SERV
Jozef II-straat 12-16
1000 BRUSSEL
Tel. (00 32) 2 209 01 11
Fax. (00 32) 2 217 70 08
Brussel, 30 juni 2010
SERV: Gezinnen en ondernemingen betalen samen 2,2 miljard euro minder lasten dankzij Vlaams fiscaal beleid
Vlaanderen is er de voorbije twintig jaar in geslaagd een eigen stempel te drukken op het fiscaal beleid door efficiëntere belastingsinning en algemene en doelgerichte lastenverlagingen. Hierdoor betaalden gezinnen en ondernemingen in 2009 samen 2,2 miljard euro minder lasten dan voorheen. Vlaanderen is bovendien in dossiers zoals de schenkings- en registratierechten gevolgd geweest door Brussel en Wallonië. Dat blijkt uit een rapport van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) dat het Vlaamse fiscaal beleid van de voorbije twintig jaar onder de loupe neemt. Toch kan de Vlaamse overheid beter door werk te maken van een betere becijfering en monitoring. Zo kunnen de effecten van de Vlaamse fiscaliteit beter in beeld gebracht worden.
Peter Leyman, voorzitter SERV: "Hoewel Vlaanderen geen hoofdrolspeler is in het fiscaal beleid is het tijdens de voorbije twintig jaar behoorlijk actief geweest in dit domein. Met het SERV-rapport willen we niet alleen de impact van het fiscaal beleid voor de gezinnen en ondernemingen meten, maar de Vlaamse overheid ook aanmanen om meer werk te maken van een goede monitoring. Een fiscale inventaris is nodig om een doelgericht fiscaal beleid te voeren."
Aandeel Vlaamse fiscaliteit
Sinds de staatshervorming van 1988-1989 hebben de gewesten een zekere fiscale bevoegdheid die verder toenam na de Lambermonthervorming van 2001. Deze fiscale autonomie is belangrijk voor de gewesten, maar maakt van hen nog geen hoofdrolspelers in het beheren en regelen van de totale (para)fiscale ontvangsten. In 2008 ging het over 5,24 % van de totale lasten.
De gewesten nemen vooral de vermogensheffingen voor hun rekening, zoals successierechten en schenkingsrechten. Ze zijn goed voor bijna 30% van de fiscale opbrengsten van de Vlaamse overheid.
Vlaanderen maakt het verschil
Vlaanderen is er de voorbije twintig jaar in geslaagd de overgeërfde federale belastingen op essentiële punten te wijzigen. Voor de schenkingsrechten koos Vlaanderen zelfs resoluut voor een andere weg en is hierin gevolgd door Brussel en Wallonië. Vlaanderen koos ook veel nadrukkelijker voor algemene lastenverlagingen. Dat heeft veel te maken met de betere budgettaire situatie van de voorbije jaren. De andere gewesten hielden het op meer doelgerichte verlagingen of schaften bepaalde belastingen af in ruil voor nieuwe belastingen.
Bij sommige hervormingen introduceerde Vlaanderen nieuwigheden zoals de meeneemrechten en de voetvrijstellingen voor first buyers bij de registratierechten, de schrapping van de belasting op de gezinswoning voor de langstlevende partner bij de successierechten. Voor overdrachten van familiale ondernemingen en aandelen in familiale ondernemingen werkten de drie gewesten vergelijkbare formules uit. Voor de onroerende voorheffing die ondernemingen moeten betalen, nam Vlaanderen het voortouw vanaf eind jaren '90.
Impact Vlaams fiscaal beleid op gezinnen en ondernemingen
De SERV laat er geen twijfel over bestaan: gezinnen en ondernemingen betalen anno 2009 uitgesproken minder lasten in vergelijking met vroeger. Hoewel de exacte berekening hiervan bijzonder moeilijk is wegens te weinig accurate cijfers, maakte de SERV toch een berekening die een idee geeft van de orde van grootte. Daaruit blijkt dat Vlaamse gezinnen en ondernemingen bij een ongewijzigde situatie samen 2,2 miljard euro meer lasten zouden betaald hebben dan nu het geval is. De lastenverlagingen zijn echter niet structureel, maar vaak eenmalig en de geraamde impact moet tegenover de groei van de Vlaamse begroting geplaatst worden.
Wat kan beter?
Toch stelt de SERV vast dat Vlaanderen ook een aantal kansen heeft laten liggen: in tegenstelling tot Wallonië zijn de verkeersbelastingen nog ongemoeid gelaten. Verplichte interregionale samenwerkingsakkoorden zijn daar een belangrijke verklaring voor (waardoor ook Wallonië zich heeft moeten beperken tot maatregelen voor particulieren). Met de overname die binnenkort voorzien wordt, kan hier verandering in komen.
Ook de toetsing van regionale belastingshervormingen aan de Europese regelgeving loopt tot nu toe niet van een leien dakje. Ook daaraan zal Vlaanderen de volgende jaren extra zorg moeten besteden.
Meten is weten
Als de Vlaamse overheid wil weten in welke mate ze haar fiscale doelstellingen behaalt en hiermee impact heeft op bv. de werkzaamheidsgraad, investeringen, . is een degelijke becijfering absoluut noodzakelijk. Op dit moment is het onmogelijk de impact van de Vlaamse fiscaliteit op de verschillende inkomenscategorieën binnen de bevolking te meten. Daarom pleit de SERV ervoor dat de Vlaamse regering snel werk maakt van een goede inventaris van fiscale uitgaven en daaraan uitdrukkelijk meer aandacht besteedt bij de bespreking van de middelenbegroting. De behoefte aan zo'n evaluatie klonk vorige week ook door in een resolutie van de parlementaire commissie Algemeen Beleid, Financiën en Begroting die aandringt op de oprichting van een studiecommissie gewestbelastingen. Met dit rapport doet de SERV al een belangrijke bijdrage.
Sociaal Economische Raad Vlaanderen