Datum 25 juni 2010 -
Overwegen
2
Geachte voorzitter,
Naar aanleiding van vragen van de leden Roemer en Cramer tijdens het Algemeen
Overleg Spoor op 9 februari 2010 heb ik toegezegd de Kamer schriftelijk te
informeren over de proef met dichtligtijden c.q. het verkorten van sluitingstijden
van overwegen1. Hierbij informeer ik u over de actuele stand van zaken ten
aanzien van de resultaten van een proef die is gehouden bij een overwegen in
Hilversum. Tevens informeer ik u hierbij met de overwegrapportage 2010 over
overwegen die in 2009 zijn opgeheven en overwegen waarvan sluiting in de
nabije toekomst wordt voorzien. Deze rapportage is een vervolg op de
overwegrapportage 20092.
Mijn conclusies over deze twee punten zijn de volgende:
1. Het onderzoek naar dichtligtijden, zoals uitgevoerd in Hilversum, heeft
een aantal nuttige inzichten opgeleverd. Zo heeft het onderzoek
informatie opgeleverd over de aard en oorzaak van dichtligtijden. Tevens
heeft het tot betrokkenheid van en inzicht bij belanghebbenden geleid.
Verkorting van dichtligtijden van overwegen blijft echter maatwerk,
waarbij het van belang is over langere tijd te meten en bij zowel de
vervoerder als de infrastructuurbeheerder draagvlak te hebben voor toe
te passen oplossingen. Ten aanzien van de betreffende overweg in
Hilversum zijn gesprekken gaande om mogelijke maatregelen te
implementeren. ProRail zal in samenwerking met andere stakeholders in
2010-2011 op meerdere locaties verschillende mogelijkheden beproeven
om sluitingstijden te verkorten.
2. In het afgelopen jaar zijn 18 overwegen opgeheven. Daarbij is in de
meeste gevallen een alternatieve voorziening getroffen zoals een
onderdoorgang. Voor ca. 150 overwegen wordt opheffing in de (nabije)
toekomst voorzien. Het merendeel van opgeheven of op te heffen
overwegen betreft overwegen op particulier terrein. ProRail voert hier een
actief beleid op. De stuurgroep Infrastructurele Barrièrevorming-recreatie
1 Tweede Kamer, vergaderjaar 2009-2010, 29893, nr. 99.
2 Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 29893, nr. 80.
a
agina 1 van 3
P
(waarin recreatieve belangenorganisaties deelnemen) is actief betrokken Ons kenmerk
bij en adviseert over het al dan niet sluiten van overwegen. Haar oordeel VENW/BSK-2010-34712
speelt, zoals met uw Kamer afgesproken3, een belangrijke rol bij het
uiteindelijke besluit hierover. Het afgelopen jaar is in gezamenlijkheid
(stuurgroep, mijn ministerie en ProRail) een werkwijze vastgesteld en
gevolgd die naar de mening van betrokkenen leidt tot een zorgvuldige
afweging van belangen bij besluitvorming omtrent sluiting van
overwegen.
Hierna licht ik deze conclusies toe.
1. Verkorten van sluitingstijden van overwegen
Over de opzet van het onderzoek naar dichtligtijden heb ik uw Kamer op 1
september 2009 geïnformeerd4. ProRail heeft een notitie opgesteld waarin de
huidige stand van zaken wordt weergegeven (stand van zaken juni 2010) ten
aanzien van het onderzoek overweg Hoge Larenseweg Hilversum en overige
activiteiten met betrekking tot dichtligtijden. Deze notitie is als bijlage bijgevoegd.
Het onderzoek naar dichtligtijden, zoals uitgevoerd in Hilversum, heeft, zo geeft
ProRail aan, een aantal nuttige inzichten opgeleverd ten aanzien van onder meer
onderzoeksmethode, herijking van procedures en normen, ,,meten is weten, het
belang van maatwerk, oplossingsrichtingen en noodzakelijke gezamenlijke
bereidheid tot verbetering.
