Rechtbank Haarlem
Beroep tegen heffing kansspelbelasting ongegrond
Per 1 juli 2008 is de Wet op de kansspelbelasting gewijzigd. Sinds deze
datum vallen kansspelen die op een speelautomaat worden gespeeld, niet
meer onder de btw (19%) maar onder de kansspelbelasting (29%).
Twee exploitanten van speelautomaten hebben bij de belastingkamer van
de rechtbank Haarlem beroep aangetekend tegen de heffing van
kansspelbelasting door de Belastingdienst. Zij stellen zich onder
andere op het standpunt dat het niet de bedoeling van de wetgever kan
zijn dat zij de kansspelbelasting moeten betalen. De exploitanten
vinden dat deze belasting van de uitbaters van bijvoorbeeld
een speelhal of een horecagelegenheid moet worden geheven omdat zij
immers de opbrengst van de speelautomaten innen.
De rechtbank Haarlem heeft de grieven van de exploitanten verworpen.
Zij is van oordeel dat uit de Wet op de kansspelbelasting wel degelijk
voortvloeit dat de exploitanten de kansspelbelasting moeten betalen.
Verder heeft de rechtbank overwogen dat het de wetgever vrij stond om
ervoor te kiezen per 1 januari 2008 -in plaats van de btw-
kansspelbelasting van deze exploitanten te heffen.
Tot slot heeft de rechtbank het standpunt dat de kansspelbelasting in
strijd is met artikel 1 EVRM (recht op ongestoord genot van eigendom)
verworpen.
LJ Nummers
BM8552
BM8557
Zie het origineel
Bron: Rechtbank Haarlem
Datum actualiteit: 22 juni 2010