Rijksoverheid


> Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag

De Voorzitter van de Tweede Kamer Bezoekadres: der Staten-Generaal Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag Postbus 20018 T 070 340 79 11 2500 EA DEN HAAG F 070 340 78 34 www.rijksoverheid.nl

Ons kenmerk PG/CI-3.007.789

Bijlagen

Datum 18 juni 2010 Uw brief

Betreft VSO NVI
Correspondentie uitsluitend richten aan het retouradres met vermelding van de datum en het kenmerk van deze Geachte voorzitter, brief. De Vaste commissie voor VWS heeft mij, naar aanleiding van een schriftelijk overleg, vragen gesteld over de toekomst van het Nederlands Vaccin Instituut. In deze brief beantwoord ik deze vragen.

Vragen en opmerkingen van de CDA-fractie

De leden van de CDA-fractie vragen naar de oorzaak voor de vertraging bij de uitwerking van de nieuwe koers van het Nederlands Vaccin Instituut (NVI). Bij de nadere uitwerking van de organisatorische vormgeving van de publieke functies "Inkoop, opslag en distributie"(IOD) en "Onderzoek en ontwikkeling" (O&O) is gebleken dat er zoveel raakvlakken van die functies met het RIVM zijn, dat een nadere studie daarvan noodzakelijk werd. Ook achtte ik het noodzakelijk eerst een beeld te verkrijgen van de omvang van de interesse van marktpartijen in onderdelen van het NVI om de feitelijke verkoop te kunnen voorbereiden. Zowel het naar de markt brengen van onderdelen van het NVI als de integratie van de IOD en O&O-functies met het huidige RIVM, hebben gevolgen voor het personeel. Zorgvuldigheid ten aanzien van het personeel acht ik belangrijker dan snelheid in het reorganisatieproces.

Ik ben van mening dat het belangrijk is om poliovaccinproductie te blijven voortzetten. Voorwaarde die ik daaraan verbind is dat de Staat zelf niet langer de investeringen en risico's voor de productie draagt. De reden om de polioproductie niet in een PPS-constructie te plaatsen maar te privatiseren is dat marktonderzoek uitwijst dat de belangstelling vanuit de private sector in overname van de productie groot is. Bij de verkoop van polioproductie staat de behartiging van (inter)nationale publieke gezondheidsbelangen centraal.

De CDA-fractie vraagt naar de afwegingscriteria over al dan niet privatisering van het Gemeenschappelijk Proefdierenlaboratorium (GPL).Besluitvorming hierover zal plaatsvinden mede aan de hand van een business case. Bij de uitwerking van de businesscase zal niet alleen gekeken worden naar de voorwaarden waaronder het GPL in een private markt levensvatbaar is, maar ook naar de behartiging van bijzondere publieke belangen die bij het werken met proefdieren spelen.

Er zijn door de CDA fractie ook vragen gesteld over de integratie van het RIVM en het NVI. Ook de fracties van de PvdA en de VVD stelden hierover vragen. Het Pagina 1 van 5





RIVM werkt sinds najaar 2009 aan een heroriëntatie op de kerntaken. In het Ons kenmerk kader van de heroriëntatie zal het RIVM functies centraliseren, uitbesteden of naar PG/CI-3.007.789 de markt brengen. Dit, gekoppeld aan de integratie van het RIVM en het NVI, betekent dat het RIVM dus ook zelf in transitie is. De functies van het NVI zijn medebepalend voor het formuleren van de kernfuncties van het vernieuwde RIVM en zij sluiten er goed op aan. De organisatorische integratie van beide organisaties wordt nog in dit jaar afgerond. De inhoudelijke integratie van beider kerntaken vergt fundamentele discussies. Deze zijn nog niet afgerond. Uiterlijk in 2012 moet het vernieuwde RIVM operationeel zijn.
Beide instituten hebben een taakstelling. De integratie van de publieke functies van het NVI met het huidige RIVM heeft geen extra gevolgen voor deze taakstellingen. Mogelijke synergievoordelen van de integratie zullen worden gebruikt ter versterking van de kernfuncties van het vernieuwde RIVM.

De CDA-fractie vraagt zich af hoe het zit met de verantwoordelijkheid voor het tijdig beschikbaar zijn van vaccins nu de productie van vaccins overgelaten wordt aan de private sector. Bestaat er geen gevaar voor het opdrijven van de prijzen in tijden van eventuele schaarste? Ook nu al koopt het NVI het grootste deel van de vaccins voor het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) en het Nationaal Programma Grieppreventie (NPG) in bij marktpartijen. Dankzij de sterke inkoopfunctie van het NVI gebeurt dat tegen scherpe prijzen. Leverzekerheid is in de private markt niet volledig gegarandeerd. In tijden van schaarste is er inderdaad een gevaar voor het opdrijven van prijzen. Ik ben van mening dat het in stand houden van productie onder verantwoordelijkheid van de Staat geen oplossing biedt voor de niet gegarandeerde leveringszekerheid en dat de kosten die hiermee gemoeid zijn niet opwegen tegen het risico van prijsopdrijving. Ik verwacht dat met de krachtige inkooporganisatie van het NVI en met het aanhouden van veiligheidsvoorraden mogelijke leveringsproblemen kunnen worden voorkomen en de gevolgen van prijsopdrijving tot een minimum beperkt zullen kunnen worden. De beslissing tot privatisering kan tot gevolg hebben dat vaccinproductiecapaciteit uit Nederland verdwijnt. Ik zou dat een onwenselijke ontwikkeling vinden. Het zijn echter de fabrikanten die hun productielocaties kiezen. Daarop heb ik geen invloed.