In bijgevoegde notitie wordt een aantal vervolgstappen genoemd. Zo is het
overleg over de realisatie van maatregelen te Hilversum met de vervoerder nog
gaande. Nog niet duidelijk is of, en zo ja op welke termijn, een significante
verkorting van de dichtligtijd een feit zal zijn. Verder wordt aangegeven dat het
meetprogramma de komende tijd wordt voortgezet, het meet- en analyseplan
inzake dichtligtijden gedurende de vervolgproef "Elke Tien Minuten Een Trein"
(ETMET) 2010 in voorbereiding is, overwegen waarbij risicovol gedrag van
weggebruikers wordt gesignaleerd met voorrang worden onderzocht op
mogelijkheden om dichtligtijden te verkorten en worden overige activiteiten ter
optimalisatie van dichtligtijden voortgezet (zoals optimaliseren afstelling van stop-
door schakelingen).
Frequentieverhogingen kunnen per situatie van invloed zijn op dichtligtijden (zie
ook mijn brief van 25 januari 2010 over de resultaten van de ETMET proef op de
corridor Amsterdam Eindhoven die in week 36 van 2009 is gehouden).
Maatwerk is dus vereist. In de voorkeursbeslissing van het kabinet over de
invulling van het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer is, in lijn met moties uit
de Kamer, een gemaximeerd budget opgenomen voor de aanpak van een
specifiek aantal overwegen waar zowel veiligheids- als
bereikbaarheidsvraagstukken aan de orde zijn. In mijn brief aan uw Kamer van 4
juni 2010 licht ik dit nader toe.
3 Zie mijn brief van 24 oktober 2008 (tweede kamer, vergaderjaar 2008-2009, 29893, nr.
76.
4 Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 29893, nr. 87.
agina 2 van 3
P
2. Overwegen rapportage 2010 Ons kenmerk
VENW/BSK-2010-34712
Bijgevoegde rapportage overwegen 2010 bevat een overzicht van overwegen die
in 2009 zijn opgeheven en overwegen waarvan sluiting in de nabije toekomst
wordt voorzien. In het afgelopen jaar zijn 18 overwegen opgeheven. Daarbij is in
de meeste gevallen een alternatieve voorziening getroffen zoals een
onderdoorgang. Voor ca. 150 overwegen wordt opheffing in de (nabije) toekomst
voorzien. Het merendeel van opgeheven of op te heffen overwegen betreft
overwegen op particulier terrein. ProRail voert hier een actief beleid op.
De stuurgroep Infrastructurele Barrièrevorming-recreatie is en wordt bij de
besluitvorming betrokken, zoals ik uw Kamer eerder heb gemeld5. De werkwijze is
in bijgevoegde rapportage nader toegelicht. Daarmee wordt een zorgvuldige
besluitvorming bereikt waarbij de aspecten veiligheid en (recreatieve)
bereikbaarheid zorgvuldig worden meegenomen. Dit sluit aan bij het
overwegveiligheidbeleid, zoals opgenomen in de Derde Kadernota Railveiligheid
waarover ik u binnenkort informeer.
Over het verloop van (voorgenomen) sluitingen van overwegen zal ik uw Kamer
vanaf volgend jaar informeren in het kader van het beheerplan van ProRail.
Zodoende vindt een meer geïntegreerde informatievoorziening op hoofdlijnen
plaats. Een aparte gedetailleerde overwegrapportage blijft daarmee voortaan
achterwege.
ProRail geeft in bijgevoegde documenten nadere achtergrondinformatie bij het
onderzoek naar dichtligtijden c.q. voorgenomen sluitingen van overwegen.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
ir. Camiel Eurlings
Bijlagen:
Dichtligtijden van overwegen, stand van zaken juni 2010
Overwegrapportage 2010
5 Zie mijn brief van 24 oktober 2008 (tweede kamer, vergaderjaar 2008-2009, 29893, nr.
76.
agina 3 van 3
P
Ministerie van Verkeer en Waterstaat