Stichting Biologica
Dierenwelzijn in biologische veehouderij: in beweging!
Deze week is het rapport `Update welzijnsprestaties biologische
veehouderij' verschenen. Dit is een publicatie van het Livestock
Research van Wageningen UR (Marko Ruis, Ina Pinxterhuis en Maarten
Vrolijk, maart 2010).
Clemens Oude Groeniger, kennismanager dierenwelzijn bij Biologica, en
André Brouwer, campagneleider bij de TaskForce Marktontwikkeling
Biologische Landbouw, willen hierbij graag reageren op de inhoud van
het rapport.
Dierenwelzijn en natuurlijk diergedrag zijn uitgangspunten van de
biologische landbouw. Voor de sector reden om de welzijnsprestaties
voortdurend te monitoren en te streven naar continue verbeteringen.
Soms leiden die verbeteropties tot dilemma's, waarbij de ene
verbetering ten koste gaat van iets anders dat in de biologische
landbouw wordt gewaardeerd.
In 2007 is door onderzoekers van WUR geconstateerd dat dierenwelzijn
bij biologisch goed geregeld is. Er zijn ook verbeterpunten
voorgesteld. Sommige betrekkelijk eenvoudig in te voeren, sommige van
het type 'dilemma's' als hiervoor omschreven. In 2010 blijkt bij een
tussenmeting dat er veel nieuwe kennis is ontwikkeld, dat de toepassing
in de praktijk op een aantal punten sneller moet, en dat er op een
aantal onderwerpen weinig vooruitgang is geboekt.
Biologica onderschrijft de bevindingen van de onderzoekers maar
waarschuwt voor te veel optimisme. De onderwerpen die de onderzoekers
aanstippen zijn reeds lang bekende onderwerpen, die door de sector zelf
zijn aangedragen, maar waarvoor oplossingen niet makkelijk voorhanden
zijn.
Biologica is bekend met de resultaten van deze update over
welzijnsprestaties biologische veehouderij. In 2007 is door dezelfde
onderzoekers een inventarisatie gemaakt van aantoonbare betere
dierenwelzijnsprestaties (zie rapport `Verantwoorde en communiceerbare
argumenten bij biologische producten: dierenwelzijn' van Ruis en
Pinxterhuis, maart 2007). Daaruit bleek dat dierenwelzijn goed uit de
bus komt.
In 2007 zijn ook verbeterpunten geconstateerd. Verbeterpunten die vrij
makkelijk ingevoerd kunnen worden (modderpoelen aanleggen, strooigraan
strooien, schuurmogelijkheden aanbrengen) en verbeterpunten die
lastiger zijn (zoals terugdringen van uierontsteking bij koeien en het
terugdringen van biggensterfte). De verbeterpunten die makkelijk zijn
in te voeren moeten sneller en bij meer ondernemers toegepast worden,
daarin mag meer actie verwacht worden. Maar een flink deel van de
verbeterpunten zijn niet eenvoudig en niet snel op te lossen. Niet
binnen een paar jaar.
Dat komt omdat deze verbeterpunten samenhangen met datgene wat in
biologisch juist uitgangspunt is en gewaardeerd wordt door consumenten.
In de biologische landbouw willen we bijvoorbeeld niet meer medicijnen
gebruiken dan nodig is, dat dieren langer kunnen leven en dat ze zacht
kunnen liggen op een bed van stro. Laten dat nu juist factoren zijn die
het risico op uierontsteking vergroten. Het vergt tijd om dit op te
lossen, omdat verschillende factoren hierbij een rol spelen. Er moeten
werkzame alternatieven voor antibiotica ontwikkeld worden, er moeten
andere stallen ontwikkeld worden waar koeien gezond en prettig ouder
kunnen worden en er moeten koeien gefokt worden die zoveel mogelijk
voedingsstoffen uit ruwvoer kunnen halen.
Voor deze ingewikkelde verbeterpunten is het nodig om een goede aanpak
te bedenken en onderzoek te doen. Via Bioconnect -het kennisnetwerk
voor de biologische sector- hebben biologische ondernemers zelf de
verbeterpunten verder laten onderzoeken en uitwerken. Het huidige
rapport refereert dan ook naar deze onderzoeken. De biologische
ondernemers laten daarmee zien dat ze transparant zijn in wat nog
verbeterd kan worden en continue streven naar een nog beter
dierenwelzijn, ook in de biologische landbouw.
In het overzicht onder aan deze pagina (PDF-bestand) laten we zien hoe
de biologische veehouderij er in 2007 voor stond, wat er sindsdien aan
kennis is ontwikkeld en waar de sector nu staat. De biologische sector
wil zich blijven ontwikkelen en verbeteren: we zijn continu in beweging
(net als de biologisch kippen, koeien en varkens trouwens).
Bijlage Grootte
Bioconnect_dierenwelzijnsprestaties_2010.pdf 39.39 KB
»
Zie het origineel