Vragen en opmerkingen van de PvdA-fractie

De leden van de PvdA-fractie vragen naar de wijze waarop de functies IOD en O&O zullen worden versterkt. De verkenning van de raakvlakken tussen het NVI en het RIVM in het najaar van 2009 heeft uitgewezen dat een hechtere samenwerking de functies kan versterken. Veel NVI en RIVM activiteiten op het terrein van IOD en O&O blijken complementair.

De leden van de PvdA-fractie stellen een aantal vragen over de vaccins tegen Nieuwe Influenza A(H1N1). Details van de aanschaf van vaccins zijn in overleg met de fabrikanten geregeld. Ik kon geen invloed uitoefenen op de verpakkingsgrootte. De vorm en inhoud van de verpakking maakt deel uit van het registratiedossier. Via een variatie kunnen andere, kleinere, verpakkingen geregistreerd worden. Dit is een langdurig traject, waarvoor op het moment van uitbreken van de pandemie geen tijd was.

In de eerste bestelronde voor huisartsen en zorginstellingen had het NVI de mogelijkheid om Pandemrix (500 doses verpakking) en Focetria (100 doses verpakking) te leveren. Het NVI heeft huisartsen en zorginstellingen alleen beleverd met Focetria. Bij de tweede bestelronde kon het NVI ook verpakkingen met 10 prefilled syringes (10x1 dosis) inzetten, waardoor vanaf dat moment veel Pagina 2 van 5





nauwkeuriger beleverd kon worden. Artsen konden bij hun bestelling voor de Ons kenmerk tweede ronde rekening houden met de voorraad vaccins die achtergebleven was PG/CI-3.007.789 na de eerste ronde. Daarmee hebben artsen en het NVI de verspilling tot een minimum beperkt.

Ook de leden van de PvdA-fractie stellen vragen over de integratie van het RIVM en het NVI. Ik verwijs voor de antwoorden hierop kortheidshalve naar de antwoorden op de CDA-vragen terzake.
Omdat de integratie van beide agentschappen nog in volle gang is kan ik op dit moment geen uitsluitsel geven over de werkplekken van alle medewerkers. Voor meer duidelijkheid dient het verkoopproces van het private deel van het NVI in een meer vergevorderd stadium te zijn.

Vragen en opmerkingen van de SP-fractie

Ik ben het met de leden van deze fractie eens dat op het terrein van de infectieziektebestrijding het herkennen, opsporen, bestrijden en voorkomen van de oorzaken van infectieziekten publieke taken zijn. Het RIVM en het NVI hebben op dit terrein internationaal een positie verworven die ook na integratie van beide instituten behouden blijft. De ontwikkelingslanden dienen hiervan te kunnen blijven profiteren. Deze internationale functie kan het vernieuwde RIVM blijven spelen omdat nog sterker dan voorheen het instituut in zal zetten op samenwerking met zowel de wetenschap als de industrie bij de ontwikkeling van vaccins. Financiering van internationale projecten kan van diverse organisaties komen, waar onder het ministerie van Ontwikkelingssamenwerking.

De SP-fractie vraagt naar het effect van privatisering van de kernproductie, de pilot plant en andere ondersteunende functies op de overeenkomsten met de WHO. Ik heb u bij brief van 10 februari 2009 medegedeeld dat de kernproductie naar de markt wordt gebracht. Een definitief besluit over de pilot plant en andere ondersteunende functies heb ik nog niet genomen. Een kopende partij zal contracten van het NVI, dus ook die met de WHO, onverkort dienen te honoreren.

De leden van deze fractie vragen tevens hoe een onomkeerbare sterfhuisconstructie voorkomen kan worden. Zij maken zich zorgen dat er bij de verkoop voor altijd wetenschappelijke en technologische kennis en ervaring verloren gaat. In mijn brief aan u van 10 februari 2009 en hiervoor ben ik uitgebreid ingegaan op de redenen voor mijn besluit met de vaccinproductie te stoppen. Het is financieel en inhoudelijk niet langer verdedigbaar om deze functie in overheidshanden te houden. Slechts een enkel land produceert nog een deel van zijn vaccins in publieke handen. Vrijwel alle landen die ooit vaccins in publieke handen produceerden, hebben deze functie afgestoten. Door behoud van de vaccinonderzoeks- en ontwikkelingsfunctie, een nog hechtere samenwerking met wetenschap en industrie en versterking van de internationale rol van het vernieuwde RIVM op vaccingebied zullen de kennis en kunde van het vernieuwde RIVM op peil blijven.
Mijn besluit te stoppen met de publieke vaccinproductiefunctie staat geheel los van een mogelijke verhuizing van het RIVM naar een andere locatie. Finale besluitvorming daarover moet nog plaatsvinden.

