(tel: 070-3383382)
NL2040: Versterk steden om Nederland voor te bereiden op de toekomst
In 2040 zijn sterke steden nodig voor de ontplooiing van kennis. De
mobiliteit van mensen en bedrijven zal verder zijn toegenomen. Meer en
meer zoeken talentvolle mensen elkaar op om ideeën uit te wisselen.
Sterke steden zijn dus nodig om talentvolle mensen en bedrijven aan te
trekken en vast te houden. Een goed opgeleide beroepsbevolking wordt
nog meer bepalend voor economisch succes dan die nu al is. Door steden
de ruimte te geven en mensen passend te scholen kan Nederland zich
voorbereiden op de toekomst.
De vraag hoe we in 2040 ons brood verdienen, heeft dan ook als
antwoord: met goed opgeleide mensen in sterke steden. Dit concludeert
het CPB in de Bijzondere Publicatie 'The Netherlands of 2040'.
Onderzoekers Bas ter Weel, Albert van der Horst en George Gelauff
schetsen in deze scenariostudie de belangrijkste uitdagingen voor
Nederland om een aantrekkelijke vestigingsplaats te blijven, met
hoogwaardige productie en een flexibele arbeidsmarkt. De publicatie en
achtergrondinformatie zijn beschikbaar op www.nl2040.nl.
Scenario's over mensen en steden
De scenario's in deze studie bieden studenten, werknemers, bedrijven en
overheid handvatten om zich voor te bereiden op de toekomst. Alle
scenario's zijn even denkbaar, ze laten zien hoe uiteenlopend de
toekomstige wereld kan zijn. De toekomst is per definitie onzeker en
wordt onzekerder naarmate we verder vooruit kijken. De scenario's voor
2040 schetsen vier mogelijke werelden, uitgaande van twee fundamentele
onzekerheden: de omvang van steden en de taakverdeling tussen
werknemers.
Steden zijn broedplaats voor innovatie
Sterke steden met een goed vestigingsklimaat zijn in staat om een
hoogwaardig cluster van bedrijven en werknemers aan te trekken en te
behouden. In deze steden vestigen bedrijven zich bij elkaar om te
profiteren van kennisuitwisseling, korte aanvoerlijnen en een grote
afzetmarkt. Het is geen toeval dat veel hoofdkantoren van Nederlandse
multinationals eind vorige eeuw naar Amsterdam zijn getrokken.
en zijn groot of klein
Sterke steden zijn niet per definitie groot. Na de Tweede Wereldoorlog
hadden de grote steden het moeilijk met sociale problemen en mensen die
wegtrokken naar slaapsteden. Amsterdam en Rotterdam verloren in die
periode beide een kwart van hun bevolking. Al enige tijd is een
kentering zichtbaar, vooral hoogopgeleiden vestigen zich in grote
steden. De komende dertig jaar zijn grote steden succesvol als een
nieuwe doorbraaktechnologie (zoals bio- of nanotechnologie) zich gaat
ontwikkelen en intensieve samenwerking en afstemming tussen
onderzoekers, ontwerpers, producenten en dienstverleners noodzakelijk
is. Maar ook het omgekeerde is denkbaar. Kleine steden met goede
wereldwijde netwerken zijn aantrekkelijk als ICT zich verder
ontwikkelt. Daardoor zal fysieke nabijheid van minder belang worden.
Productieprocessen die minder afhankelijk zijn van interacties tussen
mensen zullen wegtrekken uit dure locaties.
Talentvolle mensen innoveren meer
Veranderende productieprocessen zorgen ervoor dat de Nederlandse
werknemer zal moeten concurreren met arbeiders vanuit de hele wereld,
maar hij zal ook intensief met hen moeten samenwerken. Kennis en
innovatie zijn en blijven de kern voor het succes van de Nederlandse
economie. Daarvoor zijn talentvolle, goed opgeleide werknemers nodig.
... en zijn specialist of generalist
Specialisatie wordt in de toekomst belangrijk als
communicatietechnologie zich verder ontwikkelt. Werknemers kunnen zich
dan steeds meer toeleggen op een specifieke taak en daarin uitblinken.
