FloraHolland
GreenRail werpt zijn vruchten af
Spoorvervoer van sierteeltproducten wordt opgepakt door de handel
FLORAHOLLAND, 28 juni 2010 (persbericht) - GreenRail heeft de afgelopen
jaar bewezen dat er een duurzaam en economisch perspectief is voor
intermodaal vervoer in de verssector. De ruim 170 logistieke
dienstverleners, kennisinstellingen, exporteurs, kwekers en wereldwijde
verladers uit diverse sectoren bezochten het eindseminar donderdag 24
juni jl. en onderschreven het belang van deze logistieke ontwikkeling.
De resultaten, de opgedane kennis en vooral de toekomst van
treintransport met vers- en tijdkritische producten kwamen deze middag
uitgebreid aan bod.
"Zes exporteurs uit het consortium GreenRail zetten met gebundelde
krachten spoorvervoer van sierteeltproducten door. De doorstart staat
op 1 september gepland", kondigde Marco van Delft, commercieel manager
Vida Verde aan. Vida Verde, Quattroplant, Waterdrinker, Hamiplant, OZ
Planten en FPP slaan de handen ineen om het spoorvervoer van planten op
het traject naar Italië te continueren. Er is genoeg sense of urgency
om barrières te overwinnen en samen te werken op logistiek vlak voor de
handelaren.
Railtransport: duurzaam, betrouwbaar en economisch
Het vervoeren van sierteeltproducten per spoor werd in juni 2009 een
feit toen de eerste containers de eindbestemming in Italië bereikten.
Sindsdien heeft GreenRail wekelijks vervoer per spoor van sierteelt-
(en AGF-) producten naar Italië en Roemenië gerealiseerd. "Spoorvervoer
biedt een oplossing voor de groeiende behoefte aan duurzaam ondernemen
bij retail en groothandel, de vastlopende infrastructuur en de op
termijn stijgende brandstofprijzen. Tegelijk verlegt het de grenzen van
bereikbaarheid", aldus Michiel van Veen, ketenadviseur FloraHolland en
projectleider GreenRail. GreenRail heeft aangetoond dat railtransport
milieuvriendelijker (-50% CO2-uitstoot), goedkoper en betrouwbaar is.
95% is op tijd geleverd, de kwaliteit van de dienstverlening en de
productkwaliteit is van hetzelfde niveau als bij wegtransport.
Spoorvervoer: belangrijke stap naar een intermodaal logistiek systeem
De sierteeltsector is sterk in beweging en heeft daarbij de uitdaging
om de concurrentiepositie van Nederland als sierteeltland te
versterken. Het optimaliseren en innoveren van het logistieke systeem
is hierin essentieel. GreenRail heeft aangetoond dat railvervoer met
planten en andere versproducten een reële optie is als onderdeel van
het logistieke systeem. Er is definitief een brug geslagen tussen de
`minder snelle' railgoederensector en de `snelle' handel van
versproducten. "Het onthaasten van de keten is een van de
sleutelwoorden. Een betere afstemming tussen handel en
afzetorganisaties maakt railvervoer een zeer geschikte modaliteit voor
versproducten", aldus Prof. Dr. Lorike Hagdorn die werkzaam is bij TNO
en bijzonder hoogleraar bij de VU.
Belang van samenwerking
Initiatiefnemers bloemenveiling FloraHolland en de VGB,
branche-organisatie voor de groothandel in bloemen en planten, richtten
begin 2009 een consortium op van 34 bedrijven. Het consortium bestaat
uit sierteeltbedrijven, logistieke dienstverleners, kennisinstellingen,
een railoperator en een onafhankelijke ketenregisseur. Dit bleek een
intensief, pragmatisch en constructief samenwerkingsverband. Het
treintransport naar Italië wordt het komende jaar door een aantal
consortiumpartijen gezamenlijk voortgezet. Het benutten en breder
integreren van railtransport is de volgende stap.
FloraHolland en de VGB hebben naast het project GreenRail ook een
actieve rol in een aantal andere railinitiatieven zoals HST Cargo
(onderdeel van Amsterdam Connecting Trade) en Sneller Spoor.
FloraHolland heeft ook een actieve rol in de ontwikkeling van een
GreenRail-terminal.
Voor meer informatie over GreenRail: www.greenrail.nu.
Fotobijschrift: Middels het project GreenRail zijn de snelle
verslogistiek en de minder snelle spoorvervoer bij elkaar gebracht.
Rens Buchwaldt, directeur Logistiek van FloraHolland, overhandigt het
boekje GreenRail waarin alle know-how van het afgelopen jaar is
vastgelegd aan Max Philips, directeur van het voorlichtingsbureau Rail
Cargo Information Netherlands en tevens dagvoorzitter van het
eindseminar.