De SP-fractie stelt een aantal vragen over het verkoopproces Ook vraagt zij naar mijn visie op de continuïteit van de werkgelegenheid van de NVI-medewerkers. Pagina 3 van 5





Het verkoopproces zal in lijn met geldende regelgeving uitgevoerd worden. In Ons kenmerk verband met die regelgeving en de marktgevoeligheid ga ik hier verder niet op in. PG/CI-3.007.789 Ik verzeker u dat daarin de publieke belangen en mijn zorg voor het betreffende personeel grote aandacht hebben.

Voor een antwoord op de vragen over de mogelijke verkoop van het Gemeenschappelijk Proefdierenlaboratorium verwijs ik u naar mijn eerdere antwoorden op de vragen van de CDA-fractie.

Tot slot wenst deze fractie gedetailleerde informatie over resterende publieke functies die bij een slechte invulling de continuïteit van de vaccinkennis en ­ verkrijging kunnen verstoren. Ik ga ervan uit dat alle publieke functies zoals ook nu het geval is naar behoren worden uitgevoerd, ook na privatisering van de kernproductie en mogelijk ondersteunende functies. Ik voorzie dan ook geen achteruitgang in de uitvoering van de publieke functies.

Vragen en opmerkingen van de VVD-fractie

De leden van deze fractie stellen enkele vragen gerelateerd aan de marktverkenning en het verkoopproces. In de marktverkenning, die aan een onafhankelijk bureau is uitbesteed, is actief contact gezocht met potentieel geïnteresseerde partijen. Ook hebben zich geïnteresseerde partijen bij het ministerie op eigen initiatief aangemeld. Met alle partijen zijn gesprekken gevoerd om het object en de reikwijdte van hun interesse te peilen. Op het resultaat van de marktverkenning en op het verkoopproces ga ik om redenen van marktgevoeligheid niet in.

De VVD-fractie vraagt naar de redenen van het in publieke handen houden van de IOD resp. O&O-functies. Inkoop en distributie van vaccins zijn bij uitstek taken die ik niet aan de markt wil overlaten. Door diepgaande kennis van vaccins en de vaccinmarkt, ook verankerd in de O&O functies binnen de overheid, kan ik vaccins tijdig en tegen een goede prijs aan de Nederlandse bevolking garanderen. Voor deze functie is voldoende opslagruimte belangrijk evenals een zorgvuldig op de uitvoering afgestemd distributieproces. Het belang van een goede inkoopfunctie in publieke handen zal bovendien alleen maar toenemen gezien het stopzetten van de eigen productie en de toekomstige introductie van nieuwe vaccins in het RVP.

Ik wil onderzoek en ontwikkeling van vaccins ook in overheidshanden houden om in staat te zijn activiteiten uit te voeren die niet of onvoldoende door de private sector en academia worden opgepakt. Daarbij zou u kunnen denken aan het ontwikkelen van vaccins ten behoeve van het RVP die niet op de wereldmarkt verkrijgbaar zijn en zonder publiek geld niet tot ontwikkeling dreigen te komen. Daarnaast kan het onderzoek zich richten op verbeteringen van het RVP waaronder onderzoek en ontwikkeling op het terrein van werkzaamheid van vaccins, vaccinatieschema's en toedieningsvormen.

Tot slot stellen de leden van de VVD-fractie vragen over het toekomstige instituut dat opgebouwd zal zijn uit het huidige RIVM en het publieke deel van het huidige NVI. De komende maanden zal de integratie van beide instituten nader inhoudelijk en organisatorisch worden uitgewerkt. Daarbij zal bijzondere aandacht worden geschonken aan de versterking van de samenwerking op beide vlakken met Pagina 4 van 5





wetenschap en industrie, met name op het gebied van O&O. De samenwerking Ons kenmerk met beide zal naar mijn verwachting intensiever worden dan voorheen. PG/CI-3.007.789

Zoals de leden van deze fractie terecht constateerden, liggen het huidige RIVM/NVI en het Science Park "de Uithof" dicht naast elkaar. Hier kunnen mogelijkheden liggen voor een breder Science Park. Initiatieven vanuit de private sector op dit vlak zie ik met belangstelling tegemoet.

Ik ga ervan uit u hiermee voldoende geinformeerd te hebben.

Hoogachtend,
de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

dr. A. Klink

Pagina 5 van 5






---- --