provincies
betekent de vereiste vaststelling van een groot aantal (>500)
luchthavenregelingen voor de luchthavens waarvan deze luchtsporten gebruik
maken een forse extra administratieve en bestuurlijke last. Hierover is op 30
maart 2010 door de Tweede Kamer een motie aangenomen (Kamerstukken II
2009/10, 31936, nr. 26).
Ik ben blij u te melden dat op basis van dit constructieve overleg voor de
categorieën vrije ballonnen, schermzweeftoestellen en zeilvliegtuigen een
passende oplossing is gevonden. Ik zal van de mogelijkheid gebruik maken om
ten aanzien van luchthavens die uitsluitend worden gebruikt voor het opstijgen
met respectievelijk vrije ballonnen, schermzweeftoestellen en zeilvliegtuigen een
vrijstelling te verlenen van het hebben van een luchthavenregeling. De Wet
luchtvaart biedt mij daartoe, gelet op artikel 8a.50, tweede en vierde lid, de
mogelijkheid. Hiermee worden de extra onvoorziene administratieve en
bestuurlijke lasten die met het opstellen van luchthavenregelingen gepaard gaan
vermeden.
Aan de vrijstellingen wordt de voorwaarde verbonden dat de gebruiker beschikt
over een verklaring van geen bezwaar van de burgemeester uit oogpunt van
openbare orde en veiligheid. Op die manier wordt bewerkstelligd dat de
burgemeester zijn taak ten aanzien van de handhaving van openbare orde en
veiligheid goed kan vervullen. Deze voorwaarde gold voorheen reeds op grond
van het Bignal. De verklaring dient de gebruiker zelf aan te vragen.
a
agina 1 van 2
P
Op de terreinen die zijn vrijgesteld van de verplichting van het hebben van een
Ons kenmerk
luchthavenregeling blijven de bepalingen van de Regeling veilig gebruik VenW/DGLM/2010-1919
luchthavens en andere terreinen van toepassing. De in het Bignal opgenomen
voorwaarde dat de gebruiker vooraf toestemming dient te hebben van de
grondeigenaar om gebruik te maken van een terrein is niet opnieuw opgenomen.
Een dergelijke voorwaarde is in het eigendomsrecht reeds afdoende geregeld.
De Regeling houdende wijziging van de Regeling burgerluchthavens in verband
met de vrijstellingen voor vrije ballonnen, schermzweeftoestellen en
zeilvliegtuigen, zoals deze op 1 juli 2010 in werking zal treden, heb ik als bijlage
opgenomen in deze brief.
Oplossing schermvliegtuigen
In de eerdergenoemde motie wordt ook gesproken over snorvliegtuigen
(schermvliegtuigen). Voor deze categorie kan vooralsnog geen vrijstelling worden
gegeven.
Over deze categorie schermvliegtuigen bestaat momenteel nog de nodige
discussie tussen de betrokken partijen, aangezien het hier om gemotoriseerde
luchtvaartuigen gaat die tot de nodige overlast kunnen leiden. Dit in tegenstelling
tot de ongemotoriseerde categorieën die nu worden vrijgesteld. Om ook voor de
categorie schermvliegtuigen tot een passende oplossing te komen, zal op korte
termijn aanvullend overleg worden gevoerd tussen de betrokken partijen.
Ik wil hierbij benadrukken dat we tot 1 november 2010 de tijd hebben voor dit
overleg. Gelet op de overgangsbepalingen in de wet RBML blijft een op grond van
artikel 14, lid 2, onderdeel b, Luchtvaartwet (oud) besluit voor een terrein voor
schermvliegtuigen geldig tot 1 november 2010.
Ik heb er alle vertrouwen in dat we de constructieve lijn kunnen doorzetten en
ook voor de schermvliegtuigen gezamenlijk tot een passende oplossing zullen
komen. Vanzelfsprekend zal ik u informeren over de uitkomsten van dit overleg.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
ir. Camiel Eurlings
agina 2 van 2
P
Ministerie van Verkeer en Waterstaat