Op dit moment wordt bijvoorbeeld de productie van een Boeing 787 vanuit
Chicago gecoördineerd, waarbij 43 buitenlandse bedrijven op 135
verschillende locaties zijn betrokken. De keerzijde van dit model is
recentelijk door Toyota ondervonden, omdat de controle over de
kwaliteit van bepaalde onderdelen onvoldoende is gebleken.
Tegelijkertijd kan de toekomst ook vragen om werknemers die veel taken
combineren. Dit wordt mogelijk doordat informatietechnologie alle
benodigde kennis ontsluit. Een voorbeeld hiervan zijn verzekeraars die
alle vragen zoveel mogelijk door één persoon laten afhandelen. Immers,
hoe minder schakels, hoe minder er fout kan gaan.
Vier scenario's
Om de onzekerheid over de omvang van steden en de taakverdeling tussen
werknemers in beeld te brengen biedt deze studie vier mogelijke
scenario's:
* Talent Towns zijn kleine, sterk gespecialiseerde steden met een
wereldwijd netwerk van verbindingen. Dit biedt kansen voor
gespecialiseerde werknemers, maar kent ook een grote mate van
onzekerheid en concurrentie.
* Cosmopolitan Centres zijn grote gespecialiseerde steden die
uitblinken in nieuwe technologie. Werknemers profiteren volop van
interacties en bewegen vanuit de hele wereld naar de stad van hun
specialisme.
* Egalitarian Ecologies zijn kleine steden die een breed scala aan
goederen en diensten produceren aangepast aan plaatselijke
voorkeuren. Werknemers opereren zelfstandig, gebruikmakend van
wereldwijd beschikbare kennis en informatie.
* Metropolitan Markets is een scenario met enkele megasteden. Deze
steden hebben grote aantrekkingskracht op bedrijven en werknemers
wat ten koste gaat van de periferie.
Beleid voor de toekomst
De scenario's bieden houvast aan beleidsmakers bij het nemen van
beslissingen voor de onzekere lange termijn. Ongeacht het verloop van
de toekomst is het nodig dat steden zich vrijer kunnen ontwikkelen.
Steden moeten daarvoor meer beslissingsruimte krijgen. Op tal van
andere terreinen verschilt goed beleid per scenario:
* Versterk steden en infrastructuur. Grote steden moeten kunnen
groeien, met een lokaal netwerk van openbaar vervoer en wegen en
met excellente kennisinstituten. Kleine steden hebben behoefte aan
uitstekende verbindingen in de vorm van snelwegen en ICT-netwerken.
* Onderwijs in werelden met gespecialiseerde kennis vraagt om vroege
selectie en excellentie. Generieke kennis legt meer de nadruk op
brede toegankelijkheid en een brede basisopleiding.
* Specifiek innovatiebeleid is alleen van belang in het scenario met
gespecialiseerde grote steden.
* De rol voor de nationale welvaartstaat is in alle scenario's
beperkt. Juist in scenario's met veel specialisatie waar veel
behoefte is aan collectieve bescherming van kwetsbare werknemers,
zijn de mogelijkheden voor collectieve voorzieningen klein. En in
scenario's waar de overheid het meest in staat is bescherming te
bieden, is de onzekerheid gering.
* Huren verdient de voorkeur boven kopen in scenario's met veel
specialisatie. Werknemers met een huurwoning voorkomen dat wanneer
hun specialisatie teloorgaat -- zoals in het verleden de
textielindustrie in Tilburg en Enschede -- zowel hun inkomen als de
waarde van hun huis sterk daalt.
* Gespecialiseerde werknemers hebben baat bij beleid dat omscholing
stimuleert. Werknemers met generieke kennis profiteren van beleid
dat is gericht op mobiliteit tussen banen.
Bijzondere Publicatie 88, The Netherlands of 2040, ISBN
978-90-5833-461-9, is (gratis) te downloaden als PDF-bestand en te
vinden op de website van www.nl2040.nl. Eerdere scenariostudies van het
CPB zijn hier ook te vinden.
Deze publicatie is tevens leverbaar in gedrukte vorm en is te bestellen
bij:
Bibliotheek Centraal Planbureau
Postbus 80510
2508 GM Den Haag
Telefax: 070-3383350
E-mail: bibliotheek@cpb.nl
Prijs: 20,- euro
Centraal Planbureau