Rapportage van ICTY-hoofdaanklager Brammertz aan VNVR
Kamerbrief inzake Rapportage van ICTY-hoofdaanklager Brammertz aan VNVR
Kamerbrief | 23 juni 2010
Zeer geachte Voorzitter,
Graag bied ik u hierbij de rapportage aan van de hoofdaanklager van het
Joegoslavië-tribunaal (ICTY), de heer Brammertz, aan de
VN-Veiligheidsraad. Het betreft zowel zijn schriftelijke rapport als
zijn mondelinge presentatie daarvan op vrijdag 18 juni jongstleden in
de VN-Veiligheidsraad.
Zowel het rapport als de presentatie stemmen overeen met de inleiding
die de heer Brammertz op maandag 14 juni in de Raad Buitenlandse Zaken
gaf over de mate waarin de landen van de Westelijke Balkan (met name
Servië en Kroatië) meewerken met het ICTY.
Zoals u bekend heb ik op basis van die inleiding van de heer Brammertz,
in overeenstemming met de besluitvorming in de Raad Algemene Zaken van
8 december 2009 (zie kamerstuk 21 501-20 nr 462) en met de inhoud van
de geannoteerde agenda voor de Raad Buitenlandse Zaken van 14 juni jl.
(zie mijn brief van 7 juni, en mijn brief van 10 juni nav het
Schriftelijk Overleg), kunnen instemmen met het besluit de
Stabilisatie- en Associatieovereenkomst met Servië ter ratificatie aan
de nationale parlementen voor te leggen. De bevestiging van de heer
Brammertz dat Servië nog steeds naar tevredenheid samenwerkt met het
ICTY lag hieraan ten grondslag.
Wat Nederland betreft zal bij de volgende rapportage van de heer
Brammertz worden bezien of het opportuun is dat de Raad een verzoek
doet aan de Europese Commissie een avis op te stellen over de
EU-lidmaatschapsaanvraag die Servië op 22 december 2009 heeft
ingediend. Zolang als noodzakelijk moet voor elke stap in het
EU-toetredingsproces goede samenwerking met het ICTY een voorwaarde
zijn.
Ten aanzien van Kroatië stelde de heer Brammertz dat het land een
additionele inspanning moet leveren om te komen tot een alomvattend
administratief onderzoek naar de vermiste artilleriedocumenten. Met
verwijzing naar het op 11 februari jl. door de regering met de Tweede
Kamer besprokene, zal Nederland pas kunnen instemmen met de opening van
onderhandelingshoofdstuk 23 (rechterlijke macht en fundamentele
rechten), indien volledige samenwerking met het ICTY wordt opgenomen
als volwaardig `sluitingsijkpunt' van dit hoofdstuk.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Bijlage
* Bijlage-completion_strategy
PDF bestand - 1013 Kb
* Bijlage-brammertz
PDF bestand - 67 Kb
Ministerie van Buitenlandse Zaken